Research methods in I/O psychology

25 belangrijke vragen over Research methods in I/O psychology

Wat zijn KSAO's en hoe kunnen deze bepaald worden? Wat zijn de 5 belangrijkste methoden om KSAO's van sollicitanten te bepalen?

KSAO: Knowledge (kennis systemen en software), skills (kan programmeren), Abillity's (kan complexe techniek begrijpen) en other personal characteristics (is klantvriendelijk en heeft ervaring)

Welke KSAO's voor de functie benodigd zijn kan via job analyse (gedetailleerde en grondig onderzoek) bepaald worden.

Of een sollicitant deze KSAO's ook daadwerkelijk bezit kan bepaald worden via de volgende 5 methoden:
  1. psychologische tests
  2. biografische  inventory
  3. Interview
  4. Werk sample
  5. Assesment center

Op welke 4 criteria kunnen psychologische tests onderling verschillen?

  1. Groep vs individueel--> een of meerdere kandidaten tegelijk een test afnemen. Wanneer mogelijk heeft groep de voorkeur.
  2. Open vs gesloten vragen--> gesloten is gemakkelijker controleren, of iemand grammatica beheerst wordt echter lastig met gesloten vragen.
  3. pen en papier test vs performance test--> vragen of een opdracht (zoals bv typ-test om de vaardigheid van het typen te kunnen meten)
  4. power vs speed--> power is met bijna onbeperkte tijd, als het om snelheid gaat is trage lezer of schrijver in het nadeel.

Hoe kan de betrouwbaarheid en validiteit van psychologische tests tijdens selectie gemaximaliseerd worden?

Multiple item ipv single item-> Als iemand een vraag verkeerd leest pakt single item tegengesteld uit, wanneer multi-item toegepast word is het totaal verschil op de te meten eigenschap kleiner.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Welke kenmerken hebben de 5 selectiemethoden: psychologische tests, interview, biografische inventory, werk sample en assesment center?

Psychologische test: gestandaardiseerde serie problemen of vragen welke een bepaalde individuele karaktertrek beoordeelt
Biografische inventory: zeer gedetailleerde achtergrond informatie
Interview--> face to face meeting
Werk sample--> selectiemiddel waarbij iemand mag laten zien hoe goed deze een bepaalde taak uit kan voeren--> band wisselen bv
Assesment center--> vaak voor management functie's, hoe goed is iemand in het uitvoeren van sommige taken bepaalde functie? Tests zoals:  in-basket oefeningen (volle mailbox afwerken hoe reageert ie op memo enz), leiderloze groep oefening, probleem oplos simulatie, rolspel.

Wat zijn de voor en nadelen van biografische inventory

+ resistant tegen faken door sollicitant, info bestaat uit feiten die gecheckt kunnen worden. Grote, betrouwbare voorspellende kracht.

-Score's reflecteren bij de empirische biografische inventory niet altijd KSAO's (rationele biografische inventory wel), vaak gezien als inbreuk op privacy, vaak gelimiteerd tot specifieke baan waarvoor deze ontwikkeld is, in tegenstelling tot bv psychologische test.

Wat zijn de voor en nadelen van het interview?

+ duidelijkheid wanneer vraag niet goed begrepen is, door kunnen vragen, gedrag kan waargenomen worden tijdens interview en je ziet gelijk hoe iemand communiceert en zich gedraagt ten opzichte van de interviewer, langere en gedetailleerdere antwoorden, zowel interviewer als sollicitant kunnen om verduidelijking vragen. Gestructureerd (gestandaardiseerd) interview is een vrij goede voorspelling van toekomstig gedrag.
-Ongestructureerde versie in mindere mate betrouwbaar, bias interviewer (confirmation bias, predictable world bias, availabillity bias, stereotypen, humeur interviewer enz enz), participant expectancy bias kan (interviewer beïnvloed antwoorden geinterviewde)

Welke factoren vergroten de betrouwbaarheid en validiteit van een interview?

  • Interviewer stelt gestandaardiseerde vragen
  • Interviewer heeft gedetailleerde info over betreffende baan
  • Interviewer heeft bij voorkeur geen voorkennis over de sollicitant zoals uitslagen psychologische test scores
  • Interviewer zou de sollicitant niet horen te evalueren totdat het interview volledig afgerond is.
  • Interviewer zou individuele dimentie's horen te beoordelen zoals educatieve achtergrond en relevantie van werkgeschiedenis ipv de algemene geschiktheid van de kandidaat voor het werk
  • Interviewers horen getraind te zijn in hoe ze een valide, gestructureerd interview uitvoeren.

Op welke dementie's kan een sollicitant zoal getest worden in een assesment center?

  • mondelinge Communicatie
  • mondeling begrip
  • probleem oplossend vermogen
  • interpersoonlijke relatie's
  • coaching
  • planning
  • schriftelijke communicatie

Wat zijn de voor en nadelen van assesment centers?

+hoge mate realiteit, op verschillende dementie's te testen, goede voorspelling toekomstig gedrag. Elke dementie bied de sollicitant een unieke wijze om te laten zien hoe ie de zaken aanpakt.
-individuele dimentie's hebben niet altijd goede construct validiteit

Wat zijn de voor en nadelen van een werksample?

+ zeer goede voorspeller of iemand goed is in bepaalde taken (bv autorijden of een motor uit elkaar halen en terug in elkaar zetten.
-sollicitant dient al ervaring te hebben, samples kunnen duur zijn in de ontwikkeling, beperkt tot enkele specifieke taak.

Hoe kan een organisatie aan personeelsplanning doen?

Beginnen met een lijst maken met hoeveel personen er voor elk type job benodigd zijn. Rekening houdend met groei, shiften van behoefte (behoefte inpakkers verminderd door technologie en dan zijn er meer monteurs nodig) en verloop binnen de organisatie.

Vervolgens een inventorisatie of je intern toe kunt komen door selectie ( intern=monteur in laten pakken) of training (inpakker opleiden tot monteur)

Of gaan we extern personeel werven (selectie)? Raming beschikbare vakmensen nu en in de toekomst is bij oa UWV/overheid verkrijgbaar

Welke 6 methoden kunnen ingezet worden voor het werven van personeel?

  1. Adverteren
  2. Doorverwijzing interne medewerkers
  3. Uitzendburo's
  4. Rekruteren op scholen
  5. Open dagen
  6. Internet

Veel bedrijven selecteren middels een subjectief gesprek met de manager van de afdeling, deze methode blijkt gevoelig voor bias en inaccuraat te zijn. Welke 2 elementen zijn nodig voor een betrouwbare en valide selectiemethode?

  1. Criteria--> wat is de definitie van een goede werknemer performance?
  2. De predictor--> is alles wat geëvalueerd word bij sollicitanten wat relateert aan de voor de baan benodigde criteria. Psychologische tests, biografische inventory, interview, werk samples en assesment centers zijn tools die ingezet kunnen worden om er achter te komen in hoeverre sollicitanten aan de benodigde KSAO's voldoen.


Validatie studie is nodig om te bepalen in hoeverre een predictor correleert aan de criteria.

Wat bedoelen we we met cross- validatie bij selectieprocedure?

Herhalen van de validatie studie. Hiervoor is een 2e sample nodig. Eerste sample om te bepalen om te bepalen of de criteria en predictor correleren, een 2e om te zien of de significante relatie van het eerste sample herhaald kan worden. om het proces te versnellen zou je je eerste groep aangenomen sollicitanten in 2 sample groepen kunnen verdelen--> de eerste voor validatie, 2e voor cross-validatie.

Cross-validatie vergroot het vertrouwen dat de predictor de criterion kan voorspellen.

Wat word bedoelt met validity generalisation

Validity generalisation--> Validiteit van selectieprocedure blijft gelijk van baan tot baan en organisatie tot organisatie. Dus de validiteit van een predictor voor een boekhouder binnen bedrijf 1 is gelijk aan een boekhouder voor bedrijf 2, dit geldt zolang dezelfde KSAO's benodigd zijn voor de functie.

Wat is het alternatief voor validiteit studie's?

Vertrouwen op bestaande tools.

Wanneer de bestaande KSAO's bepaald zijn en er bijvoorbeeld cognitief vermogen voor een functie benodigd is kan er voor een bestaande test gekozen worden.

Selectie tools kunnen bijvoorbeeld gekocht worden bij psychologische testbureau's, er kan een consultatieburo ingeschakeld worden met ervaring in verschillende selectiemethoden, incl assessement centers,   interviews, simulatie oefeningen en tests.

Zeker voor kleinere ondernemingen of grote ondernemingen met slecht enkele personen op een bepaalde positie is het vaak vele malen voordeliger een selectie service in te huren als zelf doen.

Welke 5 stappen zijn nodig voor een efficiënt opleidingsprogramma?

  1. Trainingsbehoefte analyse
  2. Doelen stellen
  3. Training ontwerpen
  4. Training geven
  5. Training evalueren

Wat verstaan we precies onder doelen stellen als we een training ontwikkelen?

Vaststellen wat de criteria zijn van een succesvolle training zodat we later kunnen evalueren of het daadwerkelijk een succes was

Welke 5 factoren in het trainingsdesign beïnvloeden of kennis wordt overgebracht en vaardigheden aangeleerd?

  1. Feedback--> in hoeverre leer ik wat ik moet weten? Erg belangrijk!
  2. Algemene principes--> dus niet alleen hoe iets gedaan wordt maar ook waarom.
  3. Identieke elementen--> training hoort overeen te komen met de praktijk, hoe beter de match in zowel responses als stimulie hoe makkelijker toe te passen in de praktijk.
  4. Overlearning! Herhaling! Oefening baart kunst, het eenmaal onder de knie heben  is niet voldoende!!
  5. Volgorde aanbrengen--> simpel=ineens geheel, complex beter in delen. Beter spaced training (9x 1u per week bv) als Massed training (1x 9u op een dag)!!

Hoe beïnvloeden degenen die opgeleid worden en de werkomgeving de mate dat hetgeen geleerd ook toegepast wordt (transfer of training)

Leerling: Wanneer mensen wat minder snel leren, wat meer tijd in steken, kan iedereen goed lezen? Anders beter met video of presentatie, attitude en motivatie zijn ook van belang, daarnaast verschillen mensen simpelweg in op welke manier ze het best nieuw materiaal tot zich nemen.

Werkomgeving: geleerde moet wel toegepast kunnen worden. Computter systeem wat pas over 6 mnd komt hoeft je nu nog geen les in te geven.... Leidinggevenden zullen ook achter de inhoud van de cursus moeten staan wil het uberhaupt toegepast worden.

Welke 8 trainingsmethoden worden in het boek genoemd?

  1. Audiovisuele training
  2. Auto-instructie (zoals geprogrammeerde instructie)
  3. Conferentie (Discussie leerlingen en leraar)
  4. Lezing
  5. Modeling ('rol'model doet voor)
  6. On the job training
  7. Rol spel
  8. Simulatie

Welke voor en nadelen heeft e-learning ten opzichte van klassieke leermethoden?

+ Controle wanneer je leert
+ Materiaal kan snel ontwikkeld en gewijzigd worden
+ Kan gecombineerd worden met klassieke trainingsmethoden
+ Kan gemakkelijk gecostumized  worden voor individuele behoeften

- Motivatie speelt grotere rol als klassieke methoden, zeker voor werknemer met minder interesse in de stof
- Wordt vaak van de werknemer verwacht dat dit in eigen tijd te doen wat workload vergroot--> dag vrij
-leerling bepaald eigen snelheid

Wat zijn de overeenkomsten en verschillen van mentoring en executive coaching.

Bij beiden wordt iemand door een ander begeleid op het werk, een slechte mentor of coach kan schade aanrichten

Executive coaching is vaak management gericht, mentoring niet perse. Een mentor is vaak een meer ervaren werknemer of een leidinggevende, een coach is over het algemeen niet iemand die zelf binnen de organisatie werkt.

Welke 5 stappen worden genomen bij het evalueren van een training en wat is de rol of het belang van elke stap?

  1. Criteria ontwikkelen--> wat willen we bereiken en wanneer zijn doelen behaald?
  2. Design kiezen--> hoe gaan we data verzamelen? Pretest-posttest design en controle groep zijn populair. (p179) reaction criteria kan alleen achteraf.
  3. Meetinstrumenten kiezen--> Hoe gaan we meten? Reactions criteria is altijd questionaire, learning criteria zal een soort test worden na de training.
  4. Data verzamelen--> niet iedereen wil hieraan meewerken en kan nogal wat mis gaan-hierop anticiperen voor effectieve studie.
  5. Analyseren en interpreteren resultaten--> was training effectief of moeten we deze aanpassen? Was kennis wel het probleem?

Hoe kunnen training level criteria en training performance criteria nog verder onderverdeeld worden?

Level--> Reactions criteria (was het leuk en nuttig) / Learning criteria (wat is er geleerd)
Performance--> Behavior criteria (Doet ie wat geleerd is) / Resultaat criteria (heeft training beoogde effect, heeft training kosten bespaard of productie vergroot?)

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo