Samenvatting: Industriele Automatiseringstechnieken
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van industriele automatiseringstechnieken
-
1 Industriële automatiseringstechniek
-
1.3.1 hydraulische uitvoerorganen
-
Wat voor soorten hydraulische aandrijvingen bestaan er?
Hydraulische motorenHydraulische cilinders
-dubbel werkende cilinder
- differentiaalcilinder -
1.3.2 pneumatische uitvoerorganen
-
pneumatische cilinders kunnen dmv snelheidsregelventielen, ook wel doorstroomregelventielen worden gesmoord. Op welke zijde smoor je een pneumatische cilinder?
Dit gebeurd op de uitgaande weg. -
1.3.3 elektrische aandrijftechniek
-
Er zijn verschillende soorten aandrijvingstechnieken mogelijk. Elektrische aandrijving is daar één van, benoem de 4 meest gebruikte elektromotoren binnen de automatisering.
- Draaistroommotoren
- gelijkstroommotoren
- servomotoren
- stappenmotoren
- Draaistroommotoren
-
Bij elektrische aandrijvingen heb je verschillende soorten motoren. 1 van deze motoren is de gelijkstroommotor. Benoem de 5 componenten welke in een gelijkstroommotor zitten.
- Stator
- magnetisch veld van de stator
- ankerwikkeling
- collector/commutator
- koolstofborstels
- Stator
-
Een andere mogelijkheid van elektrische aandrijvingen is servo motoren. Deze motoren zijn traagheidsarm uitgevoerd en bestaan uit een servobesturing en een servomotor.wat is traagheidsarm?beschrijf de servobesturing en servomotor.
- Traagheidsarm betekent dat de motor snel reageert.
- positie regelaar> snelheidsregelaar>versterker
- Traagheidsarm betekent dat de motor snel reageert.
-
1.4 hoofdschakelelementen
-
Om uitvoerorganen te sturen heb je verschillende soorten hoofdschakelelementen. Benoem enkele manieren.
- Hydraulische / pneumatische 5/2 ventielen voor het regelen van ingaande en uitgaande slag ( in / uit )
- proportionele ventielen 5/3 et een middenstand ( in / neutraal / uit )
- Hydraulische / pneumatische 5/2 ventielen voor het regelen van ingaande en uitgaande slag ( in / uit )
-
2 Signalen, signaalgevers en sensoren
-
2.2 signalen
-
Om de acuatoren goed aan te sturen hebben we verschillende sensoren binnen de industriele automatiseringstechniek. Wat zijn de mogelijkheden waarop een signaal kan worden gecreëerd?
- Pneumatisch
- elektrisch
- elektronisch
- magnetisch
- optisch
- radiografisch
- Pneumatisch
-
2.2.1 signaalopbouw
-
Wanneer we kijken naar de signaalvormen welke de signaalgevers zijn er 2 soorten signalen. Welke 2 signalen zijn dit?Wat onderscheid deze signalen?
- Deze signalen zijn monostabiele en bistabiele signalen.
- mono kenmerkt zich door 2 standen. Aan "1" en uit "0"
- Deze signalen zijn monostabiele en bistabiele signalen.
-
2.3 signaal gevers
-
Binnen de industriele automatiseringstechniek hebben we verschillende soorten ventielen. Ventielen met een JA of NEE functie. Leg het verschil uit tussen deze ventielen.
Het verschil tussen deze ventielen is dat bij een NIET functie het signaal in geactiveerde toestand "0" is.
een JA functie is in geactiveerde toestand een "1" -
2.4 sensoren
-
Binnen de industriele automatisering is er naast signaal gevers die uitwendige kracht nodig hebben ook singaal gevers die dat niet nodig hebben. Dit noemen we sensoren. Welke 6 type sensoren zijn er?
- Pneumatische sensoren
- Magnetische sensoren
- Inductieve sensoren
- capicitieve sensoren.
- Optische sensoren
- druk sensoren
- Pneumatische sensoren
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden