Samenvatting: Infectie En Immuniteit

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Infectie en immuniteit

  • 1 Introductie tot het immuunsysteem

    Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Het menselijk lichaam heeft natuurlijke barrières ontwikkeld om het binnendringen van microben te voorkomen. Welke barrières zijn dit?


    De huid en slijmvliezen maken bijvoorbeeld deel uit van het aangeboren of niet-adaptieve immuunsysteem. Als deze barrières echter worden doorbroken, bijvoorbeeld na een snee, kunnen microben en potentiële ziekteverwekkers (schadelijke microben) het lichaam binnendringen en zich snel gaan vermenigvuldigen in de warme, voedselrijke systemen, weefsels en organen.
  • Wat herkent het immuunsysteem nog naast niet-eigen antigenen?

    Naast het herkennen van niet-eigen antigenen, herkennen de cellen van het immuunsysteem ook veranderingen van het zelf die het gevolg zijn van bepaalde ziekteprocessen (bijvoorbeeld gemodificeerde eigen antigenen die op tumorcellen worden aangetroffen) en kunnen ze de tumorcel elimineren zodra deze is herkend (figuur). Het vermogen om ongewijzigd eigen antigeen te herkennen kan, als het niet gereguleerd wordt, leiden tot auto-immuunziekten, zoals bij sommige vormen van diabetes mellitus. Gelukkig bevat het adaptieve immuunsysteem een ​​aantal mechanismen die ervoor zorgen dat ongewijzigde eigen antigenen worden getolereerd, wat bij de meeste mensen auto-immuunziekten voorkomt.
  • 2 Basis concepten en componenten van het immuunsysteem

  • 2.3 Componenten van het immuunsysteem

    Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.3
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat zijn de belangrijkste kenmerken van de adaptieve immuunrespons?

    De belangrijkste kenmerken van een adaptieve immuunrespons zijn specificiteit, diversiteit en geheugen. De reactie is specifiek omdat er onderscheid wordt gemaakt tussen verschillende moleculaire entiteiten; het is divers omdat het het vermogen heeft om te reageren op vrijwel elk antigeen dat men tegenkomt; en het heeft een geheugen doordat het zich eerder contact met antigeen kan herinneren en de tweede keer een sterkere reactie kan laten zien. Het laatste kenmerk vormt de basis van vaccinatie.
  • 3 COO: organen van het immuunsysteem

  • 3.2 De thymus

    Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3.2
    Laat hier meer flashcards zien

  • Hoe is het epitheliaal reticulum van de thymus opgebouwd?

    • ruimtelijk netwerk van stervormige epitheelcellen (R)
    • fungeert als een ondersteunend geraamte (stromaal netwerk)
      • moeilijk te identificeren tussen de lymfoïde cellen (vnl in de cortex: ‘nurse cells’)
      • vooral zichtbaar rond de bloedvaten
    • zijn met elkaar  verbonden  via desmosomen; hebben een grote, bleke ovale  kernen
    • veel eosinofiel cytoplasma ;  bevatten intermediaire cytokeratine filamenten (tonofilamenten)
  • Wat doen thymische lymfocyten (thymocyten)?

    • de meeste  thymische lymfocyten (T) zijn ontwikkelende T- lymfocyten in verschillende differentiatiestadia; B-lymfocyten zijn in kleinere aantallen aanwezig
    • de medulla is minder dicht bevolkt met thymische lymfocyten dan de cortex
    • de meeste T-cellen zijn opweg naar de circulatie:
      • buitenste corticaal gebied: T-celklonen (celdeling!) en rijping T-cellen
      • medullair gebied: de T-cellen gaan de bloedvaten en lymfevaten in:
        • voegen zich bij de circulerende T-cellen
        • bereiken de perifere lymfoïde organen 
  • Wat zijn de lichaampjes van Hassal?

    • kenmerkend voor het merg
    • 30 - 150 µm
    • concentrisch om elkaar gelegen platte epitheelcellen
    • wisselende graad van verhoorning
    • reeds aanwezig in de late embryonale fase
    • functie?
  • Hoe ziet de thymus er uit bij een kind tov een volwassene?


    Kind:
    • de thymuscortex (C) is verdeeld in lobben dmv. fibrocollageneuze septa (S)
    • is omgeven door vetweefsel van het mediastinum
    • de medulla (M) is minder dicht bevolkt met cellen


    Volwassene:

    • involutie van de thymus 
    • wordt geleidelijk vervangen door vetweefsel (A)
    • de medulla (M) is minder dicht bevolkt met cellen
  • 3.2.1 De lymfeklieren

    Dit is een preview. Er zijn 9 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3.2.1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat doen de sinussen van lymfeklieren?

    • leiden lymfe en  gesuspendeerde lymfocyten en macrofagen door de lymfeklierstructuur
    • de afferente lymfevaten draineren achtereenvolgens in:
      • de randsinus of subcapsulaire sinus:
        • direct onder het bindweefselkapsel
        • aan de hele convexe zijde
      • de corticale sinussen
        • door de corticale celmassa heen
        • langs de trabeculae
      • de medullaire sinussen:
        • netwerk
        • onderling verbonden
        • komen samen in het efferente lymfevat (thv de longhilus)
  • Waar zitten de lymfoïde gebieden van de lymfeklier?


    1. buitenste cortex (C):
      1. lymfoïde follikels (F)
      2. hoofdzakelijk B-lymfocyten
    2. de diepe schorszone of paracortex (P)
      1. hoofdzakelijk T-lymfocyten
      2. geen lymfoïde follikels!
    3. de medulla:
      1. celrijke medullaire strengen 
      2. B-lymfocyten
      3. plasmacellen
      4. wijde medullaire sinussen
      5. grotere bloedvaten & ondersteunende  trabeculae
      6. ondersteunend netwerk van reticulinevezels
      7. macrofagen
  • Hoe kunnen de lymfeklieren functioneel worden opgedeeld?

    3 functionele typen lymfekliercellen:
    1. lymfoïde cellen
      1. alle lymfocyten en hun afgeleiden
      2. komen de lymfeklier binnen via het bloed (/\) en via de lymfe (\/)
    2. immunologische accessoire cellen (macrofagen)
      1. antigeenpresenterende cellen
      2. fagocytische antigeenbewerking
      3. aspecifieke effectorfuncties
    3. non-immunologische actieve stromacellen
      1. endotheelcellen
      2. fibroblasten

    3 functionele compartimenten

    1. een netwerk van lymfesinussen (in contact met de lumina v/d lymfevaten)
    2. een netwerk van kleine bloedvaten (waarlangs de circulerende lymfocyten binnenkomen)
    3. een parenchymaal compartiment, bestaande uit een cortex, paracortex en medulla

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Onderwerpen gerelateerd aan Samenvatting: Infectie En Immuniteit