Othostatische hypotensie

8 belangrijke vragen over Othostatische hypotensie

Hoe vaak komt orthostatische hypotensie bij ouderen voor?

Ongeveer 20% maar 2% is symptomatisch.

Wat zijn de oorzaken van orthostatische hypotensie

Autonome dysfunctie
- primair (MSA)
- sucundair (bijvoorbeeld bij DM)
Medicatie (vergeet niet antidepressiva)
Volume depletie (chronische hypovolemie is een gevolg van autonoom falen)
Leeftijd
Cardiac pump failure (arrytmie, pericarditis, aortaklepstenose)
Adrenerge insufficientie
Feochromocytoom
Onbekend (40%)

Wat is autonoom falen?

Het is een stoornis van noradrenerge neurotransmissie waarbij postganglionaire sympatische neuronen onvoldoende noradrenaline vrijmaken. Dit resulteert in verminderde vasocontrictie en afgenomen intrathoracaal vasculair volume. De afwezigheid van een passende reflex-geinduceerde toename van de hartfrequentie op het moment dat de bloeddruk daalt is een klinisch teken voor de aanwezigheid van autonoom falen. Maar de een toename van de hartfrequentie sluit niet autonoom falen uit! (daling van de hartfrequentie vindt meestal plaats bij relfex syncope)
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat zijn oorzaken van primaire autonome dysfunctie?

Neurodegeneratieve ziekten: synucleinopathies (kenmerk: cytoplasma neuronal of glial inclusions met alpha synucklein in de hersenen en perifere autonome zenuwen)
Dit zijn de volgende ziekten: 
- Parkinson
- Lewy body dementie
- Multiple system atrofie (andere naam is Shy-Drager syndroom)
- Pure autonomic failure 

Wat zijn oorzaken van secundaire autonome dysfunctie?

1) Kleine vezel perifere neuropathie (presenteert zich zelden met orthostatische hypotensie):
- Diabetes
- Amyloidosis
- Sjogren en andere bindweefselziekten
- Nierinsufficientie
- vitamine B12 tekort
- bepaalde infecties (syphilis, lyme, HIV)
- sarcoidose
- porphyrie
- Guillain Barre

2) autoimmuun autonome ganglionopathie

3)Paraneoplastische autonome neuropathie. (anti-HU antilichamen, vaak bij kleincellig longca) Andere klachten: bowelhypomotiliteit, intestinale obstructie, bladder dysfunctie, orthostatische hypotensie, puppillomotor en sudomoter dysfunctie en xerophthalmia. 
 
4) Familiaire dysautonomie (Riley Day syndroom)

Wat is autoimmuun autonome ganglionopathie?

Autoimmuun autonome impairment met ganglion nicoterge acetylcholine receptor (nAChR) autoantilichamen. Het kenmerkt zich met een subacuut begin (ong 3 maanden) van autonome dysfunctie. Naast orthostatische hypotensie  hebben patienten droge ogen en droge mond, ernstige bovenste gastrointestinale autonome dysfunctie, grote pupillen (slecht lichtreactief) en neurogene blaas. Patienten zijn jong en vaker vrouw dan man. Andere autoimmuun ziekten kunnen aanwezig zijn. Detectie van nAChR antilichamen bevestigd de ziekte. Meestal is behandeling (plasmaferese of IV immunoglobulines nodig).

Wat zijn gerelateerde aandoeningen (aan orthostatische hypotensie)?

Postprandiale hypotensie (binnen 1 tot 2 uur na de maaltijd, ouderen en diabetice)
Reflex syncope
POTS
Chronische orthostatische intolerantie

Hoe stel je de diagnose orthostatische hypotensie?

Meet de bloeddruk na 5 minuten rustig liggen en dan na 2 en 5 minuten staan: Ten minste 20 mmHg daling in systole en 10 mmHg in diastole. 
(cave delayed orthostatische hypotensie bestaat ook, deze patienten hebben wel mildere kliniek)

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo