Startpagina / Samenvattingen / Class notes - Inkomsten- en vennootschapsbelasting (goed) / vrijstelling-beleggen-prijs

Vermogensrendementsheffing

4 belangrijke vragen over Vermogensrendementsheffing

Hoeveel belasting betalen we over het inkomen uit sparen en beleggen?

Art. 2.13, 36%

Hoe bepaal je het voordeel uit sparen en beleggen?

Art. 5.2 Wet IB. Fictieve rendementen, werkelijk rendement niet relevant.

Er zijn een aantal vrijstellingen voor sparen en beleggen, welke?

-vrijstelling bos- en natuurterreinen en landgoederen. Art. 5.7
-vrijstelling voorwerpen van kunst en wetenschap. Art. 5.8
-vrijstelling rechten op roerende zaken krachtens erfrecht. Art. 5.9
-vrijstelling bepaalde rechten. Art. 5.10
-vrijstelling kortlopende termijnen van inkomsten en verplichtingen. Art. 5.12
-vrijstelling groene beleggingen. Art. 5.13 e.v.
-vrijstelling nettolijfrenten art. 5.16 e.v.
-vrijstelling nettopensioen. Art. 5.17 e.v.

Hoe waarderen we bezittingen en schulden?

Art. 5.19 Wet IB. E.v.

HR zegt: 'Onder de waarde in het economische verkeer moet worden verstaan de prijs die bij aanbieding van een zaak ten verkoop op de voor die zaak meeste geschikte wijze na de beste voorbereiding door de meestbiedende gegadigde zou zijn betaald'

-reële prijs
-volledige concurrentie
-open markt

Let op uitzonderingen:
-woning 5.20 WOZ-waarde
-effecten 5.21
-genotsrechten 5.22

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Inkomsten- en vennootschapsbelasting (goed)

Bekijk samenvatting