Samenvatting: Inleiding Bedrijfskunde Endterm
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Inleiding Bedrijfskunde Endterm
-
A. Marketing
Dit is een preview. Er zijn 7 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 01/11/2014
Laat hier meer flashcards zien -
Hoe was de verschuiving van marketing over de 20e eeuw?
Begin 1900: Zo veel mogelijk productie door grote vraag.
Rond 1920: Er werd meer nadruk gelegd op verkoop dan productie.
Jaren '50: Na de Tweede Wereldoorlog ontstond het 'marketing concept' welke was gericht op:- Consument oriëntatie
- Service oriëntatie
- Winst oriëntatie
- Consument oriëntatie
-
Wat zijn 'primary' en 'secundary data'?
Primary data is data verzameld uit eigen onderzoek.
Secundary data is bestaande data zoals CBS, kranten etc. -
Wat is de 'business-to-business markt'?
Alle individuen en organisaties die producten en diensten willen aanschaffen met als doel deze te verkopen, verhuren of als grondstof of halffabricaat te gebruiken. -
Wat is 'market segmentation/marktsegmentatie'?
Onderverdelen van de markt in verschillende groepen met dezelfde karakteristieken. -
Wat is 'target marketing'?
Gerichte marketing t.o.v. groepen uit marktsegmentatie. -
Wat is 'niche marketing'?
Het vinden van kleine, winstgevende marktsegmenten en het vinden of ontwerpen van producten voor deze segmenten. -
B. Ontwikkeling en prijzen van producten en diensten
Dit is een preview. Er zijn 12 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 02/11/2014
Laat hier meer flashcards zien -
Wat is 'distributed product development'?
De omgang met diverse delen van het innovatieproces, gebeurt vaak met bedrijven van andere landen. -
Wat is een 'compleet product aanbod/waardepakket'?
Alles wat klanten evalueren wanneer ze beslissen iets wel of niet te kopen. -
Leg de volgende soorten goederen of diensten uit:- Convenience goods and services- Speciality goods and services- Shopping goods and services- Unsought goods and services
- Convenience goods: Producten die een klant vaak koopt en weinig moeite voor wil doen.
- Speciality goods: Producten voor een klein marktaandeel, maar waar de consumenten bereid zijn moeite voor te doen.
- Shopping goods: Producten die een klant koopt na vergelijking van waarde, kwaliteit, stijl en prijs van verkopers.
- Unsought goods: Producten die consumenten niet verwacht hadden te kopen maar toch onvoorzien nodig hebben (begrafenis polis).
- Convenience goods: Producten die een klant vaak koopt en weinig moeite voor wil doen.
-
Leg de volgende categorieen m.b.t. merken uit:- Manufacturers' brand name- Private-label brands- Generic goods- Knockoff brands
- Manufacturers' brand name: Merknamen van fabrikanten die producten nationaal verspreiden.
- Private-label brands: Merknamen van distributeurs in plaats van fabrikanten (zoals AH).
- Generic goods: Merkloze producten die over het algemeen worden verkocht voor een lage prijs.
- Knockoff brands: Illegale kopieën van goederen van nationale merken.
- Manufacturers' brand name: Merknamen van fabrikanten die producten nationaal verspreiden.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden