Algemene beginselen van behoorlijk bestuur - Meerderheidsregel
3 belangrijke vragen over Algemene beginselen van behoorlijk bestuur - Meerderheidsregel
Wie dient te bewijzen dat de meerderheidsregel van toepassing is?
De belanghebbende
In welke 3 gevallen wordt de meerderheidsregel niet toegepast?
1) Als de gemaakte fout het gevolg is van een onjuiste rechtsopvatting van de inspecteur.
2)Correcties door de inspecteur wegens gering financieel belang.
3)Gevallen waarin de aanslag op een te laag bedrag is vastgesteld als gevolg van schrijf en tikfouten.
Op welke 3 manieren kan de bevoegdheid van de inspecteur om een aanslag op te leggen eindigen en wat is de uitzondering?
1) Als de termijn, na het ontstaan van de belastingschuld, is verstreken na 3 jaar art. 11 lid 3 Awr. Zie lid 4 voor einde termijn bij ib en vpb
2) Als al een primitieve aanslag is opgelegd. Vervanging een aanslag door een beter is ook niet mogelijk
3) Als er op de voet van art. 12 AWR een beschikking tot het niet opleggen van een aanslag is afgegeven.
Uitzondering: een aanvullende aanslag is te converteren in een navorderingsaanslag mits is voldaan aan de vereisten van een navorderingsaanslag.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
