Sytze Steenstra, 'Wat is filosofie?' in: Inleiding in de filosofie - Descartes, 'Meditaties: over de eerste filosofie' in: De uitgelezen Descartes. Han van Ruler ed. 232-239

5 belangrijke vragen over Sytze Steenstra, 'Wat is filosofie?' in: Inleiding in de filosofie - Descartes, 'Meditaties: over de eerste filosofie' in: De uitgelezen Descartes. Han van Ruler ed. 232-239

1. ONDERWERP MEDITATIES
Wat is het onderwerp van dit gedeelte uit Descartes’ Meditaties?

Het onderwerp van dit gedeelte uit Descartes’ Meditaties is de fundering van zekere kennis, ofwel een zoektocht naar welke dingen wel, en welke dingen niet betwijfelbaar zijn, met als doel te komen tot een fundament van zekere kennis.

2
PROBLEEMSTELLING MEDITATIES
  1. Wat is de probleemstelling of vraag in dit gedeelte uit Descartes’ Meditaties?

De probleemstelling of vraag die Descartes in deze passage uit de Meditaties centraal stelt, is de volgende:
Is er onder alles wat ik voor waar houd een mening te vinden die geheel en al onbetwijfelbaar is, of is al mijn vermeende kennis onzeker?

3
BEGRIPPEN MEDITATIES
Welke belangrijke begrippen gebruikt Descartes in de door u gelezen passage uit de Meditaties? Leg deze begrippen uit.

Hier volgen een paar voorbeelden (er zijn nog andere mogelijk!):
  1. Een belangrijk begrip voor Descartes is ‘zekerheid’. Hieronder verstaat hij onbetwijfelbare kennis.
  2. Onder ‘vooroordeel’ verstaat hij een mening die op grond van een verkeerde gewoonte (dus niet vanwege de zekerheid van de betreffende mening) in stand wordt gehouden.
  3. ‘Uitgebreidheid’ is de term die Descartes gebruikt voor de lichamelijke extensie, ofwel het innemen van ruimte.
  4. Onder ‘lichaam’ verstaat hij alles wat ondoordringbaar is voor andere lichamen, wat door vorm wordt begrensd en door plaats afgebakend.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

4  HOOFDSTELLING MEDITATIES
Wat is de belangrijkste stelling (of het hoofdargument) in de door u gelezen passage uit Descartes’ Meditaties?

De belangrijkste stelling is dat nadat alles wat onzeker is (d.w.z. niet onbetwijfelbaar is), voorlopig op weloverwogen gronden is verworpen, en er slechts een zekerheid overblijft die Descartes onder geen beding kan betwijfelen. Die zekerheid luidt: ‘zolang ik denk, besta ik’.

5a ARGUMENTATIE MEDITATIES
Hoe is de argumentatie in dit deel van Descartes’ Meditaties opgebouwd?

  1. Descartes begint zich af te vragen welke dingen die hij voor waar houdt, betwijfelbaar (niet onbetwijfelbaar) zijn. Hij richt zich daarbij op de principes waarop zijn vermeende kennis steunt: de zintuiglijke waarneming, de lichamelijke natuur in het algemeen en de meest eenvoudige en algemene zaken, zoals vorm en kwantiteit.
  2. Op grond van drie argumenten laat Descartes zien dat al deze kennis betwijfelbaar is:
1a) de zintuigen zijn niet volledig betrouwbaar, omdat ze ons soms bedriegen;
1b) bijzonderheden die de zintuigen mij voorspiegelen, zoals de lichamelijke gewaarwording, zouden onwaar kunnen zijn, omdat ik nooit zeker weet of ik niet droom;

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo