Startpagina / Samenvattingen / Inleiding in de filosofie - Deel 2 / geldigheid-descartes-god

De filosofische grondslagen van kennis en wetenschap

11 belangrijke vragen over De filosofische grondslagen van kennis en wetenschap

Tot wat worden de zekerheid en vanzelfsprekendheid en de onwrikbare grondslag van de wiskunde door Descartes verheven?

Tot een norm waaraan alle wetenschap moet voldoen.

Wat maakt Descartes tot model van de wetenschap?

De meetkunde, een geheel van onderling nauw samenhangende en met zekerheid gekende waarheden.

Waarom is zo'n wetenschap een zuiver rationele aangelegenheid?

Omdat ze enkel berust op analyse en synthese.

Waar moet de wetenschap beginnen, wat moet haar uitgangspunt zijn?

Het uitgangspunt moet onbetwijfelbaar en oorspronkelijk zijn omdat alle andere kennis eruit moet kunnen worden afgeleid.

Wat moet het gezochte uitgangspunt dus zijn?

De allereerste zekerheid, die zelf van geen andere zekerheid afhankelijk is.

Wat loopt als een rode draad door het werk van Descartes?

De geringschatting van de zintuigen als bron van absoluut zekere kennis.

Wat is de twijfel van Descartes?

Een experiment: een opzettelijke en zo consequent mogelijk volgehouden poging om alles in twijfel te trekken, in de hoop ten slotte op iets onbetwijfelbaars te stuiten.

Wat kan Descartes niet ontkennen?

Dat er allerlei ideeën, voorstellingen en gewaarwordingen zijn in zijn bewustzijn, maar wel dat aan al die ideeën, voorstellingen en gewaarwordingen in zijn denken iets in de werkelijkheid buiten zijn denken beantwoord (hij weet niet eens of zo'n werkelijkheid, inclusief zijn lichaam, überhaupt bestaat).

Waar vormt de volmaaktheid van God een garantie voor?

Voor de waarheid van alle heldere en welonderscheiden kennis.

Waarin ligt volgens Descartes de garantie besloten van de geldigheid van het waarheidscriterium en van het bestaan van de stoffelijke werkelijkheid?

In de volmaaktheid van God. De volmaakte God kan immers geen bedrieger zijn.

Waarom lijkt de garantie van de geldigheid van het waarheidscriterium in de volmaaktheid van God te berusten op een cirkelredenering?

Enerzijds berust de geldigheid van het godsbewijs op de waarheid van heldere en welonderscheiden ideeën en dus op de geldigheid van het waarheidscriterium; maar anderzijds berust de geldigheid van het waarheidscriterium op haar beurt op de geldigheid van het godsbewijs.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Inleiding in de filosofie - Deel 2 | 9789491465574 | J F Vanheste

Bekijk samenvatting

Een unieke studie- en oefentool
Nooit meer iets twee keer studeren
Haal de cijfers waar je op hoopt
100% zeker alles onthouden

Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.

Onderwerpen die gerelateerd zijn aan De filosofische grondslagen van kennis en wetenschap

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding