De ouder en het kind - De invloed van de persoonlijkheid van de ouder
6 belangrijke vragen over De ouder en het kind - De invloed van de persoonlijkheid van de ouder
Waarom is de persoonlijkheid van de ouder van invloed op de opvoeding?
Het is allereerst belangrijk dat de ouder een 'gezonde' persoonlijkheid en een positieve levenshouding heeft om de opvoedig optimaal te laten verlopen. Het opvoeden handelen van de ouder wordt bepaald door zijn karaktereigenschappen en psychisch welbevinden. De ene ouder kan bij regelovertredend gedrag van het kind door innerlijke onrust, onzekerheid en spanning met een heftige machtuitoefenende impuls (over)reageren. De andere ouder beschikt over voldoende zelfvertrouwen en innerlijke rust om bij regelovertredend gedrag positief te reageren op het gedrag van het kind.
Welke eigenschappen heeft een ouder volgens Dekovic, Groenendaal en Gerrits nodig om het opvoeden optimaal te laten verlopen?
Waarom is de invloed op het opvoedgedrag bij een ouder met een gestoorde persoonlijkheidsstructuur groot?
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Welk nadelig effect kan een depressieve ouder hebben?
Een kind heeft zelf ook een grotere kans op een depressie of op andere stoornissen.
Wat is een primare voorwaarden van het opvoeden van het kind tot een competent persoon met voldoende gevoel voor eigenwaarde?
Een positieve zelfwaardering van de ouder. Een positieve zelfwaardering geeft het gevoel van importantie (waardigheid) en zelfrespect. Hierdoor wordt een basis gelegd voor een eerlijke, verantwoordelijke en liefdevolle houding van de gezinsleden onderling.
Negatieve zelfwaardering van de ouder kan leiden tot kindermishandeling, doordat de ouder niet in staat is om positief om te gaan met het kind. Er is sprake van disfunctioneel opvoedend handelen waarbij overmatig hard wordt gestraft.
Wat wordt bedoeld met de 'locus of control' in het opvoedgedrag van de ouder?
Dat is de mate waarin de ouder er al dan niet van overtuigd is dat hij instaat is om invloed uit te oefenen op belangrijke levensgebeurtenissen om zich heen.
Er is sprake van een interne en externe locus of control.
De interne locus of control: levensgebeurtenissen afhankelijk van eigen vaardigheden en handelingen.
De externe locus of control: levens gebeurtenissen toegeschreven aan factoren die de ouder niet kan beheersen, bijvoorbeeld door toeval, noodlot of geluk.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden