Startpagina / Samenvattingen / Inleiding in het Nederlands recht / bevoegdheid-grondwet-delegerend

De wetgeving - De bevoegdheid tot wetgeving

3 belangrijke vragen over De wetgeving - De bevoegdheid tot wetgeving

Op welke twee manieren kan de bevoegdheid van een orgaan om regelgeving te maken tot stand komen?

Attributie is het scheppen van de bevoegdheid om een bepaald soort wettelijke regels vast te stellen en die bevoegdheid (al dan niet beperkt) toe te kennen aan een bepaald orgaan.
Delegatie is het overdragen van de bevoegdheid om nadere regels over een bepaald onderwerp vast te stellen binnen het kader van de hogere regeling.

Aan welke organen kent de Grondwet van 1983 de wetgevende bevoegdheid toe via attributie?

1. Regering en Staten-Generaal (artikel 81 Grondwet)
2. Regering (artikel 89 lid 1 Grondwet)
3. Provinciale Staten en de gemeenteraad (artikel 127 Grondwet)
4. Besturen van openbare lichamen in het Caribische deel van Nederland (artikel 132a lid 1 Grondwet)
5. Besturen van Waterschap (artikel 133 lid 2 Grondwet)
6. Besturen van openbare lichamen voor beroep en bedrijf (artikel 134 lid 1 Grondwet)

Welke beperking kent de door delegatie verkregen bevoegdheid tot wetgeving?

de omvang van de gedelegeerde bevoegdheid is nooit ruimer dan de opdracht die in de betreffende wet aan het delegerende,
wetgevende orgaan is verstreken.

De opdracht is in de delegerende wet meestal zeer nauwkeurig omschreven. Gaat de delegataris 'buiten het boekje', dan is diens
regeling daarmee in strijd met de delegerende regeling.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Inleiding in het Nederlands recht | 9789082849523 | J W P Verheugt

Bekijk samenvatting