Samenvatting: Inleiding In Het Nederlandse Recht | 9789082849509 | J W P Verheugt
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Inleiding in Het Nederlandse Recht | 9789082849509 | J. W. P. Verheugt
-
1 Recht in het algemeen
Dit is een preview. Er zijn 7 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Welke 4 soorten verdragsbepalingen zijn er?
1. Verdragen tussen staten onderling of volkenrechtelijke organisaties;
2. Verdragen die verplichtingen bevatten voor wetgevers van aaneengesloten staten m.b.t. Maken en aanpassen van wetgeving;
3. Verdragen die rechtsregels bevatten die zonder tussenkomst van de wetgever rechtstreeks in het nationaal recht kunnen gelden;
4. Verdragen die bestaan uit regelingen waarbij bevoegdheden tot wetgeving, bestuur en rechtspraak worden opgedragen aan een internationale organisatie. -
1.1 Inleiding
Dit is een preview. Er zijn 7 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
Laat hier meer flashcards zien -
Wat zijn descriptieve kennisgebieden?
Het beschrijven van de werkelijkheid in algemene regels. Ze zijn empirisch van aard: je kunt ze toetsen door middel van eigen waarnemingen. -
Wat zijn prescriptieve (normatieve) kennisgebieden?
Geven algemene regels voor wenselijk gedrag. Hoe behoor je je als mens te gedragen. Bestaan uit normen en waarden. -
1.2 De rechtsbronnen
Dit is een preview. Er zijn 9 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2
Laat hier meer flashcards zien -
Wat is het positief recht?
Het geheel van geldende rechtsregels -
Welke (rechts)regels behoren niet tot het positief recht?
- Rechtsregels die nog niet zijn ingevoerd;
- Rechtsregels die zijn afgeschaft;
- voorschriften die uit de moraal of godsdienst voorvloeien;
- Fatsoensregels. -
1.3 Nationaal en internationaal recht
Dit is een preview. Er zijn 13 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.3
Laat hier meer flashcards zien -
Twee vormen van soevereiniteit:1. Interne soevereiniteit2. Externe soevereiniteit Geef de betekenis van beide vormen
1. De overheid heeft binnen een land de exclusieve bevoegdheid tot wetgeving, bestuur en rechtspraak.
2. Landen en overheden zijn in beginsel vrij om te bepalen welke bevoegdheden aan de verschillende overheidsambten toekomen en welke regels zij nodig achten. -
Leg de voorrangsregel in art. 94 Gw uit
Een regel of besluit van internationale herkomst heeft voorrang boven de nationale regel. Voorwaarde: de regel of het besluit in NL een ieder naar zijn inhoud kan verbinden. -
Joe werkt het EVRM door in het Nederlandse recht?
Nederland heeft in het verleden gekozen voor een Monistisch systeem waarbij rechtsregels uit een verdrag kunnen deel uitmaken van het nationale recht zonder dat eerst omzetting in nationaal recht nodig is. -
De betekenis van een dualistisch systeem
Systeem wat vereist dat de verantwoordelijke regering eerst transformatiewetten maakt. Deze transformatiewetten zetten de op internationaal niveau afgesloten verdragsbepalingen om in nationale wetgeving -
Wat is een gevolg van het monistisch systeem in het recht voor de Nederlandse soevereiniteit? En in welke wet is dit vastgelegd?
Met het monisme heeft Nederland gekozen voor een vrijwillige inperking van zijn soevereiniteit. Deze keuze is vastgelegd in art. 93 Grondwet.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Onderwerpen gerelateerd aan Samenvatting: Inleiding In Het Nederlandse Recht
-
Recht in het algemeen - Nationaal en internationaal recht
-
Recht in het algemeen - De rechtsgebieden
-
Recht en staat - Verdeling van overheidsmacht: De Trias Politica
-
Recht en staat - De Trias Politica in Nederland
-
Recht en staat - Decentralisatie
-
Recht en staat - Nederland: een parlementaire democratie
-
Recht en staat - De grondrechten
-
De wetgeving - Het verdrag als rechtsbron
-
De rechtspraak - Rechtspraak in eerste aanleg
-
De rechtspraak - Rechtspraak in hoger beroep en cassatie
-
Burgerlijk recht - kernbegrippen
-
Internationaal recht - Volkenrecht