Startpagina / Samenvattingen / Inleiding letterkunde studiewijzer / persoon-rede-erlebte

Gedachten, gesprekken en gezichtspunten

5 belangrijke vragen over Gedachten, gesprekken en gezichtspunten

Aan welke tekstelementen herkent men de erlebte Rede?

de gedachten worden in hoofdzinnen verwoord
de tijd waarin het verhaal wordt verteld, blijft gehandhaafd
de persoon verandert niet (bijvoorbeeld 3e persoon)

spreektaalelementen als korte tussenwerpsels, uitroepen, retorische vragen, onvolledige zinnen, en aan leestekens als uitroeptekens, gedachtepuntjes
de ongewone combinatie van bijwoorden van tijd met de o.v.t. "Morgen was het Kerstmis"
de weergave van tijdloze waarheden in de verleden tijd (het tijdloos praeterium)

Waarom is tekstinterferentie in verhalen van de eerste persoon minder gemakkelijk te herkennen?

In ik-verhalen liggen vertellerstkest en persoonstekst minder ver van elkaar; de verteller (vertellend ik) en de persoon (belevend ik) zijn immers dezelfde. Daardoor is de tekstinterferentie minder opzichtig en minder sturend.

Waarom is de erlebte Rede in verhalen in de o.t.t. minder gemakkelijk aan te wijzen?

Omdat er geen sprake is van verandering van tijd,(van o.v.t. naar o.t.t.) die zo kenmerkend is voor de erlebte Rede, de tekst staat immers al in de o.t.t.
Alleen aan de spreektaal zouden we kunnen zien dat er sprake is van erlebte Rede.

Wat verstaan we onder de vertelvorm "soliloquium"?

Het hardop denken van de personages: weergave van de gedachten: een directe monoloog. Maar omdat hij wordt uitgesproken is er geen sprake van een innerlijke directe monoloog, maar van een soliloquium

Hoe ziet de neutrale vertelsituatie eruit?

Teksten of tekstfragmenten die uit dialogen bestaan en waarbij de verteller niet meer doet dat de uitlatingen van de personages registreren, zonder toegang tot hun innerlijk en zonder commentaar.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Inleiding letterkunde studiewijzer

Bekijk samenvatting