Samenvatting: Inleiding Rechtspsychologie
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Inleiding rechtspsychologie
-
1 Week 1 - bewijs en overtuiging rechter
Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Beschrijf een experiment waarbij post hoc informatie invloed heeft op je antwoord
Post hoc informatie: informatie die je tot je krijgt na het waarnemen van iets.- Gesloten vraagstelling over een autobotsing. Foto laten zien, daarna vragen hoe hard zij dachten dat auto's tegen elkaar aan
- Knalden
- Botsten
- Raakten
-
Beschrijf een experiment die compliance/comformiteit weergeeft.
Conformiteit/compliance: aanpassen aan de mensen om ons heen- 9 personen waren met 1 echt proefpersoon. Er werd een lijn lengte laten zien, waarbij 9 mensen een rare niet overeenkomende lengte aanwezen. Echte proefpersoon ging hier in mee.
-
Op welke vraag uit het beslissingsmodel heeft de bewijsbeslissing betrekking?
Materiele vraag uit artikel 350 Sv, 'is het tenlastegelegde bewezen?'
Dit is gebaseerd op de overtuiging door wettige bewijsmiddelen. -
Wat is het beslissingscriterium binnen de rechtspsychologie?
Het beslissingscriterium = het criterium van redelijke twijfel.- Beslissing over schuld of onschuld van een verdachte gebaseerd moet zijn op overtuigend bewijsmateriaal, waarbij er geen redelijke twijfel bestaat over de schuld van de verdachte.
- Foutpositief: onschuldige veroordeelde
- Foutnegatief: schuldige vrijgesproken
-
Wat gebeurt er als er lagere eisen zijn bij het beslissingscrterium?
Als er lagere eisen zijn bij het beslissingscriterium, betekent dit dat de normen of verwachtingen voor het nemen van beslissingen worden verlaagd.- Minder schuldigen vrij
- Meer onschuldigen veroordeeld (meer rechterlijke dwaling)
-
Wat is de baserate bij de diagnostische waarde?
Baserate: prevalentie > het voorkomen van een kenmerk in de populatie
???? -
Wat is vermeend begrip en feitelijk begrip?
Vermeend begrip:recht-toe -recht-aan = 'hoe goedbegreep u ...'
Feitelijk begrip: stelling met ja/nee = 'is dit eencorrecte interpretatie'
Bij advocaten vaak een overschatting van het vermeende begrip, terwijl het feitelijk begrip geringer is. Dit is gevaarlijk, want als je meent iets te begrijpen is er geen ruimte voor verbetering = kennisoverschatting. -
Is de diagnostische waarde hoger of lager als er meer waarschijnlijkheid is tot het aantreffen van de rivaliserende hypothese?
Lagere diagnostische waarde -
1.2.2 Hoofdstuk 2 - klassieke experimenten in de rechtspsychologie
Dit is een preview. Er zijn 9 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2.2
Laat hier meer flashcards zien -
Wat houdt een klassiek experimenteel ontwerp (design) in?
Er is sprake van een voormeting en een nameting. Hiertussen bij een experimentele groep een interventie (manipulatie). Bij de andere groep, de controle groep, blijft de manipulatie achterwege.- Proefpersonen worden at random toegewezen aan experimentele/controle groep
- Invloeden van buiten kunnen weggehouden worden, verhoogt interne validiteit
- Externe validiteit (generaliseerbaarheid) is beperkt
-
Hoe heten experimenten die afwijken van het klassieke design?
Quasi experimenten
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden