De formele en materiële vragen van Sv
7 belangrijke vragen over De formele en materiële vragen van Sv
Beslissing over één van de vijf materiële vragen van art. 350 sv leidt tot
nadat het vonnis onderroepelijk is geworden tot 68Sr: daarin staat nl. als over het feit is beslist dan.
Het feit wordt letterlijk bedoeld: het feitelijk feit, NIET het ten laste gelegde feit.
let op vraag 3 en 4 vh schema: is het feit strafbaar ; is de dader strafbaar.
In 350 staan maar 4 vragen en geen 5, hoe zit dat?
vraag 1: is het feit bewezen staat in 350.
vraag 2: is het feit kwalificeerbaar: staat in 350 als : welk strafbaar feit het bewezen verklaarde volgens de wet oplevert.
vraag 3: is het feit strafbaar : kwalificatie.
: vraag 4 is de dader strafbaar strafuitsluitingsgronden: rechtvaardigingsgronden en schulduitsluitingsgrond) art. 350 lett. de strafbaarheid van de verdachte.
vraag 5 welke straf of maatregel
moet een rechtvaardigingsgrond of schulduitsluitingsgrond bewezen worden door de verdachte?
neen, de rechter moet aannemelijk achten dat...
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
let op: indien een dader een schulduitsluitingsgrond heeft dan is het feit wel strafbaar (vraag 1) maar is de dader niet strafbaar dus volgt ontslag van rechtsvervolging; is er een rechtvaardigingsgrond dan
wordt het feit ofwel niet bewezen verklaard: vrijspraak (voorbeeld: dolle hond afgeschoten: niet wederrechtelijk dus feit niet bewezen), of wel het feit niet strafbaar verklaard: ontslag van rechtsvervolging(met knuppel slaan, wederrechtelijkheid is niet vereist, maar hier: noodweer dus schulduitsluiting).
voeging ad informandum
de OvJ legt de rechter feiten ter informatie voor! niet in de wet.
bijv. groot aantal gelijksoortige delicten gepleegd.
er worden er dan een paar uitgebreid behandeld: de rest wordt kort erbij gevoegd met de bedoeling deze bij het bepalen vd straf te laten meewegen.
voorwaarde: de verdachte moet deze feiten zonder voorbehoud hebben bekend.
verweer verdachte hoe: formele vragen
1. 348 Sv: formele/preliminaire verweren 283, eerste lid, Sv, direct nadat de rechter personalia heeft gevraagd.
Let op: als de OvJ meent dat n.a.hiervan de tll moet worden aangepast, dan kan hij dat doen 313, 314 Sv.
de rechter kan ook uit zichzelf de tll ambtshalve nietig verklaren.
verweer verdachte hoe: materiële vragen:
alle verweren die strekken tot ontkenning van de juistheid van hetgeen is tenlastegelegd, zijn bewijsverweren: slagen zij, dan volgt vrijspraak!
geen kwalificatie geen strafbaar feit: dan ovrvv
strafuitsluitingsgrond: zie 18.4 en 18.5
strafmaatverweer:
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden