Samenvatting: Inleidings Inspanningsfysiologie

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van inleidings inspanningsfysiologie

  • 1 Week 1

  • 1.5 Meetup-2: hoofdstuk 8

    Dit is een preview. Er zijn 7 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.5
    Laat hier meer flashcards zien

  • Hoe ziet gesloten-circuit spirometrie eruit?

    Een proefpersoon wordt aangesloten op een zuurstof tank. Elke keer als er ingeademt wordt zal de zuurstof afnemen en zo kan je meten hoeveel zuurstof gebruikt wordt.

    Het is moeilijk om hiermee te meten tijdens inspanning
  • Hoe ziet open-circuit spirometrie eruit?

    De persoon ademt buitenlucht in (samenstelling bekent) en dan wordt gekeken naar de samenstelling van de uitgeademde lucht.
  • Waarom worden gasvolumes gestandaardiseerd?

    Dit is om metingen beter met elkaar te kunnen vergelijken.

    Metingen die je maakt zijn in ATPS, die worden omgerekend naar STPD.

    Het zou ook omgerekend kunnen worden naar BTPS ( Hoe komt het voor in het lichaam). Dit wordt niet vaak gedaan.
  • Wat is de haldane transformatie?

    Je weet de samenstelling van de ingeademde lucht.
    Je meet de samenstelling van de uitgeademde lucht.

    Deze % O2 en CO2 kan je vergelijken samen met het volume van Vi en Ve.

    Formule:
    Vi,stpd = Ve,stpd x (N2e / N2i)
  • Wat is de dubbel gelabeld water methode?

    Dit is een methode over lange periode. Je kan meten voor dagen tot een maand.

    Je kan kijken naar verschillen in metabolisme, en het zuurstof verbruik.

    De proefpersoon krijgt zwaar water, daar zit O18 in.
    je lichaam gaat dat uitscheiden en dat kan gemeten worden. O18 verlaat alleen het lichaam via CO2, en het deuterium wordt gewoon uitgescheiden. Dus je kan over de dagen kijken hoe de verhouding is tussen deze twee verschilt.
  • Wat is je respiratoir Quotient (RQ)

    RQ = CO2 productie / O2 comsumptie

    de RQ verschilt per substraat wat verbrand wordt. Puur koolhydraatverbranding komt uit op een RQ van 1.0. Vetverbranding resulteert in een RQ van 0.7. Een gemiddelde RQ is 0.82 (4,825 kCal/L O2).

    non-protein RQ??????
  • 1.6 Meetup-3: hoofdstuk 9

    Dit is een preview. Er zijn 18 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.6
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat is BMR en RMR?

    BMR: Basal metabolic rate. Dit is de minimale hoeveelheid energie die nodig is om het lichaam te onderhouden. Het kan nauwkeurig gemeten worden onder strike laboratorium omstandigheden. Een zuurstof meting is genoeg. De persoon moet in een fasting state zijn en geen activiteit hebben gehad voor minimaal 2 uur.

    De RMR is de Rest metabolic rate. Dit is altijd net iets hoger dan de BMR. Ze zijn allebei heel stabiel. De RMR is gemiddeld 60-75% van de totale dagelijkse energy verloop. Eten + verbranden is nog 10% (thermisch effect van voedsel) en de rest is activiteit.
  • Waarom hebben vrouwen en ouderen een lagere BMR?

    De BMR heeft te maken met de hoeveelheid bodyfatt. Ouderen en vrouwen hebben over het algemeen meer vet% dan mannen. Daarom is het BMR lager. Spiercellen gebruiken namelijk meer energie.
  • Wat is de oppervlakte wet?

    BMR kan uitgedrukt worden in kCal/m2/hr
    Hoe groter je opp is hoe meer warmte je kwijt raakt.
  • Metabolic size concept.

    Als je aan beide kanten een logaritmische schaal hebt kan je een rechte lijn tekenen tussen grote/massa en metabolic rate.

    Kleiber's Law

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart