Traningsprincipes - Traningsprogamma's voor anaeroob en aeroob vermogen
4 belangrijke vragen over Traningsprincipes - Traningsprogamma's voor anaeroob en aeroob vermogen
Welk energiesysteem moet worden getraind:
1. korte sprints
2. lange sprints en middenafstanden
3. langere afstanden
2.Het anaerobe glycolyse systeem
3.Het oxidatieve systeem
Een intervaltraining is aan te passen aan elke sport of activiteit door selectie van de bewegingsvormen en daarna door het invullen van variabelen. Welke variabelen zijn dat?
- afgelegde afstand
- aantal hh en sets
- duur van de rust of actieve herstel
- type activiteit tijdens herstel
- aantal keren trainen per week
Trainen op een % van de Hfmax is een betere maat voor de fysiologische belasting van de sporter. Geef aan op welke intensiteit er getraind dient te worden om de verschillende energiesystemen te verbeteren.
- anaeroob glycolyse systeem --> 85-100% van Hfmax
- aerobe systeem --> intensiteit matig tot hoog 70-90% van Hfmax
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Hoe kun je nagaan welk energiesysteem getraind wordt?
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden