Samenvatting: International Commercial Arbitration
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van International Commercial Arbitration
-
1 Introduction
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Wat wordt verstaan onder de "arbitrageovereenkomst"? Welke twee soorten arbitrageovereenkomsten zijn te onderscheiden?
Een arbitrageovereenkomst is de overeenkomst op basis waarvan partijen besluiten om hun geschil aan arbitrage te onderwerpen.
1. Een arbitraal beding (arbitral clause/clause compromissoire): partijen onderwerpen in een dergelijke overeenkomst geschillen die nog niet tot stand zijn gekomen, maar wellicht in de toekomst tussen partijen zullen rijzen. Een dergelijk beding is vaak vastgelegd in de hoofdovereenkomst en wordt vaak gebruikt in de grondstoffenhandel.
2. Compromis (submission agreement): dit relateert tot geschillen die al tussen de partijen hebben plaatsgevonden. In de praktijk wordt deze niet vaak gesloten. -
Is een mondelinge arbitrageovereenkomst geldig?
Nee; volgens de New York Convention moet er voor een geldige arbitrageprocedure sprake zijn van een schriftelijke overeenkomst (artikel II.2). Deze kan opgenomen zijn in de hoofdovereenkomst, of het kan een overeenkomst op zich zijn welke is ondertekend door beide partijen. -
Sommige landen hebben een nationale en internationale arbitrageprocedure. Waarom zouden partijen voor een internationale arbitrageprocedure kiezen?
- Internationale arbitrage is "vrijer" dan nationale arbitrage.
- Een internationale arbitrageprocedure is van belang voor de erkenning en tenuitvoerlegging ervan bij de New York Convention. -
Kunnen alle onderwerpen van geschillen aan arbitrage worden onderworpen?
Nee; het onderliggende onderwerp van een geschil moet geschikt zijn beslecht te kunnen worden door arbitrage. Partijen kunnen geschillen met betrekking tot eigendom, verbintenissen en onrechtmatige daad aan een arbitragegeschil onderwerpen.
Onderwerpen als faillissement en familierecht kunnen echter niet aan een arbitrageprocedure worden onderworpen. -
Leg uit wat er wordt bedoeld met "quality arbitration" of "look-sniff arbitration".
Binnen grondstoffenhandel wordt er vaak gebruik gemaakt van arbitrage; dit wordt vaak in de standaardvoorwaarden opgenomen. De geschillen binnen deze sector gaan vaak over de kwaliteit van de geleverde goederen. In "quality arbitration" wordt er door arbiters beoordeeld of de afgeleverde goederen voldoen aan de kwaliteit die tussen partijen is overeengekomen. -
Wat is het verschil tussen arbitrage en mediation/conciliation?
Het verschil tussen arbitrage en mediation is dat arbiters een oordeel moeten geven over een geschil; zij moeten een bindend vonnis toewijzen dat uitvoerbaar is.
Mediators proberen de partijen echter alleen te helpen om overeenstemming te vinden bij een tussen hen liggend probleem/geschil. -
Kan een bindend advies dat door een derde persoon in geval van een geschil tussen partijen wordt gegeven, worden aangemerkt als arbitrage?
Een dergelijk systeem kan niet worden aangemerkt als echte arbitrage, omdat het arbitragerecht hier niet op van toepassing is. Een dergelijk systeem is vaak gebaseerd op regels uit het verbintenissenrecht. Het besluit van de derde kan worden aangemerkt als een deel van de overeenkomst tussen de partijen. Het besluit is rechtsgeldig, maar alleen in de vorm van een bindende overeenkomst. Een dergelijk besluit kan niet door een staatsgerecht worden ingeroepen, wat echter wel het geval is met een arbitraal vonnis. -
3 Applicable Law
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3
Laat hier meer flashcards zien -
3.1 Arbitration law (lex arbitri)
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3.1
Laat hier meer flashcards zien -
Hoe wordt bepaald waar de plaats van arbitrage is gelegen?
De plaats van arbitrage wordt bepaald door hetgeen partijen in hun overeenkomst hebben afgesproken. Wanneer er sprake is van institutionele arbitrage, bepaalt het dit instituut de plaats van arbitrage in opdracht van de partijen.
De plaats van arbitrage dient als een keuze voor het nationale procedurele recht dat van toepassing zal zijn op de arbitrage. Zie art. 1.2 en 20.2 UNCITRAL. -
3.2 Substantive law (lex causae)
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3.2
Laat hier meer flashcards zien -
Wat wordt bedoeld met de lex causae?
De lex causae is het recht dat het arbitragegerecht moet toepassen op het geschil zelf ("the proper law of contract"). Het arbitragetribunaal zal overeenkomstig dit recht oordelen over het geschil. De lex causae zelf is door de partijen gekozen als het toepasselijke recht op de inhoud van het geschil.
Wanneer partijen geen keuze hebben gemaakt op een dergelijk toepasselijk recht, dan zal het arbitragegerecht zelf bepalen welk recht van toepassing is op het geschil. -
3.3 Amiable compostion
-
Wat wordt er bedoeld met 'amiable composition' of 'ex aequo et bono'?
Amiable composition of bemiddelijke compositie houdt in dat er een oordeel wordt gebaseerd op billijke overwegingen in plaats van strikte regels die voortvloeien uit het recht. Dit betekent dat arbiters de algemene beginselen van redelijkheid en billijkheid zullen toepassen. De arbiters zullen bij een dergelijke toepassing echter eveneens de regels van openbare orde en de dwingende bepalingen van het toepasselijke arbitragerecht in acht moeten nemen.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden