Manage Foreign Subsidiaries- Knowledge sharing perspective

24 belangrijke vragen over Manage Foreign Subsidiaries- Knowledge sharing perspective

Reflectie Lieberman & Montgomery (1988):

Notion of FMA
- Techn. leadership
- preemtion of scarce assets,
- switching costs

LMA:
- Freeriders effect
- Resolution of techn. uncertainty
- shifts in consumer needs
- incumbent inertia

Reflectie Frynas et al. (2006):

De literatuur vergeet de political resources te meten in creating FMAs
Gebruik van resource dependence en reciprocity theories
3 case studies:
- VW
- Shell
- Lockheed Martin

Wat is de ontwikkeling van Kennis op International, Multi-domestic, Global en Transnational level B&G (1989) en P&M (2011)?

Ontwikkeling van Kennis International:
- Binnen de HQ

Ontwikkeling van Kennis Multi-domestic:
- Binnen individuele subs.

Ontwikkeling van Kennis op Global scale:
- Binnen de HQ en mogelijk sommige key subs.

Ontwikkeling van Kennis op Transnational:
- Beide in HQ als ook in sommige subs.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is de Kennisverspreiding op International, Multi-domestic, Global en Transnational niveau (B&G, 1989) en P&M (2011)?

Kennisdiffusie op International:
- Van HQ tot subs.

Kennisdiffusie op Multi-domestic:
- behouden in de subs. 

Kennisdiffusie op Global:
- behouden binnen de HQ en sommige subs.

Kennisdiffusie op Transnational:
- HQ-subs. en subs-subs in meerdere richtingen.

Bartlett & Ghosal (1989) maken onderscheid tussen 4 soorten corporate control versus susbs. initiatives, welke zijn dat?

1. Black hole: subs. behoud een plek in de markt

2. Implementer: een sleutelpositie voor de MNE zorgt voor een vaste stroom van winst en scale en scope economies.

3. Strategic Leader: Ondersteunt MNE HQ door industrie identificatie en in te spelen op opkomende mogelijkheden en dreigingen.

4. Contributor: De subs. heeft typische ontwikkelde nieuwe MNE FSAs (ondernemerschap) en subs.- Specifieke gespecializeerde resource base.

Birkinshaw (1996): belangrijke definities

Subs. world/international mandate
Subs. mandate
Centre of Excellence

Subs. world/ international mandate: is een business of een bedrijfs element waarin de subs. deelneemt en waar voor de verantwoordelijkheid verder reiken dan zijn nationale markt.

Subsidiary Mandate: is een licentie om de subs. onderscheidende capaciteiten toe te passen voor een mogelijkheid in de markt.

Centre of Excellence: unit of expertise in een primaire of ondersteunende activiteit dan waar andere delen van de corporatie op bouwen.

Wat is volgens Birkinshaw et al (1998) het algemene gedachtegoed binnen de literatuur?

Het gedachtegoed heerst dat MNEs FSAs hun oorsprong vinden in het parent bedrijf. De werkelijkheid is dat de subs. een belangrijke rol spelen in de creatie & behoud/onderhoud van de FSAs.

Welke 3 contrastrerende perspectieven noemt Birkinshaw et al. 1998 in zijn tekst?

1. Environmental determinisme: de rol van de subs. word gevormd door de lokale omgeving, alleen maar aanpassing aan de omgevingsfactoren --> exogeen.

2. HQ assignment: de HQ geeft de strategische imperatieven van de subs., controle en coordinatie mechanismen zijn de sleutel.

3. Subs. Choice: De rol van de subs. is tot op zekere hoogte open voor de subs. om zichzelf te definiëren.

Wat is volgens Birkinshaw et al de werkelijke rol van het subs. initiatief?

1. value of the resources
2. recognition by corporate management
3. effective

--> Subs. initiatief leidt tot een gesmeerde interne MNC markt, waarin de andere entiteiten binnen de markt alert worden gemaakt van de subs. onderscheidende capabilities en het gebrui van deze onderscheidende capabilities van de subs. 

Wat is de bijdrage van Birkinshaw (1998) et al?
De rol van het subs. initiatief of 3 niveaus

Subs. Choice
De acties van subs. mgt (sterk subs leadership; een entrepren. subs. cultuur) zijn positief geassocieerd met subs. initiatief, een hoog niveau van gespecialiseerde resources en een hoge bijdragende rol voor subs.

Corporate Level Factors:
Facetten van de parent-subs. relatie (subs. autonomie, parent-subs. communicatie) zijn positief gerelateerd met de hoge bijdragende rol voor subs.

Country and industry level factors:
De concurrentie van de lokale markt is positief geassocieerd met een hoge bijdragende rol voor de subs.

Kennis stroomt binnen MNCs (Monteiro et al, 2008):

Uitleg van Subs. Isolation!!!

Kennisintegratie binnen de MNC is verre van perfect: kennis is plakkerig en leading-edge mgt practices die niet snel stromen van land tot land

Belangrijk feit is dat de neiging van sommige subs. om geisoleerd te raken van de knowl-transfer activities binnen de MNC.
Welke consequenties heeft dit voor de intra-firm knowledge?

Monteiro (2008): Subs. Isolation

Wat wordt bedoeld met dat de transfer van kennis tussen units gekaderd kan worden als een process van problemistic search?

Problemistic search kenmerkt zich als

Motive: by failure
Simple-minded: simple model causaliteit ondanks gedreven complexe vormen.
Biased: het zoekproces wordt gestuurd door de eerdere ervaringen en doelen van de managers die ze drijven. --> Bounded rationality: managers zoeken totdat ze de beste optie hebben gevonden.

Monteiro et al. 2008 over Subs. Isolation

  • Als meer kennis creatie en kennis transfer een subs. bargaining power kan vergroten, minder BP kan het ook reduceren. 
  • Subs. kunnen geisoleerd raken binnen een MNE netwerk en eindigen in een vicious circle (hoofdzakelijk door reciprocity=wederkerigheid).
  • Dit zal een negatief effect hebben op de prestatie consequenties voor de geisoleerde subs (en toch ook voor de MNE netwerk als geheel)!

Wat is Bargaining Power?

BP is de transaction of value exchange.

Bij rent appropriation wil je alleen kennis geven met weinig waarde --> manage more than you give. 

Monteiro et al (2008) onderscheidt vier vormen van Subs. Isolation, welke zijn dit?

  1. Isolated Subsidiary: lage self-rating capability & lage rating van cap van anderen.
  2. High intra-MNE knowledge outflow: lage self-rating cap & hoge rating van cap van anderen.
  3. High intra-MNE Knowledge flow: hoge self-rating cap & lage rating cap van anderen.
  4. High intra-MNE knowledge outflow en High intra-MNE knowledge inflow: hoge self-cap & hoge rating van anderen

anderen zijn hier HQs of andere subs.

Mudambi & Navarra (2004) gaan over de Kennis en de subs Power. 
Welke 2 trens beschrijven zij?

  1. Stijgende relevatie van subs. en hun operationele verantwoordelijkheden.
  2. Veranderend patroon van MNC kennis mgt: gelijke kennis creatie tussen alle MNC subs.

Wat is het resultaat van de twee trends die Mudambi & Navarra (2004) beschrijven?

Resultaat:
  • Verslappen van de traditionele hierarchische structuur van de MNC governance, 
  • Creatie van spanning
  • mogelijkheid van opportunisme en hold-up problem ook binnen in de organisatie.
  • Ze onderzoeken de effecten van kennisstromingen binnen de MNC netwerken en de controle van autonomie die tegelijkertijd met het proces van kenniscreatie op het subs. level opgaat.
  • Sleutelargument hier is is dat een belangrijke subs. objective zijn Bargaining Power is binnen het bedrijf. Subs zijn beide profit & rentseeking.

Mudambi & Navarra (2004):
Welke twee objectives zijn er voor managers?

  1. Maximizing profits (external)
  2. Maximizing rents (internal)

--> Samen is dit Bargaining Power:
BP is gedreven door de intra-MNE kennis verspreiding en kennisoverdracht.

Mudambi & Navarra (2004): Kennis en Subs. Power/
Resultaten onderzoek:

  • Kennisdeling binnen de MNE is cruciaal
  • R&D ontastbare assets bevinden zich in de subs. en zijn deel van de subs.-specific advantages (SSAs).
  • HQ- subs. relatie wordt geassocieerd met de Principal - Agent relatie.
  • Kennis stromingen zijn cruciaal afhankelijk van de motivatie van Subs. om kennis te verkrijgen en te delen. Prikkels en controle mechanismen zijn hiervoor essentieel.

Feinberg & Gupta (2009):MNC subs. & country risk: Internationalisatie als een reddingsmiddel tegen zwakke externe instituties:

F&G review op voorgaande literatuur:

  • Onderzoek laat zien dat de political hazards de MNC drijven tot óf het vermijden óf op zijn minst de equity risico (=exposure) in host country verminderen.
  • FDI is negatief gelinkt met de hostcountry risico
  • Veel MNC besluiten grote investeringen in ontwikkelingslanden te doen, veel van welke significante politieke hazards nemen.

De research gap zit hem in:
Hoe gaan MNCs om met de country risk van een doorgaande basis nadat zij de meerderheid of een WOS activiteiten hebben gevestigd in hoge risicovolle landen.

F&G (2009) mbt MNC subs & Country risk focussen zich op:

  • F&G (2009) onderzoeken de rol van de operationele integratie mbt de hulp ven een MNE om te dealen met een extern politiek risico, voorwaardelijk mbt het feit dat MNEs investeren in risicovolle landen door de meerderheid van volledig bezeten operaties.

F&G bekijken de impact van political hazards op de toetredings modes. Het paper gaat niet in op de entry mode maar op datgene wat er daarna gebeurd mbt FDI.

Men kan 2 strategieën aannemen:

  1. Political strategy: lobbyen, financiële drijfveren tot politieke partijen etc. 
  2. Operational strategy: het minimaliseren van de blootstelling en de afhankelijkheid van de externe institutionele omgeving binnen een gastland. = Internationalisatie van een subs. revenue stroom.

Noem 4 redenen van Feinberg & Gupta (2009) waarom een strakkere integratie van een subs. met een MNCs global production en trading netwerk een MNC immuun maakt tegen instit. hazards zonder een verzwakking van ownership te verlangen?

Een grote afhankelijkheid van MNC's internationale markt leidt tot:
  1. grotere intra-firm specificty mbt subs. assets
  2. grotere verzekering van vraag voor de subs. producten & diensten
  3. grotere omvang waarin subs. managers gesocialiseerd raken met de managerial netwerk van het moederbedrijf.
  4. aanscherpen van de executives van het moederbedrijf om events & activiteiten te controleren mbt subs & interne omgeving.

Wat zijn de non-market based allocated resources to political capital? (subs en country risk (F&G, 2009)). 

  • Home constraints: sterke juridische regelgeving binnen een land kan belemmerend werken voor de business. 
  • Political change
  • Experience

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo