Hematologie - acute leukemieën

8 belangrijke vragen over Hematologie - acute leukemieën

Wat is een acute leukemie?

rijpingsdefect in een van de hematopoëtische cellijnen. In beginstadium blijven blasten in het beenmerg en verdringen het normale weefsel => pancytopenie. Bij verdere doorgroei zullen blasten beenmerg verlaten en in circulatie terecht komen.

Hierdoor ontstaat een leukocytose bestaande uit leukemische blasten. 

Wanneer onstaan de acute leukemieën?

Acute leukemie m.n. bij volwassenen, frequentie neemt toe met de leeftijd.

Acute Lymfatische leukemie (ALL) heeft piek in de jeugd

Bij volwassenen komt Acute Myeloide leukemie vaker voor dan ALL

Wat is de klinische presentatie van AML?

-       bleekheid,

-       snelle vermoeidheid

-       dyspnoe d’effort tgv anemie

-       recidiverende infecties tgv granulocytopenie

-       hemorragische diathese (petechien tot cerebrovasculaire bloedingen)           tgv trombocytopenie

-       tekenen van hyperviscositeit

o   wazig zien, sufheid, nierinsufficiëntie

  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is de diagnostiek bij acute leukemieën?

Bloedonderzoek: anemie, granulocytopenie, trombocytopenie. Leukemiecellen kunnen ontbreken, of in hoge aantallen aanwezig zijn.
Beenmergpunctie:
Er is een hoog percentage blasten(>20%), PCR analyse, cytochemische en immunofluorescentie onderzoek, cytogenetisch onderzoek. 
t(8;21)= acute myeloblastenleukemie met uitrijping
t(15;17)= acute promyelocytenleukemie
inversie chromosoom 16= acute myelomonocytenleukemie

Hoe wordt AML behandeld?

Combinatiechemotherapie met o.a. cytosine-arabinoside, daunorubicine of idarubicine, amsacrine, mitoxantron en toposide.

 

-       Na 1-2 kuren bij 60-80% complete remissie (= bij BM onderzoek <5% blasten en perifere bloedbeeld is hersteld)

-       Bij M3 remissie na behandeling met transretinoinezuur (= vitamine A-metaboliet) mogelijk indien translocatie 15;17 aanwezig is en op het breekpunt op chromosoom 17 het receptoren voor retinoinezuur bevindt.

-       Bij tekenen van hyperviscositeit wordt voorafgaand aan chemo leukoferese toegepast, waardoor blasten uit het bloed worden gefilterd; om tumorcelembolieen te voorkomen.

-       Door cytostatica treedt een periode op van pancytopenie, in deze periode is de patient erg vatbaar voor infecties en moet goede ondersteunende zorg krijgen (transfusies om Hb en thrombo’s op peil te houden en antibiotica) en voorzieningen gebracht worden om infecties te voorkomen. 

-       Na het bereiken van complete remissie wordt bij de slechte prognostische subgroepen een zwaardere behandeling ter consolidatie gegeven om de niet te detecteren leukemiecellen zo veel mogelijk te reduceren.

o   Hoge doses chemoradiotherapie

o   Autologe [beenmerg van patient zelf] of allogene [HLA-identieke / ‘mismatched related SCT ‘donor]  perifeer-bloed-stamcltransplantatie;

§  In regeneratiefase na chemo neemt het aantal stamcellen in bloed drastisch toe; dit kan worden versterkt door groeifactor toe te doenen (G-CSF); Dit laatste is ook geschikt voor donoren om meer stamcellen te mobiliseren; Stamcellen worden verzameld dmv leukoferese en intraveneus toegediend;

§  Bij allogene SCT voorkomt de behandeling tevens een host-versus-graft-afstotingsreactie

§  Ter voorkoming van Graft-versus-host-ziekte bij allogene BMT moet immuunsuppressie gegeven worden; bij GVH vallen T-lymfocyten uit het transplantaat de huid, lever en darmen van ontvanger aan. Symptomen: huidafwijkingen, leverfunctiestoornissen en diarree.

§  Bij autologe SCT is er altijd nog kans dat er in het transplantaat nog maligne cellen aanwezig zijn; kans op recidief lijkt bij acute leukemie verwaarloosbaar klein te zijn.



Wat is de prognose bij AML?

-       <65 jaar in ongeveer 40% van de gevallen genezing

-       bij ouderen geneest slechts 6%

-       secundaire leukemie hebben een slechte prognose

-       patiënten met specifieke chromosomale afwijkingen van chromosoom 5 en 7 en patienten met een bifenotypische acute leukemie (onrijpe leukemiecellen hebben myeloide en lymfatische kenmerken) hebben tevens een slechte prognose

-       Indien een recidief optreedt is er weinig kans op curatie dmv chemo tgv resistentie; hooguit een tweede kortdurende remissie;

-    Patienten overlijden meestal tgv opportunistische infectie of bloeding

Wat is de klinische presentatie bij ALL?

-       is vergelijkbaar met AML

-       hepatosplenomegalie / en of vergrote lymfeklieren o.a. mediastinaal

-       voorkeurslocatie: Centrale zenuwstelsel (= meningeale leukemie met symptomen als hoofdpijn tot progressieve hersenzenuwuitval) en testikels

Wat is de diagnostiek bij ALL? En welke soorten ALL kennen we?

-       beenmerg: verhoogd aantal lymfoblasten, onder te verdelen in B- of T-          cel type

-       plaats blokkade in uitrijpingsstadia bepaalt het type

            o   pro-B-ALL

            o    pre-B-ALL

            o    B-ALL

            o    Pre-T-ALL

            o    T-ALL

-       chromosomale afwijkingen

            o    t (9;22) = philadelphiachromosoom; slechte prognose

            o    hyperdiploidie (= >50 chromosomen); relatief gunstige prognose

-       moleculaire diagnostiek kan exacte origine van lymfatische latiniteit                  aangeven

            o    monoklonale maligne lymfatische celpopulaties: maligne kloon is            identieke genherschikking in alle cellen van immuunglobulinegenen (B-          cellen) of T-celreceptorgenen (T-cellen);

-       bloedbeeld: pancytopenie en toename lymfoblasten

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo