T-toetsen voor onafhankelijke en afhankelijke steekproeven
8 belangrijke vragen over T-toetsen voor onafhankelijke en afhankelijke steekproeven
Steekproeven kunnen afhankelijk en onafhankelijk zijn. Waar bestaan deze uit?
Afhankelijk:
1. Gematchte paren (paren die iets met elkaar te maken hebben)
2. Herhaalde metingen (dezelfde personen worden herhaaldelijk gemeten)
Onafhankelijk
1. Twee aselecte steekproeven (bijv. controle groep en experimentele groep)
Wat zijn de verschillen tussen afhankelijke en onafhankelijke steekproeven?
Afhankelijk:
1. Iedereen gekoppeld aan partner in andere groep (of aan zichzelf bij herhaalde metingen)
2. Aantallen in de groepen zijn dus altijd gelijk
3. N = (aantal paren) stukjes onafhankelijke informatie
Onafhankelijk
1. Geen verband tussen personen in de groepen
2. Aantallen in de groep kunnen ongelijk zijn
3. n1 + n2 stukjes onafhankelijke informatie
Met welke vuistregels wordt er nagegaan hoe robuust de t-toets is? (Hoe erg is het als de aanname van normaal verdeeldheid geschonden wordt)
N: 15-39: Geen t-toets bij sterke scheefheid of uitbijters
N _>: 40: (Bijna) altijd t-toets
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat zeggen significante resultaten?
2. Geven echter niet de grootte van een effect.
Wat is de formule van de maat voor effectgrootte van het verschil tussen twee gemiddelden (Cohen's d)?
Wat geeft Cohen's d aan?
Wat zijn de kenmerken van het vergelijken van twee gemiddelden van onafhankelijke steekproeven?
Wat zijn de aannamen van de t-toets voor onafhankelijke steekproeven?
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden