Plannen - Besluitvorming in organisaties

Question

Welke twee typen beslissingen kennen we?

Answer 1

We kennen de geprogrammeerde en de niet-geprogrammeerde beslissingen.

Geprogrammeerde beslissingen zijn beslissingen die men al vaker heeft genomen en die routinematig zijn.

Niet-geprogrammeerde beslissingen zijn uniek en vormen meer onzekerheid en onvoorziene zaken. Ze zijn veel risicovoller en vereisen een speciaal besluitvormingstraject.

Answer 2

Scenarioplannen zijn plannen die een organisatie maakt voor mogelijke situaties. Crisismanagement is hier een voorbeeld van. Bij crisismanagement kennen we drie stadia:

1. Preventie: bouw aan goede relaties en detecteer signalen uit de omgeving.

2. Voorbereiding (voor het geval dat): benoem een crisisteam en een woordvoerder. Maak gedetailleerde plannen. Zet een effectief communicatiesysteem op dat ook in noodscenario's werkt.

3. Beperking (in geval van crisis): reageer snel. Zorg dat de waarheid bekend wordt gemaakt. Neem veiligheidsmaatregelen en zorg voor emotionele behoeften. Pak de draad weer op.

Answer 3

Standaard beslissingen die men al veel vaker genomen heeft en die telkens routinematig terugkeren.
Geprogrammeerde beslissingen zijn, omdat ze vaak voorkomen, in regeltjes, procedures of checklists te vatten.

Answer 4

Het rationele besluitvormingsmodel is een manier waarop men besluitvorming in kaart brengt. In dit model zien we managers als uitsluitend logisch denkende, economisch handelende wezens zijn die beslissingen nemen in belang van de organisatie. Hierbij hebben we twee belangrijke aannames:

1. De beslisser is volledig geÃ¯nformeerd en weet precies wat de uitkomsten van de beslissingen zullen zijn.

2. De beslisser gebruikt logica om de optimale oplossing te kiezen.

Dit model gaat niet uit van de menselijkheid van managers.

Answer 5

Het beperkt-rationele besluitvormingsmodel van Simon is een reactie op het rationele besluitvormingsmodel, met twee belangrijke uitgangspunten:

1. Mensen hebben vaak incomplete informatie, met begrensde rationaliteit als gevolg.

2. Mensen kiezen voor een oplossing van het probleem, niet de allerbeste oplossing die er is. Dit noemt Simon satisfying.

Answer 6

1. Vetorecht: een groepslid heeft het recht een beslissing in zijn eentje tegen te houden.

2. Unanimiteit: een besluit is alleen geldig als alle groepsleden erachter staan.

3. Consensus: een beslissing geldt pas als de meerderheid voor is. De minderheid moet zich hierbij neerleggen.

4. Meerderheid: een meerderheid is voldoende voor goedkeuring van het besluit.

5. Eenman: een leider of persoon neem de beslissing, Deze weegt eventueel de mening van de groep mee.

Answer 7

Preventie. Veel crises kunnen voorkomen worden door alert te reageren op signalen uit de omgeving. Ook het opbouwen van goede relaties met bij de organisatie betrokkenen is belangrijk.
Voorbereiding. Als voorbereiding op een calamiteit worden crisisteams benoemd en communicatiemethoden afgesproken. Heel belangrijk tijdens een crisis is het goed informeren van betrokkenen, de overheid en het publiek over de crisis.
Beperken van de crisis. Sommige crises zijn niet te vermijden. Houd er rekening mee dat weinig geheim blijft. Hoe langer men zaken verborgen houdt, hoe schadelijker het is.