Samenvatting: Introductie Ondernemingsplan En Financiële Besturing | 9789001376376 | A W W Heezen, et al

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Introductie ondernemingsplan en financiële besturing | 9789001376376 | A.W.W. Heezen, F.H. Wittenberg ; [cartoons: Peggy Vastbinder].

• 1 Opstellen van een ondernemingsplan 15

• 1.1 Globale opzet van een ondernemingsplan 16

• Beschrijf in het kort aan welke aspecten in een ondernemingsplan aandacht moet worden besteed.

  1. Idee; persoonlijke kwaliteiten en idee ontwikkeling
  

  2. Voorschriften

  3. Markt

  4. Financieel plan/openingsbalans:

     

  Debet: investeringsbegroting

  - Pand

  - Machines, etc. 

  
  

  Credit: Financieringsmogelijkheden 

  -Eigen middelen

  -Familie/bankleningen, etc..

  
  

  Exploitatiebegroting

  - Omzet

  - Kosten, etc. 

  
  

  Liquiditeitsprognose

  - ontvangsten/betalingen per maand

  
  

  5. Beslissing; wel of niet starten

• 1.3 Wettelijke voorschriften en regelingen 21

  Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.3
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat staat er in de vestigingswet?

  Op de grond van de vestigingswet kunnen bepaalde eisen worden gesteld aan de op te richten onderneming of aan de ondernemer, zoals het in het bezit hebben van bepaalde vakdiploma's. 

• 2 Financieel plan 47

  Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
  Laat hier meer flashcards zien

• 2.1 Investeringsbegroting 48

  Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat staat er op een investeringsbegroting (van een startende onderneming)?

  Alle productiemiddelen (alle activa) die een ondernemer nodig heeft om een onderneming te kunnen beginnen.

• Hoe neem je de activa op de investeringbegroting op?

  Deze neem je op ex. btw. De btw over de inkopen wordt later teruggevorderd.

• Wat is voorfinanciering btw? En leg dit uit met een rekenvoorbeeld op een investeringsbegroting.

  Aan leveranciers van productiemiddelen (activa) moet een bedrijf de verkoopprijs incl. btw betalen. De btw kan later worden teruggevorderd, maar moet eerst worden voorgefinancierd.

  Voorbeeld: heggeschaar.

  Bedrag inclusief btw: 119 euro (Dus 100 ex btw. en 19 euro btw)

  Je neemt de heggeschaar voor 100 euro op als vaste activa.

  Tevens boek je bij de vlottende activa, voorfinanciering btw 19 euro.

• Wat is een totale vermogensbehoefte?

  Een totale vermogensbehoefte is het totaal van de debetzijde van een openingsbalans. Aan deze hoeveelheid vermogen moet worden voldaan om alle activa te van het investeringsplan te kunnen financieren.

• 2.3 Vormen van eigen en vreemd vermogen 56

  Dit is een preview. Er zijn 15 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.3
  Laat hier meer flashcards zien

• Waardoor eisen verschaffers van rct-crediet aan het MKB een hoger interestpercentage dan bij nv's?

  Dit wordt veroorzaakt door de volgende factoren:

  • Financiers kunnen minder makkelijk over financiële cijfers van het mkb beschikken dan over cijfers van nv's. --> Verstrek je aan mkb? Dan een groter risico, want de financiële situatie is onbekend.
  • Omdat mkb's vaak een kleiner totaalbedrag lenen dan nv's, moeten dezelfde afhandelingskosten over een kleiner bedrag worden verdeeld.

• Welke voorwaarden voor BBMBK?

  De winstgevendheid en de vooruitzichten voor het bedrijf zien er goed uit.

• Wie verstrekken Durfkapitaal?

  Denk aan:

  • Vermogende particulieren: vb. ex-ondernemers met geld en tevens de rol als adviseur: informal investors
  • Financiële instellingen: een participatiemaatschappij stelt vermogen beschikbaar aan veelbelovende ondernemingen met een meer dan gemiddeld risico.

• 2.5 Openingsbalans 66

  Dit is een preview. Er zijn 8 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.5
  Laat hier meer flashcards zien

• Waarmee moet bij het aantrekken van vermogen rekening worden gehouden?

  Met de looptijd van de activa waarvoor het vermogen nodig is.