Samenvatting: Introduction To Abnormal Child And Adolescent Psychology | 9781071840627 | Robert Weis

Samenvatting: Introduction To Abnormal Child And Adolescent Psychology | 9781071840627 | Robert Weis Afbeelding van boekomslag
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Introduction to Abnormal Child and Adolescent Psychology | 9781071840627 | Robert Weis

  • 1 The Science and Practice of Abnormal Child Psychology

  • 1.1 Identifying Behavior Problems in Children

    Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Hoe omschrijft Jerome Wakefield abnormaal gedrag?

    Harmful dysfunction: gedrag is abnormaal als het voldoet aan 2 criteria:
    • disfunctie: iemand kan niet op de juiste manier functioneren
    • disfunctie moet schade (harm) veroorzaken: het moet de persoon beperken in het dagelijkse leven, of de gezondheid en welzijn bedreigen.
  • Hoe omschrijft de DSM-5 'abnormality'?

    Harmful dysfunction, met daarbij de rol van disabiliy en distress in het gedrag:
    • klinisch significante verstoring in iemands cognitie, emotionele regulatie of gedrag, dat een disfunctie in psychologische, biologische of ontwikkelingsprocessen die ten grondslag liggen aan het mentale functioneren, weerspiegeld.
    • Het gedrag komt niet door een te verwachten of cultureel goedgekeurde reactie op een normale stressor of verlies.
    • Het gedrag komt niet door sociaal afwijkend gedrag of conflicten, tenzij het zorgt voor dysfunctie. 

    De DSM-5 heeft een medische benadering.
  • Wat zijn 3 beperkingen van de DSM-5's medische conceptualisatie van mentale stoornissen?

    1. We weten niet altijd de onderliggende oorzaak van de psychologische problemen van kinderen.
    2. veel stoornissen zijn beter te begrijpen in een interpersoonlijke context, meer dan alleen het kind. 
    3. het gedrag van kinderen kan alleen worden begrijpen in termen van hun sociaal-culturele omgeving. Wat in de ene cultuur als 'dysfunction' wordt gezien, hoeft in de andere cultuur niet zo gezien te worden.
  • Wat is het verschil tussen 'sign' en 'symptom'?

    Sign: openlijke eigenschap: het is objectief te zien. Bijvoorbeeld gewichtsverlies
    symptom: subjectieve ervaring, dat wordt geassocieerd met een stoornis. Bijvoorbeeld verminderde eetlust.
  • Welke 3 benaderingen gebruikt de DSM-5 om te classificeren?

    • Categorical classification: mentale stoornissen verdelen over categorieën, op basis van essentiële criteria. Als je niet voldoet aan de criteria, dan krijg je die diagnose ook niet.
    • Prototypical classification: gebaseerd op de mate waarin de signs en symptoms overeen komen met het prototype beeld.
    • Dimensional classification: gaat ervanuit dat stoornissen variëren van mild tot ernstig. Het geeft meer informatie dan  categorische of prototypiche classificatie. Het geeft psychologen ook de kans om veranderingen over de tijd te zien (van ernstig naar mild bijvoorbeeld). 
  • Wat zijn 5 nadelen van diagnosticeren?

    1. Spaarzaamheid gaat vaak ten koste van gedetailleerde informatie. Een diagnose geeft geen grondige beschrijving van een individueel kind.
    2. het weerspiegelt de omgevingscontext van het kind niet.
    3. het kan de rol van verzorgers, andere familieleden en leeftijdsgenoten over het hoofd zien.
    4. het onderscheid tussen normaal en abnormaal is soms willekeurig.
    5. De grenzen tussen diagnostische categorieën zijn soms onduidelijk. Veel categorieën hebben namelijk overlap in de symptomen.
  • Wat is culture, race en ethnicity?

    Culture: verwijst naar de waarden, kennis en praktijken die mensen ontlenen aan hun lidmaatschap in een bepaalde groep. Het wordt in hoge mate beïnvloed door het sociale netwerk van mensen.
    Race:  cultureel gevormde groep, dan mensen verdeeld in groepen, gebaseerd op oppervlakkige fysieke kenmerken.
    Ethnicity:  cultureel gevormde identiteit, dat wordt gebruikt om groepen van mensen of gemeenschappen te vormen.
  • Hoe kunnen cultuur, ras en etniciteit het diagnostische proces beïnvloeden (4 manieren)?

    1. Leden van minderheidsgroepen hebben verschillende culturele waardes die hun visies op kinderen, opvoeding en probleemgedrag beïnvloeden.
    2. Sommige immigranten associëren psychosociale stressoren met acculturatie
    3. Taal en culturele verschillen kunnen problemen veroorzaken in het beoordelen en het diagnosticeren van jongeren uit minderheidsgroepen.
    4. Etnische minderheden zijn vaak ondervertegenwoordigd in onderzoek naar mentale gezondheid.
  • 1.2 The Prevalence Childhood Disorder

    Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat zijn 'prevalence' en 'incidence'?

    Prevalence: verwijst naar het percentage van individuen in een gegeven populatie die een medische of psychologische aandoening hebben. 2 soorten:
    • Puntprevalentie: het percentage jongeren dat op een gegeven moment een stoornis heeft
    • Lifetime prevalentie: het percentage jongeren dat ooit met een stoornis gediagnosticeerd wordt.

    Incidence: verwijst naar het percentage van nieuwe gevallen van een stoornis, in een discrete tijdsperiode, vaak 1 jaar.
  • Waarom is het lastig om de prevalentie van mentale gezondheidsproblemen bij kinderen vast te stellen?

    1. Er is geen enkel bureau dat de prevalentie van mentale stoornissen bijhoudt
    2. Epidemiologische studies gebruiken verschillende methoden om data verzamelen, wat iets andere resultaten oplevert.
    3. Het is lastig om high-quality data te verkrijgen

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart