Discourse classifcation - Electronic discourse - Hypertext

6 belangrijke vragen over Discourse classifcation - Electronic discourse - Hypertext

Wat zijn de verschillen tussen elektronic hypertexts en gedrukte tekst?

  • Het gebruik van hyperlinks is veel sneller online dan offline
  • Electronic hypertexts kunnen een begin en een einde hebben
  • Online hypertexts hebben een interactiever leesproces

Wat maakt samenhang in hypertexts een uitdaging?

  • Het niet lineaire karakter
  • Het multimodale karakter

Samenhang (cohesive ties) in hypertexts

  • Intranodale banden - binnen een node
  • Internodale banden - binnen een hypertekstuele database
  • Extranodale banden - over verschillende hypertextuele databases heen
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Waarom kunnen voornaamwoorden alleen intranodale samenhang tot stand brengen?

Omdat de maker van de hypertekst niet kan voorspellen in welke volgorde gebruikers de hypertekstuele nodes zullen decoderen

Zijn internodale en extranodale banden afhankelijk van de leesvolgorde? En hoe worden ze voornamelijk gerealiseerd?

Nee, en door lexicale cohesie. Meestal in de vorm van woordherhalingen en algemene lexicale velden

Zijn er nog andere mogelijke problemen bij hypertekstuele samenhang?

Ja, bijvoorbeeld van technische aard. Zoals bij een linkje dat niet werkt of een pop-up

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo