Samenvatting: Introduction To Personality Toward An Integrative Science Of The Person | 9780470087657 | Walter Mischel, et al

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Introduction to Personality Toward an Integrative Science of the Person | 9780470087657 | Walter Mischel; Yuichi Shoda; Ozlem Ayduk

• 7 Psychodynamic theories: Freud's conceptions

  Dit is een preview. Er zijn 44 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 7
  Laat hier meer flashcards zien

• Sigmand Freud - 2 key assumptions

  - Gedrag is nooit per ongeluk
  motivational determinism = het is psychologisch bepaald door mentale gemotiveerde oorzaken
  - De oorzaken zijn buiten het bewustzijn

• Wat zijn de drie delen van het topographical model of mind van Freud?

  1. Bewustzijn (superego/ ego) = het deel waar we bewust van zijn. Beïnvloedt je gedrag.
  2. Pre-bewustzijn (superego/ ego) = herinneren, beïnvloedt je gedrag. 
  3. Onderbewustzijn (id, superego, ego) = verlangen, gevoelens en ideeën. Kan je niet naar boven halen (te pijnlijk) Belangrijkst!

• Sigmand Freud - Topographical model of the mind

  1. Bewustzijn: deel van het brein waar je bewust van bent.
     Gedachtes en gevoelens
  2. Voorbewustzijn: deel met herinneringen buiten het bewustzijn, maar die makkelijk zijn terug te halen. Gewone herinneringen.
     Denken wat je 06 is, laatste film die je hebt gezien, vakantie
  3. Onderbewustzijn: deel dat niet direct toegang baar is naar het bewustzijn. Bron van verlangen en bewaarplaats voor neigingen, gevoelens en ideeën gelinkt met angst, conflict en pijn. Core operations personality takes place.

• Wat is het pleasure principle wat hoort bij de ID?

  Alle behoeften moeten meteen worden bevredigd. De behoeften die niet worden bevredigd zorgt voor spanning. Deze spanning wil je zo snel mogelijk weg hebben en je gaat proberen je behoeftes te verminderen. Vb. Als je honger hebt heb je de neiging om te gaan eten.

• Wat is het reality principle die hoort bij het EGO?

  Het rekening houden met externe realiteit, samen met interne behoeftes en neigingen. Dit leidt tot afwegen van de risico's van de acties voordat je iets doet (cost-reward). Impulsen van de ID worden uitgesteld tot een gepaste context.

• Wat is het primary process thinking wat hoort bij de ID?

  Je wil via deze weg je behoeftes bevredigen. Denken zonder logische gedachten en regels. Geen verband met realiteit. Je krijgt in je onderbewustzijn een soort fantasiebeeld als je behoeftes niet bevredigd kunnen worden. De ervaring van zo'n afbeelding heet wish fulfillment

• Wat is secondary process thinking wat hoort bij het EGO?

  Wil de behoeftes van de ID bevredigen, dmv strategieën, als dit veilig is. Dit is dus een logisch en realistisch denkproces. Je gaat de fantasiebeelden zoeken in de realiteit.

• Wat is reality testing in het EGO?

  Je vormt door realistisch denken actieplannen en je gaat die mentaal testen (werkt het?)

• Wat is ego strength?

  De vaardigheid van het ego om effectief te zijn, ondanks het ID en superego. Superego te sterk? --> schuldgevoel
  ID te sterk? --> impulsiviteit en egocentrisch
  Bewaken van de balans

• 2 dingen nodig voor klassieke/Pavlov conditionering

  1. Moet een automatische reactie (reflex) zijn. 
  Reflex: bestaande connectie tussen stimulus en reactie/respons, waarbij eerste het tweede veroorzaakt.
  2. Stimulus in reflex moet in tijd en ruimte geassocieerd worden met een andere stimulus. UR moet gerelateerd worden aan conditioned stimulus (CS).