Samenvatting: Isr

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van ISR

  • ISR BLOK 1

    Dit is een preview. Er zijn 15 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 01/04/2015
    Laat hier meer flashcards zien

  • LEH1 LD2: Verschil accusatoir / inquisitoir proces

    Accusatoir: rechter is lijdelijk ten aanzien van aangedragen feiten, verdachte is procespartij. Vgl NL civiel recht. In een accusatoir proces worden alleen betwiste feiten onderzocht. Partijen dragen hier zelf argumenten voor aan.


    Inquisitoir: rechter is actief onderzoekend, verdachte is object van onderzoek.

    In het NLse strafrecht is de verschuiving van inquisitoir naar accusatoir zichtbaar in de artikelen 30 en 33 Sv.
  • LEH1 LD3: Hoofdlijnen codificatiegeschiedenis NL straf(proces)recht

    - Begin: Bataafse omwenteling 1795. Uniform, formeel en systematisch. Niet voor overtredingen of oorlogsrecht, wel straf(proces)recht.
    - 1809-1811 Crimineel wetboek vh Koningrijk Holland
    - 1838: BW (oud) + Wet RO + Rv + Sv.
    - 1886: Wetboek van Strafrecht.
    - 1921: Nieuw wetboek Sv.
    Codificatiegedachte: art. 107 Gw. Twee grondgedachten codificatie: legaliteitsbeginsel + behoefte aan rechtseenheid.
  • LEH2 2.1 LEGALITEITSBEGINSEL (formeel + materieel)

    Materieel legaliteitsbeginsel: Geen straf zonder (voorafgaande) strafbaarstelling. Art 1 Sr, maar ook art 16 Gw, art 7 EVRM en art 15 IVBPR
    Formeel legaliteitsbeginsel: Geen strafproces zonder wet. Art 1 Sv. Muilkorfarrest.
  • LEH2 2.5 HET RECHT OP RECHTSBIJSTAND

    Verdachte heeft recht op rechtsbijstand, tolk en vertalen van processtukken. O.m. art. 28 Sv, art. 6 lid 3 sub c EVRM.
  • LEH2 2.8 OPENBAARHEID (inwendig + uitwendig)

    Inwendige openbaarheid: Openbaarheid van strafprocessuele handelingen voor de verdachte. Dit is afhankelijk van de loop van het strafproces. Zie Boek 1 Titel II Sv.
    Uitwendige openbaarheid: Openbaarheid tegenover het publiek. Art. 121 Gw, art. 4 RO, art. 6 lid 1 EVRM, art. 14 lid 1 IVBPR. Onderzoek ter terechtzitting en uitspraak zijn in beginsel openbaar (voor meerderjarige toehoorders). Voor uitzonderingen zie art. 22 Sv, uitzondering voor jeugdrecht zie 495b Sv. Zie ook art. 4 RO jo. 269 Sv.
    Doelstellingen uitwendige openbaarheid:
    1. Publieke controle op onafhankelijke rechterlijke macht
    2. Generale preventie
  • LEH2 2.10 HOOR EN WEDERHOOR

    Verdachte heeft het recht gehoord te worden. Art. 63, 65, 197 Sv.
    Horen is een accusatoir getinte handeling, omdat er een soort equality of arms ontstaat. Dit i.t.t. verhoren, hetgeen inquisitoir is (vooral gericht op verzamelen bewijs).
  • LEH2 2.11 IN DUBIO PRO REO

    Reus = beschuldigde. Bij twijfel kwijt beschuldigde het voordeel. Dit beginsel komt voort uit het 'geen straf zonder schuld' beginsel, alsmede uit art. 338 Sv.
  • LEH2 2.12 DRAAGKRACHTBEGINSEL / RESOCIALISATIEBEGINSEL

    Bij penitentiair recht.
    Draagkrachtbeginsel (geldboetes)
    Art. 24 Sr. Rechter houdt rekening met de draagkracht van de verdachte, zodat deze niet onevenredig in zijn inkomen of vermogen wordt getroffen.
    Resocialisatiebeginsel (gevangenisstraffen)
    Art. 2 lid 2 Penitentiaire Beginselenwet. Vrijheidsbenemende sancties moeten zoveel mogelijk dienstbaar zijn aan de voorbereiding van terugkeer in de maatschappij.
  • LEH3 Rechterlijke macht: schrijvende magistratuur

    Hiermee wordt de griffier bedoeld. Deze maakt het proces-verbaal van de terechtzitting (art. 326 Sv). Het verslag wordt mede door de rechter vastgesteld (art 327 Sv).
  • LEH4 Internationale rechtshulp

    Opsporingsmacht blijft in handen van het land waar de dader zich bevindt. Daders kunnen eventueel op grond van verdragen worden uitgeleverd aan andere landen. Deze verdragen dienen er dan toe landen in de gelegenheid te stellen hun rechtsmacht feitelijk te kunnen toepassen.
    Sinds 2004 bestaat het Europees Arrestatiebevel. Uitlevering is afgeschaft voor EU-landen: op grond van het arrestatiebevel worden verdachten overgeleverd.

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart