Samenvatting: J2 P4 Proeftoets
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van J2 P4 Proeftoets
-
Proeftoets
Dit is een preview. Er zijn 31 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 26/06/2017
Laat hier meer flashcards zien -
Welke van onderstaande producten bevat per 100 gram gekookt product het meeste eiwit?A)LinzenB)QuinoaC)Rijst
A
Linzen: 8,8 gram eiwit
Quinoa: 4,4
Rijst wit: 3,2 -
Gegeven: voor mevrouw Blauw is het beter om minder vet in haar dag voeding te gebruiken.Vraag: Welk van de onderstaande vleessoorten bevat het minste vet en is het meest geschikt voor mevrouw Blauw in de warme maaltijd? A)SlavinkB)SchouderkarbonadeC)Varkenshaas
C: Varkenshaas
Slavink: 21,1
Schouderkarbonade: 17,7
Varkenshaas: 3 -
Gegeven: In het ICF-schema is 1 vak gereserveerd voor persoonlijke factoren van de cliënt.Vraag: Welke voedingsgegevens noteert een diëtist in dit vak?A) De voedingsbehoefteB) De voedingsgewoonten en - voorkeurenC) De uitslag van de voedingsanamneseberekening
B) De voedingsgewoonten en - voorkeuren -
De relatie tussen de klacht en het ziektebeeld/gezondheidsprobleem leg je als diëtist uit zodat:A)De client/patient begrijpt welk dieetvoorschrift hij/zij moet volgenB)de client/patient begrijpt wat het verband is tussen zijn ziektebeeld en het dieetvoorschrift.C)de cliënt/patiënt begrijpt welke klachten hij heeft.
B) de client/patient begrijpt wat het verband is tussen zijn ziektebeeld en het dieetvoorschrift. -
Gegeven:. Wanneer de diëtist mw Blauw vraag wat zij ervan vindt om haar voeding te moeten veranderen antwoordt mw Blauw dat ze dit eigenlijk niet ziet zitten. Vraag: Welke soort ‘taal’ gebruikt Mevrouw Blauw hier?A)VerandertaalB)Status quo taalC)Commitmenttaal
B)Status quo taal -
Gegeven: Een hoofddoel voor de behandeling van mevrouw Blauw is: verminderen van leversteatose.Vraag: wat is een correct SMART doel als invulling bij dit globale hoofddoel?A)Binnen een week de hoeveelheid glazen cola verminderen tot maximaal 5 glazen per dag.B)Het verlagen van het gewicht met 5-10% per jaar.C)Het verhogen van de eiwitinname naar 1,2 kg per dag.
B) Het verlagen van het gewicht met 5-10% per jaar. -
Van welke aandoening(en) is het bekend dat het kan leiden tot een B12 deficiëntie?A)Alleen SpruwB)Alleen CoeliakieC)Alleen terminale ileïtisD)Zowel A, B en C
D) Zowel, A, B en C
Verstoring van de opname in de dunne darm door: ziekte van Crohn, coeliakie, tropische spruw, operaties die betrekking hebben op het ileum, Imerslund-Gräsbeck syndroom, ileitis terminales (dunnedarm-zweer) -
Welke bewering(en) zijn juist?1. Een deficiëntie van vitamine B6 kan leiden tot verhoogd homocysteïne gehalte in het bloed.2. Een deficiëntie van vitamine B11 kan leiden tot verhoogd homocysteïne gehalte in het bloed.3. Een deficiëntie van vitamine B12 kan leiden tot verhoogd homocysteïne gehalte in het bloed.A)Alleen bewering 1B)Alleen bewering 1 en 2C)Alleen bewering 2 en 3D)Bewering 1, 2 en 3.
D) Bewering 1, 2 en 3.
De relatie met homocysteine (een aminozuur). Homocysteine kan verhoogd raken door tekort aan vitamine B12, vitamine B6 , foliumzuur of door een zeldzame enzymatische oorzaak (hyperhomocysteinemie) -
Gegeven: Stel: iemand eet 30 gram granen die verrijkt zijn met foliumzuur. De hoeveelheid foliumzuur in 30 gram verrijkte granen is 88 μg. Daarnaast is het bekend dat de voedingsinname aan folaat 100 μg is. Vraag: Wat is de Foliumzuur Equivalent (FE)-inname?A) 190 μgB) 250 μgC) 280 μg.
B) 250 μg
FE = 100 + 1,7*88 (+2* supplement) -
Gegeven: Er is een eiwit wat cobalamine beschermt tegen zuren en bacteriële invloeden.Vraag: Is dit het zgn. R-proteïne?A)JuistB)Onjuist
A) Juist
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden