Huidkanker - screening

15 belangrijke vragen over Huidkanker - screening

Wat is het klinische beeld en etiologie van een atypische naevi/ dysplastische naevus?

Klinische beeld: groter dan 5 mm (5-12 mm), onregelmatig/grillig en onscherp begrensd, roze tot bruin, wisselende pigmentatie, soms met erythemateuze rand.

etiologie: ...

Wat is het klinische beeld en etiologie van een cutis rhomboidalis nuchae?

Klinische beeld: diepe ruitvormige groeven op het voorhoofd of in de nek, waarbij een gele verkleuring van de huid zichtbaar is, naast atrofie, rimpels en groeven.

etiologie: veroorzaakt door langdurige blootstelling aan de zon. Het is een vorm van actinische schade.

Wat is het klinische beeld en etiologie van een dermatoheliosis?

klinische beeld: De huid gaat ruwer aanvoelen, er ontstaan rimpels en plooien, en een vlekkerige hyperpigmentatie. Ook ouderdomsvlekken (lentigo solaris) ontstaan onder invloed van UVB.

etiologie: is schade aan de huid door langdurige blootstelling aan UV-straling (vooral UVB).
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is het klinische beeld en etiologie van een dermatofibroma?

Klinische beeld: is een langzaam groeiende benigne subepidermale harde nodulus (nodus), 0.5-1.5 cm groot. De overliggende huid kan diverse kleuren hebben (bruin, grijs, zwart, blauw, geel, rood, paars, huidkleurig). Meestal verzonken, als induratie palpabel onder de huid, soms koepelvormig boven de huid verheven. Bij het pakken van een plooi rond het dermatofibroom wordt een deuk zichtbaar (dimple sign genoemd).

etiologie: onbekend.

Wat is het klinische beeld en etiologie van een dermale naevus?

Klinische beeld: Naevi zijn sterk wisselend in vorm (maculae, papulae, maculae-papula, papillomateus, molluscoid), grootte (speldeknop tot handpalmgroot, gemiddeld 2-6 mm.), distributie, aantal (kinderen 2-3, volwassenen 20-30, soms honderden), kleur (huidkleurig, roze, lichtbruin, donkerbruin, tot diep bruinzwart), en beharing (geen beharing of dikke, lange zwarte haren).

etiologie: erfelijk en zongebruik.

Wat is het klinische beeld en etiologie van epheliden?

Klinische beeld: zijn kleine (1-3 mm) geelbruine tot lichtbruine macula die bij kleine kinderen, vooral blond- en rood-harigen, verschijnen op aan de zon blootgestelde plekken.

etiologie: Het ontstaan is duidelijk gerelateerd aan de zon, hoe meer zon, hoe meer sproeten. Ook worden sproeten zomers donkerder door de zon, en in het najaar weer lichter. Er is ook een familiale factor, de neiging om veel sproeten te hebben komt voor in sommige families, waarschijnlijk in autosomale dominante vorm.

Wat is het klinische beeld en etiologie van erythromelanosis Civatte/ poikilodermie van Civatte?

Klinische beeld: Roodbruine verkleuring van de huid aan de zijkant van de hals beiderzijds, min of meer symmetrisch, vaak met een grillige begrenzing. Het kan over de kaakranden doorlopen naar de wangen. De huid onder de kin is niet aangedaan, omdat daar geen zonlicht komt. Het kan ook op het coeur (borst) voorkomen. De roodheid is precies tussen de haarzakjesopeningen, die soms wat verheven en wel huidkleurig zijn. In een verder stadium kunnen er ook kleine witte vlekjes in het aangedane gebied ontstaan. Het erytheem is wegdrukbaar. Meestal is dan een lichte bruine hyperpigmentatie zichtbaar.

etiologie: door blootstelling aan zonlicht.

Hoe wordt de diagnose van het FAMM styndoom geconstateerd?

De diagnose wordt niet gesteld op het klinisch beeld maar op het voorkomen van melanomen in de familie.

De diagnose FAMMM syndroom wordt op klinische gronden gesteld als melanoom voorkomt bij twee eerstegraads familieleden of bij drie familieleden ongeacht de graad.
  
Het belangrijkste met FAMMM geassocieerde gen is het CDKN2A (p16) gen op chromosoom 9p.
Bij erfelijke aanleg voor melanoom treden de huidtumoren op relatief jonge leeftijd op en zijn er vaak (bij > 30% van de patiënten) multipele melanomen.

Wat is het klinische beeld en etiologie van een Spitz naevus?

Klinische beeld: De klassieke Spitz naevus is rood of roodbruin, en bolrond. Maar er bestaan ook gepigmenteerde Spitz naevi varierend van lichtbruin tot donkerbruin. Ze zitten meestal in het gezicht of op de extremiteiten. Ze kunnen 1-2 cm groot worden. Het merendeel ontstaat bij kinderen of jong-volwassenen, 70% is jonger dan 20 jaar. Ze komen vaker voor bij huidtype I en II.

etiologie: Het is niet bekend waardoor ze ontstaan. Ze kunnen ook weer in regressie gaan.

Wat is het klinische beeld en etiologie van een naevus van Reed?

Klinische beeld: donkerbruin tot zwarte regelmatige naevus, 1.5-10 mm groot, vlak of licht verheven. De rand kan rafelig zijn, met fijne uitlopers die vooral met dermatoscopie goed te zien zijn en er uit zien als een 'exploderende ster' (starburst pattern).

etiologie: ...

Wat zijn de oveeenkomsten en verschillen tussen een spitz naevus en een reed naevus?

Reed's nevus wordt door sommige beschouwd als een gepigmenteerde variant van een Spitz naevus.
De patholoog Ackerman beschouwt de door Reed beschreven naevus als een aparte entiteit en noemt als belangrijkste onderscheid met een Spitz naevus de kleine nuclei, de monomorfe ovale vorm van de spoelcellen, en de beperking van de laesie tot de epidermis en papillaire dermis.

Wat is de etiologie van rimpels?

Rimpels ontstaan doordat met het ouder worden de elastine vezels verloren gaan. Dit proces wordt bevorderd door blootstelling aan zonlicht en door roken.

Wat houdt solaire elastosis in?

is het verval van de elasticiteit van de huid bij het ouder worden. Blootstelling aan UVB speelt daarbij een belangrijke rol, en daarom wordt vaker de term solaire elastose of solaire dyselastosis gebruikt. Solaire elastosis is ook een PA term, de degeneratie van het collageen en de elastine vezels is ook histologisch zichtbaar: vaak is er een blauwgrijze (basofiele) verkleuring hoog in de dermis.

Wat houdt het ABCD beoordelingssysteem voor naevi in?

Naevi kunnen worden beoordeeld volgens de ABCD regel of ABCDE regel. Hierbij staat elke letter voor een kenmerk van een naevus dat wijst op mogelijke overgang naar een melanoom.

A staat voor Asymmetry (het niet symmetrisch zijn van de naevus)
B voor Border (rand),
C voor Color (kleur)
D voor Diameter (doorsnede, grootte)
E voor Evolution (verandering), of Elevation (het ontstaan van een verhevenheid).

Wat houdt de beoordeling van een laesie met ABCD score voor dermatoscopie volgens STOLZ in?

Uiteindelijk leidt dit tot een totale dermatoscopie score die de mate van verdenking aangeeft.
  • een score < 4.75 past bij een benigne moedervlek
  • een score tussen 4.75 en 5.45 past bij een dysplastische naevus
  • een score boven de 5.45 is suggestief voor een melanoom

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo