Identiteit van non-profitorganisaties - Budgetimperfecties

8 belangrijke vragen over Identiteit van non-profitorganisaties - Budgetimperfecties

Sindsdien is door een aantal schrijvers beweerd dat een geconstateerd gebrek van de marktsector weliswaar een noodzakelijke maar geen voldoende voorwaarde is voor overheidsingrijpen. Wat moet men, volgens Wolf, eerst nog nagaan door middel van zorgvuldige afweging?

Of de verwachte nadelen van een eventueel ingrijpen niet zwaarder wegen dan de gesignaleerde gebreken van de particuliere regeling. Met andere woorden, het middel kan erger zijn dan de kwaal.

In de 'theory of non-market failures' wordt een opsomming gegeven van de redenen waarom de beheersing van activiteiten en kosten in de budgetsector zo moeilijk is. Het gaat om de volgende aspecten (Wolf, 1979):

o De output is slecht gedefinieerd en moeilijk te meten;
o De kwaliteit van de output is moeilijk vast te stellen, omdat de informatie over het consumentengedrag grotendeels ontbreekt;
o Concurrentie ontbreekt veelal;
o Een hard criterium voor de beëindiging van projecten en programma's ontbreekt;
o In de politiek wordt het formuleren van problemen en het ontwerpen van oplossingen beloond, maar niet de implementatie van voorstellen;
o De politieke cyclus en tijdshorizon zijn te kort om de problemen goed aan te pakken.

Samenvattend kan men stellen dat niet alleen de marktsector, maar ook de budgetsector niet altijd in staat is op Pareto-optimale wijze goederen en diensten voort te brengen.

De problemen van de marktsector uiten zich in marktimperfecties (onvolkomen prijsuitsluiting, hoge initiële kosten, interne en externe effecten), terwijl de problemen van de budgetsector zich voordoen in de vorm van non-market-imperfecties (onvoorziene maatschappelijke gevolgen van overheidsingrijpen).
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

De kosten van non-market-imperfecties worden door Wolf (1979) naar analogie van de marktanalyse ondergebracht in de categorieën:

a Interne effecten;
b Afgeleide marktimperfecties;
c Verdelingseffecten.

Ad a Interne effecten.

Het ontbreken van duidelijke marktsignalen en mogelijkheden voor voortdurende externe beoordeling leidt ertoe dat non-profitorganisaties zelf beheersingssystemen moeten ontwerpen en toepassen.
Zoals in een marktsituatie ondernemingen geneigd zijn hun productie, onder de voorwaarde dat de marginale opbrengsten boven de marginale kosten blijven, uit te breiden en kosten minimaliseren, kent ook de publieke sector zijn eigen wetmatigheden. Deze leiden tot een niet-aflatend streven naar budget- en outputmaximalisatie, ook als de marginale kosten de marginale opbrengsten overtreffen.

Ad b Afgeleide marktimperfecties.

Ingrijpen door de overheid (bijvoorbeeld investeringspremies voor het bedrijfsleven) lokt reacties in de marktsector uit, die weer marktimperfecties veroorzaken. Hierdoor is wederom overheidsingrijpen gewenst, waardoor men in een spiraal van een toenemende overheidsbemoeienis terechtkomt (zie bijvoorbeeld de EU-landbouwpolitiek).

Ad c Verdelingseffecten.

Waar in de private sector sprake kan zijn van inkomens- en welvaartsverschillen (zie het eerdergenoemde 'verdelingsmotief' in paragraaf 1.2.1) komen soortgelijke verschillen in de publieke sector soms tot uitdrukking in de ongelijke verdeling van macht en invloed.

Marktimperfecties en non-marketfailures worden door gelijksoortige factoren veroorzaakt. Wat betekent dit echter niet?

Dat genoemde imperfecties elkaars spiegelbeeld zijn: het door non-profitorganisaties overnemen van private productie leidt veelal tot andere (non-market)failures. De meeste non-marketfailures hebben het karakter van organisatieproblemen.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo