Maatregelen van het Burgerlijk Wetboek - Ontneming van het gezag

Question

Wanneer wordt ontheffing uitgesproken?

Answer 1

Als er sprake is van onmacht of ongeschiktheid tot de verzorging en opvoeding bij de ouders.

De ontheffing wordt in beginsel niet uitgesproken tegen de wil van degene die wordt ontheven en mits het belang van het kind zich niet verzet tegen de maatregel.

Answer 2

Deze kunnen divers zijn. Kenmerkend is dat er op de eerste plaats niet verwijtbaar gedrag aan ten grondslag ligt.

Answer 3

Op verzoek van de andere ouder, bloed- en aanverwanten t/m de vierde graad, Raad voor de Kinderbescherming, pleegouders en de officier van justitie.

Answer 4

Ontheffing staat niet open voor de voogd, deze kan zich in vergelijkbare gevallen laten ontslaan uit de voogdij.

Ontzetting is mogelijk op dezelfde gronden als bij ouderlijk gezag. Er zijn ook enkele gronden aan toegevoegd, i.v.m. dat ontheffing niet mogelijk is.

Een rechtspersoon die belast is met het gezag kan ontzet worden, hiervoor gelden dezelfde gronden als voor de voogd, behalve die van 'slecht levensgedrag'.

Answer 5

Bijvoorbeeld:

De gezagdrager verliest het gezag over zijn kind, familierechtelijke betrekkingen en daarmee onderhoudsplicht blijven bestaan. Eventueel voert de andere ouder vervolgens alleen het gezag uit of deze wordt ook ontheven of ontzet.
Er moet in het gezag worden voorzien. Meestal wordt een rechtspersoon hiermee belast.
Bureau Jeugdzorg of een maatschappelijk werker begeleiden het kind (deze wordt veelal als voogd beschouwd).
Wanneer ernstige gedragsproblematiek die nodig maakt, kan de jongere in een justitiële inrichting geplaatst worden.
Kinderen worden ook wel geplaatst in een tehuis of pleeggezin.