Startpagina / Samenvattingen / Joho samenvatting psychodiagnostiek / subtest-wisc-iq

Welke theorieën over individuele intelligentie- en prestatietests zijn er? - Waaruit bestaan de individuele tests van intelligentie en prestatie?

Q: Hoe hoopte Wechsler zijn IQ test te kunnen gebruiken voor het stellen van diagnoses?

Hiervoor maakte hij onderscheid tussen: Verbaal > Performaal: gaf uitslag voor organische breinziektes zoals psychose en emotionele stoornissen. Performaal > Verbaal: liet lichte mentale retardatie zien bij adolescenten en volwassenen. -> bleek geen waterdichte regel, maar wel enigszins bruikbaar

30 belangrijke vragen over Welke theorieën over individuele intelligentie- en prestatietests zijn er? - Waaruit bestaan de individuele tests van intelligentie en prestatie?

Wat waren verbetering van de Wechsler Scale of Intelligence ten opzicht van eerder intelligentietests?

1. Beschikbaar voor volwassenen
2. Meer focus op accuraatheid dan op snelheid
3. Goed gebruik van mentale leeftijd

Waarom wordt de score op de Wechsler IQ test gedeeld door de verwachte score voor de leeftijd?

Omdat IQ vrijwel constant blijft over tijd maar intellectuele vaardigheden over tijd kunnen veranderen.

Hoe hoopte Wechsler zijn IQ test te kunnen gebruiken voor het stellen van diagnoses?

Hiervoor maakte hij onderscheid tussen:

Verbaal > Performaal: gaf uitslag voor organische breinziektes zoals psychose en emotionele stoornissen.
Performaal > Verbaal: liet lichte mentale retardatie zien bij adolescenten en volwassenen.

-> bleek geen waterdichte regel, maar wel enigszins bruikbaar

Wat zijn de kenmerken van de recentste Wechsler test?

Dertien tot vijftien subtests die gebruikt worden om intra-individuele sterktes en zwaktes te meten in plaats van één globale score.
Empirisch onderbouwde scores en IQ-schalen. Eerst werd het onderverdeeld in verbaal IQ en performaal IQ, maar de laatste versies hebben indexscores in vier gebieden:

verbaal begrip;
perceptueel redeneren;
werkgeheugen;
verwerkingssnelheid.

Een zelfde maatstaf voor IQ en indexscore, te weten een gemiddeld IQ van 100 met standaardafwijking van 15. Op een subtest is dat een gemiddelde van 10 met standaardafwijking van ongeveer 3.
Een aantal dezelfde subtests voor verschillende testversies.

Hoe werkt de informatie subtest van de WISC?

Bij deze test wordt feitelijke kennis getest over personen, plaatsen en algemene fenomenen. Doordat je kennis uit je geheugen moet ophalen meet deze test ook leer- en geheugenvaardigheden. De test laadt het sterkst op de factor Verbaal Begrip

Hoe werkt de Digit span subtest van de WISC?

Participanten moeten een serie cijfers herhalen (digits forward), achterstevoren herhalen (digits backwards) of in de juiste numerieke volgorde zetten (digits sequencing).

Scores op de test kunnen beïnvloed worden door angst of vermoeidheid, wat vaak te zien is bij psychiatrische patiënten.

Hoe werkt de rekenkunde subtest van de WISC?

Bij deze test worden rekenproblemen verbaal voorgelegd die de participanten moeten beantwoorden.

Rekenkunde laadt het sterkst op de factor werkgeheugen

Hoe werkt de gelijkenissen subtest van de WISC?

Hierbij wordt het vermogen van de participant getest om belangrijke van onbelangrijke kenmerken te scheiden bij objecten, feiten en ideeën.

Hoe werkt de letter-nummer volgorde subtest van de WISC?

Hierbij krijgt de participant een serie van letters en cijfers, waarna hij van die serie eerst de cijfers en daarna de letters in de juiste volgorde moet zetten. Bijvoorbeeld de serie R-3-B-5-Z-1-C moet dan zijn 1-3-5-B-C-R-Z. Deze subtest meet samen met Digit Span en Rekenkunde het Werkgeheugen.

Hoe werkt de afbeelding afmaken subtest van de WISC?

Hierbij worden afbeeldingen laten zien waarbij de participanten moeten aangeven welk belangrijk onderdeel er mist.

Hoe werkt de afbeelding concepten subtest van de WISC?

Deze subtest wordt gebruikt bij kinderen. Een rij met plaatjes wordt laten zien en het kind moet aangeven welk concept de plaatjes gemeen hebben.

Hoe werkt de blokdesign subtest van de WISC?

Hierbij moeten participanten een tweedimensionaal plaatje nabouwen met driedimensionale blokken. Het vergt analyse van spatiële relatie, visuele-motor coördinatie en het is minder onderhevig aan geheugen en eerdere ervaringen.

Hoe werkt de Matrix redeneren subtest van de WISC?

Hierbij moeten participanten een patroon of relatie ontdekken in een rij van figuren (simpel) of in een 3x3 matrix (moeilijker), waarbij de laatste figuur ontbreekt die gekozen moet worden uit vijf keuzes. Het meet vooral vloeiende intelligentie.

Hoe werkt de object montage subtest van de WISC?

Dit is alleen test voor peuters en kleuters, waarbij ze delen van een plaatje krijgen en die aan elkaar moeten leggen om het grote plaatje te krijgen, als een mini-puzzel. Deze subtest komt alleen voor in de WPPSI-III.

Hoe werkt de coderen subtest van de WISC?

Dit is een subtest waarbij een cijfer gebonden is aan een bepaald symbool. Na een paar keer oefenen wordt een serie cijfers gegeven, waarna de bijbehorende symbolen in die volgorde moeten worden gegeven.

Hoe werkt de symbool zoeken subtest van de WISC?

Dit is een subtest die verwerkingssnelheid meet, waarbij moet worden aangegeven of een paar symbolen links zich tussen een grotere groep symbolen rechts bevindt.

Hoe werkt de annulering subtest van de WISC?

Hierbij moeten participanten op een groot vel papier alle dieren doorstrepen die tussen allemaal niet-dierlijke objecten staan.

Hoe werkt de visuele puzzels subtest van de WISC?

Hierbij moeten zes delen worden gekozen die een voorbeeldplaatje vormen. Het laadt het sterkst op de factor Perceptueel Redeneren. Deze subtest komt alleen voor in de WAIS-IV.

Hoe werkt de figuur gewichten subtest van de WISC?

Dit is een onderdeel van de WAIS-IV dat Perceptuele Redenering meet. Er is een weegschaal met figuurtjes die aan 1 kant missen. De participant moet uit zes opties kiezen om de weegschaal in balans te houden. Deze subtest komt alleen voor in de WAIS-IV.

Welke onderdelen van de WISC komen alleen voor in de WAIS?

1. Figuur gewichten
2. Visuele puzzels

Waar kunnen lage scores op de Werkgeheugen Index (WMI) op duiden?

Concentratieproblemen

Wat zijn de 5 factoren uit de Standford-Binet Intelligence scale-v?

1. Non-verbaal vloeiend redeneren
- Verbaal vloeiend redeneren
2. Non-verbale kennis
- Verbale kennis
3. Non-verbaal kwantitatief redeneren
- Verbaal kwantitatief redeneren
4. Non-verbaal visueel-spatieel verwerken
- Verbaal visueel-spatieel verwerken
5. Non-verbaal werkgeheugen
- Verbaal werkgeheugen

Voor de SB5 wordt altijd een routing procedure afgenomen, waarom?

Om de algemene cognitieve vaardigheden van de participant te schatten. Het zorgt ervoor dat het aantal items tijdens de test verminderd kan worden. Dit is mogelijk omdat de test is gebaseerd op de item response theory en moeilijkheidsgraden en andere parameters dus al bekend zijn sinds de ontwikkelingsfase.

Wat zijn belangrijke kenmerken van SB5?

1. Er staan items in die hoogbegaafdheid en mentale retardatie kunnen onderscheiden van de ‘gewone’ IQ scores.
2. Er is gekeken of de test eerlijk is als het gaat om cultuur-, geslachts- en religieverschillen. Dit is de eerste test die naar religie kijkt.
3. Slechthorenden en mensen die slecht Engels spreken of communicatiestoornissen hebben kunnen deze test maken.
4. De factor over werkgeheugen bevat zowel verbaal als non-verbaal geheugen wat uitkomst kan bieden in onderzoek naar kinderen met ADHD.

Wat houdt de Detroit Tests of Learning Aptitude-4 (DTLA-4) in?

Kinderen 6-17 jaar. 16 composities en 14 vaardigheden berekend. 10 subtests. Algemene mentale vaardigheid berekend door middel van standaardscores: hoe participant presteert onder optimale omstandigheden. Nadeel: composities niet goed empirisch onderbouwd, meer composities dan subtest, dus composities hoge inter-correlaties

Cognitive Assessment System-II (CAS-II):

Gebaseerd op PASS-theorie, kinderen 5-17 jaar. Schalen: planning, aandacht, gelijktijdige verwerking, opeenvolgende verwerking. Betrouwbaar en valide, in overeenstemming met ADHD  goede test voor ADHD.

Kaufman Brief Intelligence Test-2 (KBIT-2):

Snel, maar minder accuraat. Snelle schatting intelligentie: screening. Wel betrouwbaar en valide. Bestaat uit verbale/gekristalliseerde en non-verbale/vloeiende schaal.

Kaufman Test of Educational Achievement-II (KTEA-II):

4,5-25 jaar. Kort: handig voor screenings. Meet vier gebieden: lezen, wiskunde, geschreven taal, gesproken taal. Kan bijvoorbeeld meten of er sprake is van leerachterstand

Waarom kwam er een soepelere definitie voor leerachterstand?

Kinderen die wel hulp nodig hadden kwamen niet door de selectie. De nieuwe definitie gaat uit van disfunctie van het CZ en maakt daarom een beter onderscheid tussen vaardigheid en prestatie

Welke 5 kenmerken kan gegeven worden voor een leerachterstand?

1. Wanverhouding binnen een persoon wat betreft cognitief functioneren, maar het is niet slechts een verschil tussen algemeen IQ en prestatie test scores
2. Leerachterstand kan niet verklaren worden door andere omstandigheden zoals slecht zicht
3. Een leerachterstand is heterogeen, er zijn dus veel varianten
4. Een leerachterstand begint vaak vroeg
5. Personen ondervinden vaak sociale en emotionele problemen

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Joho samenvatting psychodiagnostiek

Bekijk samenvatting

Een unieke studie- en oefentool
Nooit meer iets twee keer studeren
Haal de cijfers waar je op hoopt
100% zeker alles onthouden

Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding