Samenvatting: Jurisprudentie Bestuursrecht

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Jurisprudentie Bestuursrecht

• 1 Collegeweek 1

  Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
  Laat hier meer flashcards zien

• CBb 19 juli 2005, (Drukkerij de Haghe)

  Onderwerp: Mandaat (art. 10:3 (3) jo. 7:11 Awb)
  Rechtsvraag: Was de medewerker bevoegd om de beslissing op het bezwaar te nemen?
  
  Overweging: Mandaat middels een heroverweging van een beslissing die geschiedt door een ondergeschikte van degene die via mandaat het besluit primair heeft genomen, is niet toegestaan

• Hof 7 december 2011, (Bouwleges)

  Onderwerp: attributie en bevoegdheidsuitoefening
  Rechtsvraag: Was het B&W bevoegd de bevoegdheid met betrekking tot de bouwleges uit te oefenen?
  
  Overweging: Indien een bevoegdheid door attributie rechtstreeks is toegewezen aan een bepaald orgaan, is een ander orgaan (casu: B&W) niet bevoegd deze bevoegdheid zelf uit te oefenen

• 2 Collegeweek 2

  Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
  Laat hier meer flashcards zien

• CBb 28 april 2015, (Postwet)

  Onderwerp: kenmerken van een algemeen verbindend voorschrift
  
  Overweging: a.v.v. Bestaat uit:
  

  1. Naar buiten werkende, voor de daarbij betrokkenen bindende regel is
  2. uitgegaan van het openbaar gezag dat bevoegdheid daartoe aan wet ontleent
  3. herhaaldelijk toepasbaar
  4. richt zich op potentieel onbeperkte groep rechtssubjecten

• ABRvS 14 januari 2015, (Beleidsregel IGZ)

  Onderwerp: beleidsregel
  
  Overweging: het nieuwsbericht van IGZ heeft niet alleen een informatieve mededeling van feitelijke aard, maar ook algemene handhavingsnorm en is dus een beleidsregel over hoe IGZ haar toezichthoudende bevoegdheden zal uitoefenen

• ABRvS 18 november 2015, (Gebiedsaanwijzing)

  Onderwerp: Algemeen verbindend voorschrift of concretiserend besluit van algemene strekking
  
  Rechtsregel: 
  

  1. Avv: indien in een verordening zelf een specificatie wordt gegeven
  2. Cbas: indien de specificatie niet in de verordening wordt geregeld, maar daarbuiten

• ABRvS 15 april 2020, (Optische en geluidssignalen)

  Onderwerp: algemeen verbindend voorschrift en zelfstandige normstelling
  
  Overweging: De beslissing genomen waarbij MET niet valt aan te merken als hulpverleningsdieet, treft uitsluitend MET. De beslissing houdt geen zelfstandige norm in en wijzigt ook niet de norm van art. 29 RVV

• 3 Collegeweek 3

  Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3
  Laat hier meer flashcards zien

• ABRvS 18 september 2002, (Jetski's)

  Onderwerp: belangen van omwonenden
  
  Overweging: wet geeft duidelijk aan dat veiligheid en vlot verloop van het verkeer centraal staat. Hieronder valt niet het voorkomen van geluidshinder. De minister hoefde bij het vaststellen van de vaargebieden hier dan ook geen rekening mee te houden

• ABRvS 24 maart 2010, (Schijn van belangenverstrengeling)

  Onderwerp: belangenverstrengeling
  
  Overweging: Onvoldoende aangetoond dat bestuursorgaan een eigen belang zou hebben.

• Is het toelaatbaar om na de beroepstermijn en de termijn als bedoeld in art. 6:6 Awb nog nieuwe gronden in te dienen?

  Op grond van het arrest 'Nieuwe rechtsgronden na beroepstermijn' kun je gedurende de procedure bij de bestuursrechter nieuwe gronden aanvoeren tenzij de goede procesorde zich daartegen verzet. Voor het antwoord op de vraag of de goede procesorde zich daar niet tegen verzet, is in het algemeen bepalend een afweging van:
  

  • De proceseconomie;
  • De reden waarom de desbetreffende beroepsgrond pas in een laat stadium is aangevoerd;
  • De mogelijkheid voor de andere partijen om adequaat op die beroepsgrond te reageren;
  • De processuele belangen van de partijen over en weer;
  • De termijn van drie weken indien een deskundigenbericht is gevraagd.
    

• CRvB 12 juni 2015, (Aavraagformulier)

  Onderwerp: verplichtingen van de aanvrager
  
  Overweging: bestuursorgaan is verplicht, nadat het enige aanwijzingen hiertoe heeft ontvangen, op grond van art. 3:2 onderzoek in te stellen. 
  Op de aanvrager rust een verplichting tot het uit eigen beweging verstrekken van alle gegevens en bescheiden die nodig zijn voor de beslissing op de aanvraag.