Museumconcept en geschiedopvatting. Het Alte en Neue Museum in Berlijn - Het Alte en Neue Museum en hun positie in het negentiende eeuwse museumlandschap

15 belangrijke vragen over Museumconcept en geschiedopvatting. Het Alte en Neue Museum in Berlijn - Het Alte en Neue Museum en hun positie in het negentiende eeuwse museumlandschap

Wie had in München een maatstaf opgesteld waaraan lange tijd alle nieuw te bouwen kunstmusea zich moesten meten?

Klenze met de classicistische Glyptothek met klassieke beeldhouwkunst en de  renaissanceistische Alte Pinakothek met schilderkunst

Waar hing hun succes mee samen?

Met het feit dat ze al in een vroeg stadium van de geschiedenis van het openbare museum zo gespecialiseerd waren.

Welk karakter droegen beiden?

Het karakter van een Gesamtkunstwerk, wat op dat moment een nieuwe trend betekende.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Waarmee probeerde Stüler, Klenzes Glyptothek en Alte Pinakothek in één klap te overtreffen?

Met zijn Neue Museum, vooral wat betreft de verhouding tussen museumarchitectuur, museumdecoratie en tentoonstellingsobjecten.

Waarom konden de kunsten nooit afzonderlijk van elkaar worden opgevat?

Ze dienden altijd in samenhang met de zusterkunsten te worden gezien.

Welke plicht meende de architect Stüler dan ook te hebben?

Om in de vormgeving en de decoratie van de ruimten de collecties zoveel mogelijk te completeren, vooral ook omdat in alle bloeiperioden van de kunst de architectuur altijd draagster van de schilder- en beeldhouwkunst was geweest.

Wat vond Klenze de taak van een museum?

Steeds zowel met de beschouwer als met het te beschouwen object rekening te houden. Een kunstwerk moest waardig worden tentoongesteld, weliswaar met decoratieve verwijzing naar zijn historische achtergrond, maar zonder dat dit ten koste zou gaan van het esthetische genot.

Hoe zag Klenze de sobere manier van tentoonstellen, zoals Schinkel deze in het Alte museum had toegepast?

Een geheel verkeerd systeem, waarmee met door grijze en kleurloze achtergronden en weinig of geen versiering meende de klassieken zelf te ontzien en ze beter te doen uitkomen.

Waar zorgt het rijke decoratieprogramma voor?

Dat de tentoonstellingsobjecten in een vaste verhouding tot hun museale omgeving waren geplaatst.

Wat kende de negentiende-eeuwse museumgebouwen op grond daarvan dikwijls?

Een uiterst statische indeling, die geen rekening hield met het dynamische proces van een snel toenemende collectie en veranderende inzichten, die een nieuwe inrichting wenselijk maakten.

Was de belichting in het Neue Museum in orde?

Nee het werd van begin af aan als slecht verlicht ervaren. Belichting schijnt voor Stüler evenals voor Schinkel van ondergeschikt belang te zijn geweest.

Wanneer werd de belichting werkelijk als vraagstuk behandeld?

Pas vanaf het midden van de eeuw, toen er reeds verschillende openbare musea bestonden.

Wat achtte de inmiddels aangetreden hoofddirecteur der Berlijnse musea Wilhelm von Bode in 1885 voor gesloten?

De belichtingsdiscussie door erop te wijzen dat inmiddels bijna alle nieuwere galeriegebouwen een gemengd systeem van kabinetten met zijlicht en zalen met bovenlicht hadden.

Wat deed Semper met de decoratie van zijn Gemäldegalerie?

Terwijl het exterieur van de Gemäldegalerie een complex iconografisch programma had, waarbij de noordzijde aan de klassieke kunst en de zuidzijde aan de romantisch-christelijke kunst was gewijd, gebruikte Semper verhalende decoratie in het interieur alleen terughoudend, 'en grisaille' geschilderd.

Waarom doen Het Kunsthistorisches Museum in Wenen, het Rijksmuseum in Amsterdam in hun oorspronkelijke inrichtingsprincipe wel aan het Neue Museum denken?

Deze verwantschap tussen de museumontwerpen van Stüler, Semper en Cuypers ligt vooral in de algemene overtuiging van hun respectievelijke bouwmeesters dat de ruimten in meer of mindere mate een harmonische eenheid dienden te vormen met de tentoongestelde objecten.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo