Tussen geschiedenis en kunst. Nederlandse nationale kunstmusea in de negentiende eeuw - Het Rijksmuseum en het Mauritshuis 1814-1840 - Eigentijdse aanwinsten

9 belangrijke vragen over Tussen geschiedenis en kunst. Nederlandse nationale kunstmusea in de negentiende eeuw - Het Rijksmuseum en het Mauritshuis 1814-1840 - Eigentijdse aanwinsten

Welke drie soorten argumenten werden door de directeuren bij de aankopen op het gebied van de moderne kunst aangevoerd?

Artistieke, historische (net als bij de oude kunst) en sociale.

Wat valt onder de sociale overwegingen?

Het aanmoedigen van jongeren en het ondersteunen van ouderen, waarbij het er niet toe deed welk genre ze beoefenden.

Welke overwegingen lagen in deze periode vlak naast elkaar?

De artistieke en sociale. Terwijl het onder Lodewijk Napoleon vanzelfsprekend was geweest dat de beste schilderijen in zijn Koninklijk Museum terechtkwamen, was het onder Willem I volkomen logisch dat op de tentoonstellingen eerst de particuliere verzamelaars hun keuze maakten.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat maakte dan een grote kans te worden aangekocht?

Wat er overschoot, artistiek gezien acceptabel was én gemaakt door een kunstenaar die nog niet in de musea was vertegenwoordigd.

Wanneer werden overwegingen van historisch aard kennelijk pas naar voren gebracht?

Net als bij de oude kunst als de artistieke kwaliteit van de kunstwerken tekort schoot.

Waarom kochten de musea weinig historiestukken?

Ten eerste omdat de budgetten (en de muurruimte in de zalen) niet waren berekend op het aankopen van echte historiestukken van grote afmetingen, zelfs niet toen er 20000 per jaar uitgegeven kon worden.

Wat was de tweede reden?

Apostool en Steengracht waren neit enthousiast over dit soort grote schilderijen; zij waren meer geporteerd voor de typisch Noord-Nederlandse kabinetstukjes van huiselijk formaat, met de geijkte Nederlandse onderwerpen zoals landschappen, stillevens en huiselijke tafereeltjes.

Welke herkomst hebben de eigentijdse historiestukken die in deze periode de rijkscollecties zijn komen verrijken?

Voor een belangrijk deel een koninklijke herkomst. De schilderijen had de koning privé aangeschaft en later overgedragen.

Wat is de reden dat de bijdrage van Willem I vooral op het gebied van de historieschilderkunst ligt?

Het gaat om dure schilderijen waarvoor de musea zelf niet genoeg geld beschikbaar hadden.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo