Institutionele verzamelingen in de tijd van de wetenschappelijke revolutie (1600 - 1750)

11 belangrijke vragen over Institutionele verzamelingen in de tijd van de wetenschappelijke revolutie (1600 - 1750)

Wat is een punt van voortdurende zorg met betrekking tot natuurhistorische collecties?

De vergankelijkheid van het materiaal.

Welke verzameling had Jan Swammerdam?

Een verzameling anatomische en entomologische preparaten.

Wat gebeurde er met de meeste particuliere verzamelingen in de zeventiende eeuw?

Hetzelfde als met de verzameling van Swammerdam, ze viel uiteen, er bleef niets van over.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Waren en mogelijkheden om een verzameling voor het nageslacht te bewaren?

Een verzamelaar kon een catalogus van zijn collectie maken, of deze zelfs geheel of gedeeltelijk in folianten afbeelden.

Welke andere mogelijkheid was er nog meer om een verzameling voor uiteenvallen te behoeden?

Met kon verval of opdeling van de collectie voorkomen door haar te verkopen of na te laten aan een al dan niet wetenschappelijke instelling, die voor haar voortbestaan niet van één persoon afhankelijk was en daardoor de continuïteit kon waarborgen die een particulier niet kon garanderen.

Waren de institutionele verzamelingen in de zeventiende en achttiende eeuw belangrijk?

Nee, de particuliere collectie op artistiek en wetenschappelijk terrein waren belangrijker. Wat de Leidse universiteit aan het einde van de zeventiende eeuw bij elkaar had gebracht, viel in het niet bij de verzameling van burgers als de Amsterdamse burgemeester Nicolaes Witsen en Albertus Seba.

Wanneer gingen institutionele collecties soms werkelijk pas was voorstellen?

Als men erin slaagde een verzameling van een bekende geleerde op te komen en in de bestaande collectie op te nemen.

Welke drie redenen zijn er om aandacht te besteden aan institutionele collecties?

Ten eerste omdat de bescheiden verzamelingen soms de kern zijn geweest van vermaarde museale verzamelingen uit latere eeuwen en ten tweede omdat er meestal meer gegevens bekend zijn dan over particuliere collecties. Ten derde omdat sinds de zeventiende eeuw wetenschappelijke instellingen een steeds grotere rol gaan spelen in de beoefening van de wetenschap, de natuurwetenschap in het bijzonder.

Wat was het verschil tussen particuliere en institutionele verzamelingen?

De institutionele verzamelingen droegen minder het persoonlijk stempel van degene die belast was met het onderhoud en de uitbreiding ervan, dan dat bij de particuliere verzameling het geval was.

Waarom is het onderscheid tussen particuliere en institutionele verzamelingen niet altijd even duidelijk geweest?

Soms waren particulieren verzamelingen openbaar. Er zijn institutionele verzameling bekend waarop een van de functionarissen zo duidelijk zijn persoonlijk stempel zette dat het bijna o zijn privé verzameling leek te gaan.

De verzamelingen van de Leidse Universiteit omvatte een Hortus botanicus en een theatrum anatomicum. Waar waren deze plaatsen mee 'aangekleed'?

Met een naturaliën - of rariteitenverzameling.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo