De Algemene wet bestuursrecht: structuur en kenmerken - de rechtsverhouding tussen bestuur en burgers - Verhouding Awb tot andere-bijzondere-wetgeving
3 belangrijke vragen over De Algemene wet bestuursrecht: structuur en kenmerken - de rechtsverhouding tussen bestuur en burgers - Verhouding Awb tot andere-bijzondere-wetgeving
Om een goed inzicht in de verhouding tussen de Awb en bijzondere wetten te hebben, kent de Awb vier soorten regels. Welke?
De vier regels zijn:
1. Algemeen geldende (voor bestuursrecht) regels
2. Voor normale gevallen de beste regelingen. Te herkennen aan 'tenzij bij wettelijke voorschrift anders is bepaald'.
3. Aanvullend recht. Als de wetgever in de bijzondere wet geen regeling heeft opgenomen
4. Vangnet bepaling. Alleen van toepassing dat bij wettelijke voorschrift of bij afzonderlijk besluit is bepaald.
Wat wordt ihkv de Awb verstaan onder 'aanvullend recht'?
Met 'aanvullend' recht worden bepalingen in de Awb bedoeld die voorrang verlenen aan de bijzondere wettelijke regeling en enkel van kracht zijn wanneer er daar niets is geregeld. Ze werken dus aanvullend. Dergelijke bepalingen zijn herkenbaar aan de formulering 'bij het ontbreken van ... wettelijk voorschrift'.
Waarom kent de Awb 4 verschillende regimes met betrekking tot de gelding van haar bepalingen ten opzichte van andere wet- en regelgeving?
Omdat de Awb een algemene wet is, bestrijkt het een grote verscheidenheid situaties. Het is onmogelijk uniforme regels te geven voor al die situaties, vaak is er behoefte aan maatwerk. Om deze wens van maatwerk te combineren met de wens van uniformiteit, bevat de Awb bepalingen die verschillen in de mate van dwingendheid, al naar gelang de Awb-wetgever dit wenselijk achtte.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
