Persoonlijke overtuigingen
10 belangrijke vragen over Persoonlijke overtuigingen
Noem 2 soorten verwachtingen tov het uitoefenen van persoonlijke controle
Beoordeling van de eigen capaciteit in het uitvoeren van bepaalde acties
2. Verwachting van de uitkomst
Overtuiging dat bepaalde actie leidt tot bepaalde uitkomst
Wat is zelfeffectiviteit? Welk begrip staat hiertegenover?
Overtuigd zijn van de eigen effectiviteit draagt bij aan de kwaliteit van het menselijk functioneren. Overtuigd zijn van of twijfelen aan de zelfeffectiviteit beinvloedt de volgende 4 zaken:
2. Mate waarin moeite wordt gedaan en mate van doorzettingsvermogen bij het presteren
3. kwaliteit van denken en beslissen bij het presteren
4. emotionele reacties, vooral i.r.t. stress en bezorgdheid
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat is het verschil tussen zelfeffectiviteit en de psychologische behoefte aan competentie? Noem er 2.
2. Overtuigingen van zelfeffectiviteit verschillen per taak of situatie terwijl de psych behoefte competentie er is ongeacht de omstandigheden.
Wat is aangeleerde hulpeloosheid? Waardoor ontstaat aangeleerde hulpeloosheid? Hoe uit dit zich?
Noem de drie componenten van de theorie van aangeleerde hulpeloosheid
objectieve relatie tussen gedrag van het individu en de omgevingsuitkomsten. Hoe contingent omgeving is varieert van controleerbaar tot oncontroleerbaar.
2. Cognitie
Biases (bijv illusie van controle), attributies (waarom denken we wel of geen controle te hebben) en verwachtingen (subjectieve overtuigingen die we meenemen uit eerdere ervaringen)
3. Copinggedrag
Passief, actief of assertief. Bij hulpeloze individuen is dit passief.
Op welke drie gebieden heeft hulpeloosheid invloed?
Motivatie vermindert bij hulpeloosheid. Waarom zou ik het nog proberen? het helpt toch niet.
2. Leren
Pessisime tov leervermogen.
3. Emoties
Depressieve emotionele reacties treden op in situaties die vragen om actie. Affectieve verstoringen.
Wat is het verschil tussen attributies en verklaringsstijl?
Verklaringsstijl --> relatief stabiele cognitief gebaseerde persoonlijkheidsvariabele die de manier reflecteert waarop mensen verklaren waarom negatieve dingen met hen gebeuren. Dit maakt het verschil tussen positieve attributies of negatieve attributies.
Leg de pessimistische verklaringsstijl uit, met zijn drie manifestaties.
Ik ben de reden dat dit mislukt is. Ik heb gefaald, ik heb niet hard genoeg mijn best gedaan.
2. Stabiliteit: stabiele attributie
Deze negatieve uitkomst komt door iets wat nooit gaat veranderen over tijd of tussen verschillende situaties. Ik ga altijd alles fout doen
3. Controle: oncontroleerbare attributie
De oorzaak van de negatieve uitkomst gaat niet verandert kunnen worden door mijn gedrag, ik kan dit niet controleren en er iets aan doen.
Leg de optimistische verklaringsstijl uit, met zijn drie manifestaties
Anderen/de situatie is de reden dat dit mislukt is, niet ikzelf. Het was te lawaaiig in de kamer.
2. Stabiliteit: onstabiele attributiestijl
De negatieve uitkomst was alleen nu, het kan de volgende keer weer anders zijn.
3. Controle: controleerbare attributiestijl
Ik kan er iets aan doen om te zorgen dat ik niet nog een keer faal.Ik heb niet hard genoeg mijn best gedaan en daar kan ik iets aan veranderen.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden