Samenvatting: Kind Psychologie
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Kind psychologie
-
1 Kind psychologie
-
1.1 Probleem 2
Dit is een preview. Er zijn 49 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
Laat hier meer flashcards zien -
Wat houdt de epigenetische visie op ontwikkeling in?
- Uitgangspunt dat ontwikkeling voortkomt uit interactie tussen genetica en omgeving.
- Gebaseerd op het principe van gen x omgeving interactie.
- Verantwoordelijk voor het ontstaan van groot aantal fenotypes op basis van genetische variatie. -
Wat is gedragsgenetica en hoe wordt het onderzocht?
- Gedragsgenetica is de vakgebied dat de invloed van erfelijkheid en omgeving op individuele verschillen in menselijke eigenschappen en ontwikkeling bestudeert.
- Onderzoeksmethoden zijn onder andere:
1. Selectief fokken: Fokken van dieren met bepaalde eigenschappen om erfelijkheid na te gaan.
2. Kinship studies: Onderzoek naar verwantschap en overeenkomsten in familieleden.
3. Monozygote tweelingstudies: Vergelijking van identieke tweelingen op gedrag.
4. Dizygote tweelingstudies: Vergelijking van twee-eiige tweelingen op gedrag.
5. Adoptiestudies: Analyse van gedrag overeenkomst tussen adoptie- en biologische familie. -
Welke typen aangeboren afwijkingen zijn weergegeven in het schema?
- Chromosomale afwijking: Te veel of weinig chromosomen, Kapotte of beschadigde chromosomen
- Genetische afwijking: Dominante genen voor een aandoening, Recessieve genen voor een aandoening, Genetische mutaties
- Afwijkingen in de omgeving: Complicaties bij het geboorteproces, Prenatale blootstelling aan schadelijke effecten -
Wat houdt concordantie percentage in binnen gedragsgenetisch onderzoek?
- Het concordantie percentage geeft het percentage gevallen weer waarin een bepaald kenmerk aanwezig is bij zowel het ene als het andere kind in tweeling- of adoptiestudies.
- Een hoger concordantie percentage bij monozygote tweelingen dan bij dizygote tweelingen suggereert een genetische invloed op de overeenkomst. -
Wat zijn de effecten van aspirine als teratogeen?
- Geassocieerd met een laag geboortegewicht
- Lager IQ
- Slechte motorische controle -
Wat zijn passieve en actieve correlaties in de context van erfelijkheid en omgeving?
- Passieve correlaties: Komen voor wanneer biologische ouders zowel genen als omgeving aanbieden die overeenkomen met de genetische aanleg van het kind.
- Actieve correlaties: Ontstaan wanneer een individu zichzelf blootstelt aan omgevingen die passen bij zijn genetische aanleg. -
Is paracetamol een veilige teratogeen en wat kan het teweegbrengen bij excessief gebruik?
- Over het algemeen veilig
- Kans op ontwikkelingsstoornis bij gebruik in grote hoeveelheden -
Wat zijn de kenmerken van tienermoeders zoals beschreven?
- Vaker in risicovolle omgeving
- Slechtere gezondheid en dieet
- Vaker gebruik van drugs
- Verhoogde kans op vroeggeboorte en laag geboortegewicht baby
- Problemen kunnen ook voorkomen naarmate men ouder wordt
- Risico op syndroom van Down bij het kind neemt toe -
Welke effecten kan Rhesus incompatibiliteit hebben op volgende zwangerschappen?
- Foetale afwijkingen
- Miskraam
- Foetale dood -
Welke twee soorten prenatale diagnostiek worden genoemd en wat houdt deze in?
- Bloedonderzoek: Screening van chromosomale afwijkingen zoals het syndroom van Down vanaf de 16e tot 18e zwangerschapsweek door het meten van bepaalde stoffen in het bloed.
- Niet-invasieve prenatale diagnostiek (NIPD): Alternatief voor procedures zoals vlokkentest en vruchtwaterpunctie waarbij genetisch materiaal van de moeder circulerend in haar plasma of het foetaal DNA in dat plasma wordt geanalyseerd.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden