Kinderen met gedragsproblemen | Kinderopvang SAW

21 belangrijke vragen over Kinderen met gedragsproblemen | Kinderopvang SAW

In welke drie aspecten wordt gedrag in de ontwikkelingspsychologie uit elkaar gehaald?

  • motorische aspect: gaat over grofmotorische en fijnmotorische vaardigheden
  • cognitieve aspect: heeft betrekking op kennis, inzicht, geheugen, waarneming en concentratie
  • sociaal-affectief aspect: gaat om ontwikkeling van de persoonlijkheid. Sociale aspecten hebben betrekking op hoe een kind omgaat met anderen, spelgedrag en seksueel gedrag. Bij affectief gedrag gaat het om gevoelens. 

Noem drie gedragsdeterminanten (factoren die invloed hebben op het gedrag)

  • psychosociale factoren: opvoeding, gezinsfactoren, vrienden en relaties, omgevingsfactoren, ervaringen en emoties
  • aanlegfactoren: erfelijkheid, persoonlijkheid en temperament
  • organische factoren: lichamelijke factoren, biochemische en hormonale factoren

Wat is het onderscheid tussen gedragsproblemen en gedragsstoornissen? En wat is hun overeenkomst?

Bij een gedragsstoornis is er sprake van erfelijkheid of een aangeboren afwijking.
Gedragsproblemen zijn later ontstaan door factoren in de omgeving, met name opvoedingsproblemen.

Hun overeenkomst is dat ze beiden probleemgedrag veroorzaken. Voor de diagnose is gesteld is het onderscheid echter lastig te maken.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Noem de drie invalshoeken die J.D. van de Ploeg onderscheidt voor het kijken naar probleemgedrag

  • normaal versus abnormaal gedrag
  • aangepast versus onaangepast gedrag
  • psychisch gezond versus psychisch ongezond gedrag

In de orthopedagogiek (leer van de begeleiding van kinderen met een ontwikkelings- of leerstoornis) wordt dit onderscheid eveneens gehanteerd.

Hoe wordt psychisch gezond gedrag ook wel omschreven? En welke kenmerken horen bij psychisch gezond gedrag?

Psychisch gezond gedrag wordt ook wel omschreven als de afwezigheid van problemen.

Kenmerken die bij psychisch gezond gedrag horen zijn:
- een juiste waarneming van de werkelijkheid
- acceptatie van jezelf en van anderen
- autonomie
- een democratische instelling
- om kunnen gaan met problemen
- een gevoel van welbevinden
- de mogelijkheid tot intellectuele en emotionele zelfbevrijding

Wanneer wordt gedrag als een probleem ervaren?

Als:
  • het gedrag niet aan de verwachtingen van de opvoeder voldoet
  • het gedrag indruist tegen de waarden en normen van de opvoeder
  • de opvoeder niet in staat is het gedrag te hanteren
  • de opvoeder bepaald gedrag zorgwekkend vindt met het oog op de toekomst
  • anderen last hebben van het gedrag

Wat is de DSM-IV TR?

De DSM-IV-TR is een classificatiesysteem voor psychische stoornissen. Daarin staan objectieve criteria aan de hand waarvan ernstige psychosociale en psychiatrische problemen gediagnosticeerd worden.

In welke twee hoofdgroepen kunnen we probleemgedragingen onderscheiden?

Geïnternaliseerd probleemgedrag: naar binnen gericht, in de psyche.
Gedrag: teruggetrokken, angstig/depressief en lichamelijke problemen. Veelal meisjes.
Meestal sprake van cognitieve problemen, regressieve problemen, angst en isolement.
Gedrag neemt in de loop der jaren af.

Geexternaliseerd probleemgedrag: naar buiten gericht, conflicten met de omgeving.
Gedrag: ongehoorzaamheid, hyperactiviteit en agressie. Veelal jongens.
Meestal sprake van conflicten met ouders, vechten met andere kinderen (plagen ed), en predelinquent gedrag.
Gedrag neemt in de loop der jaren toe.

Problemen aanpakken voor het zesde levensjaar. Predelinquent gedrag vanaf 10 jaar.

Uit onderzoek blijkt dat de psychische functies van kinderen met ADHD op drie punten afwijken. Welke punten zijn dit?

  • ze vinden het moeilijk impulsen te onderdrukken
  • ze zijn minder beloningsgevoelig
  • ze hebben problemen met het gevoel voor tijd en timing

Wat zijn oorzaken van overbeweeglijkheid?

Meestal is er sprake van meerdere oorzaken die elkaar versterken.

Bijvoorbeeld:
- oorzaken in het kind zelf: veel temperament of juist onzeker, gespannen en angstig en dient druk gedrag als uitlaatklep. Allergie bepaalde voedingsstoffen, hersenbeschadiging of werkt deel hersenen niet goed.

- oorzaken in de situatie thuis: geen goede relatie tussen opvoeder(s) en kind. Of scheiding, verhuizing, mishandeling e.d.

- oorzaken op het KC: niet prettig voelen op kc, geen aansluiting met andere kinderen. Geen goede relatie met 1 of meerdere pm'ers. Te weinig structuur, onduidelijke/inconsequente begeleiding, te weinig grenzen en rommelige ruimte.

Wat kunnen oorzaken zijn van concentratieproblemen?

Oorzaken kunnen in een hersenafwijking liggen die voor, tijdens of na de geboorte is ontstaan. Kan ook erfelijk zijn. In beide gevallen spreken we dus over stoornis.
Andere oorzaken kunnen zijn: omgeving kind (vervelende situaties, scheidingen), temperament of problemen met de zintuigen (m.n. gehoor).

Wat is opstandig gedrag?

Bij opstandig gedrag gaat het om ongehoorzaam, opstandig en verbaal agressief gedrag. Kinderen zijn dan ook vaak vijandig en negatief.
Ernstiger variant: agressieve antisociale gedragsstoornis.

Probleem: kind gaat vaak in discussie met volwassenen, lapt regels aan laars, ergert anderen vaak opzettelijk
Aanpak?

  • ga niet in discussie, probeer gedrag beter te reguleren. Stel zakelijk dat bepaald gedrag niet acceptabel is
  • via beloningssysteem het gewenste gedrag stimuleren en ongewenst gedrag af te leren
  • bespreek mogelijk ander gedrag met kind

Probleem: toont geen verantwoordelijkheidsgevoel en geeft anderen de schuld van zijn eigen fouten.
Aanpak?

  • maak bewust van eigen gedrag en van de keuzes die hij hiervoor gemaakt heeft. Stel hem daar verantwoordelijk voor.
  • geef kind niet de kans verantwoordelijkheid te ontwijken door op allerlei omstandigheden te wijzen, andere kinderen die het ook doen of hem daartoe hebben aangezet.
  • geef het kind bepaalde verantwoordelijkheden en activeer het om mee te denken over mogelijke oplossingen.

Welke kenmerken bij kinderen kunnen duiden op een depressie?

  • somberheidsklachten duren langer dan twee weken
  • somberheid uit zich ook in gedragsproblemen:, m.n. jongens laten vooral negatief gedrag zien (agressie/prikkelbaar/humeurig)
  • kind voelt zich vaak waardeloos, is meer dan normaal bezig met de dood. Pessimistische kijk op (eigen) leven
  • vaak problemen met vriendschappen, omdat het zich terugtrekt of agressief gedrag vertoont
  • kind vaak minder eetlust, slaapt slecht, moe
  • moeilijk concentreren op school, gedraagt zich vervelend, slechte prestaties

Oorzaken altijd samenspel van verschillende factoren, zoals karakter kind, omgeving, gebeurtenissen in het leven van het kind, erfelijkheid.

Begeleiding: vaak medicatie en therapie. Omgeving kind wordt hierin betrokken.

Wat is het verschil tussen een contactstoornis en contactproblemen?

Contactstoornis: als kind geen belangstelling heeft voor de ander en ook niet op hem reageert.
Contactproblemen: lichtere vorm, sprake van teruggetrokkenheid, geremdheid of sociale angst (voor zowel volwassenen als anderen kinderen).

Noem enkele kenmerken van lichtere vormen van contactproblemen

  • weinig, geen oogcontact
  • kind toont teruggetrokken gedrag en vermijdt contact
  • alleen omgang willen met vertrouwde mensen
  • zich moeilijk een houding kunnen geven
  • het kind maakt niet goed vriendjes
  • moeite met samenspelen

Wat kunnen oorzaken zijn van contactproblemen?

Vaak is de oorzaak een herhaalde frustratie van de behoefte aan veiligheid op jonge leeftijd of een traumatische ervaring.
Erfelijk kan ook rol spelen.
Overbescherming en voorbeeldgedrag.
Overbescherming kan ook gevolg zijn van de aanleg van het kind.

Hoe begeleid je een kind met contactproblemen?

  • contact met andere kinderen stimuleren->taakje geven met ander (veilig) kind
  • klusjes laten doen die kind goed aankan en laten merken dat je er vertrouwen in hebt. Bevestig goede initiatieven tot het leggen van contacten met andere kinderen. Beloon gewenst gedrag, bevestig positief zelfbeeld
  • oefen sociale vaardigheden (gesprekjes voeren, leren omgaan met kritiek, voor zichzelf opkomen, passend non-verbaal gedrag en leggen van contact)
  • laat kind ontdekken dat het invloed uit kan oefenen op de omgeving en dat het daar niet hulpeloos in is.

Hoe breng je probleemgedrag in kaart?

  • constateren
  • observeren (doel: vage constateringen over het kind omzetten in objectieve concrete gedragingen en concrete momenten waarin het gedrag vertoond wordt)
  • ABC-schema

Noem de zes stappen in het stappenplan gedragsproblemen

  1. signaleren
  2. bespreken met collegae, leidinggevende, pedagoog, ouders
  3. besluit nemen over observatie
  4. observatiemethode kiezen en uitvoeren
  5. gedrag beschrijven en rapporteren
  6. conclusies trekken

Ev. ouders doorverwijzen, externe ondersteuning team of zelf afhandelen.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo