Werkgroep 11 lesweek - Kennisclips Diabetes mellitus
9 belangrijke vragen over Werkgroep 11 lesweek - Kennisclips Diabetes mellitus
Wat doet insuline in het lichaam?
Wat zijn de twee functies van de pancreas?
- Exocriene functie: Pancreassap wordt gemaakt met daarin amylase, lipase, trypsine, protease en bicarbonaat om het zuur uit de maag te bufferen.
- Endocriene functie: Ook wel de hormonale functie. De pancreas maakt insuline, glucagon en somatostatine.
Welke verschillende cellen bevinden zich in de eilandjes van Langerhans?
- Alfacellen: maken glucagon. Glucagon verhoogt de glucosespiegel
- Bètacellen: maken insuline. Insuline verlaagt de glucosespiegel
- Deltacellen: maken somatostatine. Somatostatine probeert de balans te bewaren.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat doet het hormoon somatostatine?
Wat zijn lange termijn complicaties bij langdurig hoge bloedsuikers?
- Macro-angiopathie: stoornissen aan grote vaten
- Micro-angiopathie: stoornissen aan ogen (retinopathie) en nieren (nefropathie). Dit is vooral bij type 1
- Neuropathie
- Sensibel: gevoel of temperatuurzin
- Motorisch: standafwijkingen, spieratrofie
- Autonoom zenuwstelsel: seksueel functioneren, verstoorde zweetsecretie, vertraagde spijsvertering
- Diabetische voet: combinatie van macro-, micro- angiopathie en neuropathie.
- LJM (limited joint mobility): handen, schouders en heupen. Bindweefsel wordt stijver, waardoor de beweeglijkheid in de gewrichten wordt beperkt.
Hoe wordt de bloedglucose gemonitord?
- 4 puntsdagcurve: nuchter, voor de lunch, voor avondeten en voor slapengaan
- 5 puntsdagcurve: nuchter, 1,5 uur na het eten, 1,5 uur na de lucht, 1,5 uur na het avondeten en voor het slapengaan
- Een keer in de twee/driee maanden op HbA1C ofwel glycoHb geprikt. Door middel van een veneuze bloedafname wordt daarbij het bloedglucosehalte behaald. Dat moet onder de 53 zijn. Dat dit een keer in de 2/3 maanden gebeurt heeft te maken met de levensduur van de rode bloedcel.
Wat gebeurt er met de stofwisseling als glucose niet meer in de cel kan worden opgenomen?
- Eiwitverbranding (uit spieren)
- Vetverbranding --> productie van ketonlichamen (vermagering)
- Verzuring van het lichaam (dit komt door de ketonen)
- Te ruiken als acetongeur
- Kussmaul-ademhaling (lichaam probeert meer CO2 uit te ademen)
- Vergevorderd stadium: diabetische ketoacidose (door te erge verzuring dus door te veel ketonen)
Wat zijn symptomen van een hyperglycemie?
- Polyurie (veel plassen)
- Polydipsie (veel drinken)
- Vermoeidheid of lusteloosheid
- Dehydratie
- Humeurigheid
- Misselijkheid en braken
- Kussmaul ademhaling
- Acetongeur uit de mond
- Sufheid en coma
Wat zijn de symptomen van een hypoglycemie?
- Trillen
- Zweten
- Koude/klamme huid
- Hartkloppingen
- Misselijkheid
- Duizeligheid
- Hoofdpijn
- Agressief gedrag
- Wazig zien
- Wisselende stemming
- Onduidelijk praten
- Hongergevoel
- Sufheid
- Bewusteloosheid
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden