Startpagina / Samenvattingen / Klinische neuropsychologie / ct-acuut-schedelbasisfractuur

Beeldvorming van de hersenen - Ontwikkeling van het beeldvormend onderzoek door de tijd - CT-scan

5 belangrijke vragen over Beeldvorming van de hersenen - Ontwikkeling van het beeldvormend onderzoek door de tijd - CT-scan

Waar staat CT voor?

Computer Tomografie

CAT/CT scan

Cormack en Hounsfield, +- 1970.
Computer Axial Tomography (CAT) of Computertomografie (CT).
Hiermee kwamen anatomische beelden van de hersenen beschikbaar. Zijn in de loop van de jaren verfijnd en CT-scans worden nog steeds veelvuldig in de kliniek gebruikt. Vooral om in een acuut stadium bij opname van een patiënt snel een uitspraak te kunnen doen (hersenbloeding, contusiehaarden (puntbloedingen) na een neurotrauma, schedelbasisfractuur).
CT-scans laten te weinig zien van de subtiele verschillen in hersenweefsel, met name tussen grijze en witte stof, om hersenstructuren goed af te beelden.

Waar staat CAT of CT voor?

Computer Axial Tomography of Computertomografie. Het verwijst naar hetzelfde. Werd rond 1970 geintroduceerd.

Waar wordt een CT-scan in de klinische praktijk vooral voor gebruikt?

In acuut stadium snel beeld krijgen van hersenbloedingen, contusiehaarden of fracturen

Wat kan wel en niet met CAT/CT?

Vooral geschikt om in acuut stadium duidelijkheid te krijgen (hersenbloeding of schedelbasisfractuur bijv) Geeft geen duidelijk beeld van hersenstructuren, omdat verschil tussen witte en grijze stof onduidelijk is. MRI krijgt de voorkeur.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Klinische neuropsychologie | 9789461054449 | Roy Kessels

Bekijk samenvatting