Startpagina / Samenvattingen / Class notes - Klinische Psychologie DEEL 1 / psychoanalytisch-freud-ego

Theoretische referentiekaders - Psychoanalytische benaderingen van psychopathologie

Q: Welke functies omschrijft Winnicot met goed-genoeg ouderschap?

. Een holding environment waarin de baby fysiek en psychisch wordt vastgehouden door de moeder. Het kind vindt zichzelf in de ogen van de moeder: 'When I look I am seen, so I excist'. In therapeutische context betekent 'Holding' dat de patient zich veilig en vastgehouden voelt. . Omgevingsvoorwaarde voor de ontwikkeling van de true self , doordat de primaire verzorgers het kind als betekenisvol benaderen. Als de omgeving tekort komt, zal het kind zich te snel aan de buitenwereld aanpassen, gekenmerkt door oppervlakkigheid.

16 belangrijke vragen over Theoretische referentiekaders - Psychoanalytische benaderingen van psychopathologie

De neurocognitieve geheugentheorie geeft onderscheidt tussen expliciete en impliciete geheugensystemen. Wat is de definitie van deze systemen?

Impliciet geheugen: komt tot uitdrukking in automatismen in denken, voelen en doen die hun oorsprong kunnen hebben in preverbale ervaringen voor het het 3e.4e levensjaar, maar waarvan feitelijke herinneringen niet kunnen bestaan.

Expliciet geheugen: maakt gebruik van talige symbolen en heeft betrekking op feiten, ideeen en autobiografische gebeurtenissen, die herinnerd ( en verdrongen) kunnen worden. Het expliciet geheugen ontwikkelt zich later dan het impliciet geheugen.

In vroeg psychoanalytisch denken staat de driftpsychologie centraal. Wat is drift?

Drift is het denkbeeldige overgangsgebied tussen lichaam en psyche. Driften hebben betrekking op algemeen menselijke aangeboren behoeften. Ze hebben een lichamelijke bron en oefenen een psychische kracht uit die pas tot rust komt als er ontlading is bereikt. Hiervoor hebben ze een object ( iets of iemand) nodig. Freud stelde aanvankelijk seksualiteit als gronddrift en later ook agressiviteit.

Binnen de egopsychologie, wat bevat het structurele model van de persoonlijkheid volgens Freud?

Ego: deels bewuste, onbewuste groep van regulerende en en synthetiserende functies die bemiddelen tussen de afspraken van het ES, de bevelen van het Superego en de eisen van de externe werkelijkheid.
Es ( of ID): ongestructureerde en onbewust driftmatige motor die geen rekening houdt met de werkelijkheid en enkel gericht is op spanningsreductie.
Superego: functies van geweten en zelfkritiek, vertegenwoordigt morele waarden en idealen. Deels bewust, deels onbewust. Onbewust schuldgevoel kan heel belangrijk zijn: sommige mensen leven alsof ze niet gelukkig mogen zijn.

Wat is het doel van een psychoanalytische behandeling?

Beoogt de regie van het Ego te vergroten ten opzichte van het Id en het Superego. Wanneer een patient door onbewuste strafbehoefte elke vooruitgang ongedaan maakt, spreekt Freud van een negatieve therapeutische reactie.

Welke afweermechanismen gebruikt het Ego ter bescherming voor angst en desintegratie?

Regressie: terugval naar een eerder stadium van psychologische ontwikkeling om actuele conflicten en problemen te vermijden.
Reactievorming: onacceptabele wens of impuls in het tegendeel omzetten.
Projectie: impulsen, gedachten, gevoelens die men bij zichzelf afwijst of ontkent, aan een andere zaak of persoon toeschrijven.
Rationalisering: zelfrechtvaardiging door het eigen gedrag, gevoelens en motieven fraaier voor te stellen dan ze werkelijk zijn.
Ontkenning: wensen, gedachten, gevoelens uitdrukken en meteen weer terugnemen.

Wat is de definitie van objectrelatiepsychologie van Ronald Farbairn?

Hij was van mening dat mensen vanaf de geboorte relationeel georienteerd zijn en dat relationele ervaringen in de vroege kindertijd de basis leggen voor de innerlijke structuur. Uit interacties met hun primaire verzorgers ontstaan geleidelijk objectrelaties: innerlijke voorstellingen van de relatie tussen het zelf, de ander en hun onderlinge gevoelsbetrekking.

Wat bedoelde Melanie Klein met paranoide- schizoide positie?
In vroegere objectrelatiepsychologie.

Een baby projecteert het slechte op zijn moeder en houdt het goede in zichzelf. Paranoide angst te worden achtervolgd door de slechte andere en schizoide vanwege het afweermechanisme van splitsing. De paranoide angst maakt plaats voor depressieve gevoelens als het kind ontdekt dat de goede en slechte moeder dezelfde persoon zijn, met goede en slechte eigenschappen.

Hoe bekijkt Fairbairn de splitsing van Klein in de latere objectrelatiepsychologie?

Fairbairn schreef de splitsingen van Klein toe aan deficient ouderschap. De focus verschoof van wat er autonoom in de baby gebeurt naar wat er in observeerbare termen plaatsvindt in de vroege moeder-kindrelatie.

Welke 4 overlappende fasen bij kinderen tussen 5 maande ne 3 jar onderscheidde Margareth Mahler ( 1879) in har objectrelationele ontwikkelingstheorie?

1 Differentiatiefase: 5- 10 maanden: kind maakt onderscheid tussen verschillende personen, ontstaan van de angst voor vreemden. ( stranger anxiety)
2 Practicing fase: 10-15 maanden: ontwikkeling motoriek bevordert exploratie.
3 Rapprochement fase: 16-24 maanden: kind ontdekt eigen kwetsbaarheid, separatieangst.
5 Objectconstantie: vanaf 3 jaar: beeld van moeder vasthouden, ook als ze afwezig is.

Welke functies omschrijft Winnicot met goed-genoeg ouderschap?

. Een holding environment waarin de baby fysiek en psychisch wordt vastgehouden door de moeder. Het kind vindt zichzelf in de ogen van de moeder: 'When I look I am seen, so I excist'. In therapeutische context betekent 'Holding' dat de patient zich veilig en vastgehouden voelt.
. Omgevingsvoorwaarde voor de ontwikkeling van de true self, doordat de primaire verzorgers het kind als betekenisvol benaderen. Als de omgeving tekort komt, zal het kind zich te snel aan de buitenwereld aanpassen, gekenmerkt door oppervlakkigheid.

Wat houdt het afweermechanisme projectieve identificatie in van Melanie Klein?

Projectieve identificatie gaat een stap verder dan de projectie van Freud. Wat in de ander is geprojecteerd, wordt strak gecontroleerd of zelfs bestreden, in die zin geidentificeerd men zich wat men heeft weg geprojecteerd( bv zelf vreemd willen gaan en dit projecteren in de partner, die dan gecontroleerd en bestreden wordt) Klein ziet dit als een intrapsychisch probleem.

Wilfred Bion maakt van projectieve identificatie een interpersoonlijk mechanisme. Hoe bedoelt hij dit?

De ander gaat zich gedragen naar wat op hem geprojecteerd is. De term 'containment' betekent dat een moeder ongefilterde prikkels van haar kind opneemt en nadien in verwerkte vorm teruggeeft, het kind kan de sensatie die het eerder niet kon interpreteren zo wel begrijpen. In analogie hiermee voorziet een therapeut containment voor de projecteis van de patient.

Wat houdt de Transeference- focused psychotherapy ( TFP)

De overdrachtsgerichte therapie van Kernberg tracht de gesplitste zelf - en objectrespresentaties bij borderline organisatie te integreren, het richt zich in het heden op overdracht en tegenoverdracht omdat hier in duidelijk wordt hoe een patient een relatie waarneemt en vormgeeft. De therapeut blijft steeds empatisch aanwezig als overdrachtspersoon en kan dus geen vijand zijn.

Welke 2 soorten narcisme onderscheidde Freud?

Primair narcisme: vroege toestand van het kind waarin het libido nog op zichzelf gericht is. Als het kind uiteindelijk relaties aangaat verschuift het narcistische libido naar objectlibido.

Secundair narcisme: Bij zware depressie en psychose veronderstelt Freud dat het libido van anderen is losgekomen en teruggetrokken op het Ego, psychoanalytische behandeling is in die toestand niet mogelijk.

In later psychoanalytisch denken verstaat men onder narcisme: alle bewuste en onbewuste psychische activiteiten die gericht zijn op het ontwikkelen en handhaven van zelfcontinuiteit, zelfcohesie en zelfwaardering.

Welke 2 vormen van psychopathologie onderscheidt psychoanalytisch denken en sluiten elkaar niet uit?

Conflictpathologie: oorsprong in de kindertijd, vooral vanaf 3 / 4 jaar, domein voor duidende inzichtgevende interventies.

Ontwikkelingspathologie: de symptoomstoornissen en persoonlijkheidspathologie worden vanuit tekorten in persoonlijkheidsontwikkeling begrepen, vooral een gebrek aan emotionele afstemming met de primaire omgeving in de eerste 3 / 4 levensjaren. Dit is domein voor steungevende interventies.

Wat zijn kenmerken van psychoanalytische behandelvormen?

.3 dimensies: inzichtgevend- steunend, kortdurend- langdurend, laag- hoog frequent.
. Psychoanalytische therapie: client zit tegenover therapeut.
. Psychoanalyse: client ligt op sofa, therapeut aan hoofeinde.
. Doel: vermindering van klachten en symptomen, verbeteren levenskwaliteit.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Klinische Psychologie DEEL 1

Bekijk samenvatting

Een unieke studie- en oefentool
Nooit meer iets twee keer studeren
Haal de cijfers waar je op hoopt
100% zeker alles onthouden

Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding

Theoretische referentiekaders - Psychoanalytische benaderingen van psychopathologie

16 belangrijke vragen over Theoretische referentiekaders - Psychoanalytische benaderingen van psychopathologie

De neurocognitieve geheugentheorie geeft onderscheidt tussen expliciete en impliciete geheugensystemen. Wat is de definitie van deze systemen?

In vroeg psychoanalytisch denken staat de driftpsychologie centraal. Wat is drift?

Binnen de egopsychologie, wat bevat het structurele model van de persoonlijkheid volgens Freud?

Wat is het doel van een psychoanalytische behandeling?

Welke afweermechanismen gebruikt het Ego ter bescherming voor angst en desintegratie?

Wat is de definitie van objectrelatiepsychologie van Ronald Farbairn?

Wat bedoelde Melanie Klein met paranoide- schizoide positie?In vroegere objectrelatiepsychologie.

Hoe bekijkt Fairbairn de splitsing van Klein in de latere objectrelatiepsychologie?

Welke 4 overlappende fasen bij kinderen tussen 5 maande ne 3 jar onderscheidde Margareth Mahler ( 1879) in har objectrelationele ontwikkelingstheorie?

Welke functies omschrijft Winnicot met goed-genoeg ouderschap?

Wat houdt het afweermechanisme projectieve identificatie in van Melanie Klein?

Wilfred Bion maakt van projectieve identificatie een interpersoonlijk mechanisme. Hoe bedoelt hij dit?

Wat houdt de Transeference- focused psychotherapy ( TFP)

Welke 2 soorten narcisme onderscheidde Freud?

Welke 2 vormen van psychopathologie onderscheidt psychoanalytisch denken en sluiten elkaar niet uit?

Wat zijn kenmerken van psychoanalytische behandelvormen?

Samenvattingen die gerelateerd zijn aan Theoretische referentiekaders - Cognitieve benaderingen van psychopathologie

Class notes - Klinische Psychologie DEEL 1

Bedrijfskunde integraal

HEALTH PSYCHOLOGY BIOPSYCHOSOCIAL INTERACTIO…

Health Psychology Biopsychosocial Interactio…

Health Psychology Biopsychosocial Interactio…

Psychologie van arbeid en organisatie mensen…

Experimenteel onderzoek

Onderzoekspracticum Inleiding data-analyse

PB0402192011 - Onderzoekspracticum experimen…

Cursus onderzoekspracticum inleiding data-an…

Samenvatting Statistiek 1

Onderzoekspracticum Inleiding in de Data-Ana…

Wat bedoelde Melanie Klein met paranoide- schizoide positie?
In vroegere objectrelatiepsychologie.