Samenvatting: Klinische Vraagstukken - Cluster A

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Klinische vraagstukken - Cluster A

• 3 Overgewicht

  Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3
  Laat hier meer flashcards zien

• 3.1 Centrale en perifere adipositas

  Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Hoe ontstaan hypertriglyceridemie, lage HDL-concentratie, verhoogde bloedglucose en insulineresistentie?

  Mobilisatie van vet betekent een hoge concentratie vrije vetzuren in de poortader en lever. Dat zet de gluconeogenese aan in de lever en de vetzuren worden veresterd tot triglyceride. Dit leidt tot leververvetting en de vorming van VLDL. In de circulatie nemen die deeltjes gemakkelijk cholesterolester uit HDL op, waardoor HDL-concentratie daalt. Bij insulineresistentie laat het vetweefsel extra vetzuren los en krijgt de lever nog meer vetzuren te verwerken.

• 3.3 Gevolgen en complicaties

  Dit is een preview. Er zijn 8 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3.3
  Laat hier meer flashcards zien

• Hoe leidt overgewicht tot infertiliteit/subfertiliteit?

  De perifere weefsels zijn minder gevoelig voor insuline bij obesitas, waardoor de insulineconcentratie toeneemt. Insuline stimuleert de bijnieren, lever en ovaria, waardoor die meer androgeen gaan produceren. Dit kan naovulatie tot gevolg hebben. Ook de aanwezigheid van abdominaal vet kan gepaard gaan met hyperinsulinemie. Denk ook aan PCOS.

• 4 Roken

  Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 4
  Laat hier meer flashcards zien

• 4.5 Behandeling

  Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 4.5
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat zijn de contra-indicaties voor het gebruik van nicotine vervangende middelen (4x)?

  1. Recent MI
  2. Instabiele angina pectoris
  3. Ernstige aritmieën
  4. Recent CVA

• Wat is nortriptyline (en hoe schrijf je het voor)?

  Het is een tricyclisch antidepressivum. Het middel staat niet geregistreerd als middel voor stoppen met roken. De kans op stoppen met roken neemt toe met 17%. Een contra-indicatie is een MI. De behandeling duurt 7 tot 12 weken en er moet een stopdatum worden afgesproken in behandelweek 2.

• Wat is bupropion (en hoe schrijf je het voor)?

  Het is een middel dat wel geregistreerd staat als middel om te stoppen met roken en de kans op slagen neemt toe met 10%. De behandeling duurt 7 tot 9 weken en er wordt een stopdatum vastgelegd in de 2de behandelweek.

• 5 Dislipidemie

• 5.2 Oorzaken

  Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 5.2
  Laat hier meer flashcards zien

• Hoe zorgt roken voor dislipidemie?

  Door roken wordt de spiegel van het HDL-cholesterol verlaagd, terwijl de spiegel van het LDL-cholesterol toeneemt.

• Hoe zorgt inactiviteit voor dislipidemie?

  Lichaamsbeweging verlaagt de LDL-concentratie en kan de HDL-concentratie laten stijgen. Dit effect loop je dus mis als je niet veel beweegt.

• 5.2.1 Familaire hypercholesterolemie

  Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 5.2.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Hoe noem je de vetbolletjes rond de ogen?

  Xanthelasma palpebrarum.

• Hoe noem je de vetbolletjes bij de pezen?

  Xanthoma tendineum. Ze zitten voornamelijk rond de sterkpezen van de handen en voeten en rond de achillespees.

• 5.3 Behandeling

  Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 5.3
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat is een belangrijke bijwerking van statine?

  Myopathie. Dit kan wijzen op myotoxiciteit.