Jarige man met gewichtsverlies

37 belangrijke vragen over Jarige man met gewichtsverlies

In welke groepen kunnen je de oorzaken van onbedoeld gewichtsverlies indelen?

  • Onvoldoende inname van voedsel
  • Onvoldoende opname van voedingsstoffen
  • Verhoogd energiegebruik
  • Verlies van voedingsstoffen

Welke oorzaken vallen onder onvoldoende inname van voedsel?

  • Onvoldoende voedsel beschikbaar
    • sociaal isolement
    • armoede
    • drugsverslaving
  • Verminderde eetlust
    • depressie
    • angststoornis
    • psychische stress
    • alcoholmisbruik
    • nierinsufficiëntie
    • hartfalen in eindfase
    • bijnierinsufficiëntie
    • bijwerking van medicament
  • Vrees voor pijn na voedselinname:
    • refluxoesofagitis
    • Peptisch ulcus
    • Gastritis
    • Galsteenlijden
  • Problemen met eten, kauwen of slikken
    • dementie
    • gebitsproblemen
    • CVA
    • amyotrofische lateraalsclerose (ALS)
  • Obstructie tractus digestivus
    • oesofagusstrictuur
    • oesofaguscarcinoom
    • peptisch ulcus
    • maagcarcinoom
    • compressie door intra-abdominale massa
  • overig
    • anorexia nervosa

Hoe wordt anorexia nervosa gekenmerkt?

  • beperken van de energie-inname ten opzichte van de energiebehoefte, resulterend in een signifcant te laag lichaamsgewicht voor de leeftijd, de sekse, de groeicurve en de lichamelijke gezondheid
  • een intense vrees om aan te komen of dik te worden, of persisterend gedrag dat gewichtstoename verhindert, zelfs al heeft de betrokkene een signifcant te laag gewicht
  • een gestoorde lichaamsbeleving: de patiënten zijn ervan overtuigd dat zij te dik zijn of te dik zullen worden
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat zijn de somatische gevolgen van ondervoeding bij patiënten met anorexia nervosa?

  • een verlaagd basaal metabolisme
  • hypoglykemie
  • hypothermie
  • hypotensie
  • sinusbradycardie
  • risico van plotse hartdood door verlengd QT-interval
  • osteoporose
  • pancytopenie
  • het ontbreken van koorts bij infecties
  • subjectieve maag-darmklachten

Wat zijn oorzaken van onvoldoende opname van voedsel?

--> Wordt malabsorptie genoemd
  • Pancreas insufficiëntie
  • Coeliakie
  • Parasitaire darmziekten
  • Diarree

Onbedoeld gewichtsverlies kan ook komen door het samengaan van meerdere mechanismen. Aan welke oorzaken moet je dan denken?

  • Maligniteiten
  • Chronische infectieziekten o.a. Tuberculose, hiv/aids


Bij veel aandoeningen zijn meerdere pathofysiologische mechanismen betrokken, bijvoorbeeld bij maligniteiten (afgenomen eetlust, braken, passageproblemen, toegenomen verbranding) en ernstige infectieziekten (bijvoorbeeld hiv/aids: afgenomen eetlust, diarree, bijkomende infecties). Dat onbedoeld gewichtsverlies een onafankelijke voorspellende factor is voor maligniteiten, is goed onderbouwd [39, 40]. Daarbij wordt het hoogste relatieve risico gevonden voor het pancreascarcinoom. Bij ouderen met gewichtsverlies spelen diverse fysiologische en pathologische mechanismen een rol [17].


Bij een aantal aandoeningen valt op dat het gewichtsverlies gepaard gaat met een toegenomen eetlust: hyperthyreoïdie, (onvoldoende gereguleerde) diabetes mellitus, malabsorptiesyndromen, feoch

Waarom is het belangrijk om een goed beeld van de voorgeschiedenis te krijgen? Wat wil je weten?

Onbedoeld afvallen is soms het gevolg van al bekende aandoeningen (maligniteiten, long- of hartlijden, ernstige infecties en ontstekingsprocessen). Ook bij depressieve patiënten kan gewichtsverlies optreden. Bij maligniteiten kan ook als gevolg van de chemotherapie gewichtsverlies optreden. Hierom is het belangrijk dat de voorgeschiedenis goed uitgevraagd wordt.

Wat zal je eerst moeten doen tijdens de anamnese?

Allereerst zal het gewichtsverlies anamnestisch moeten worden geobjectiveerd en gekwantifceerd.
  • Is er wel sprake van (onbedoeld) gewichtsverlies?
  • Hoe is het gewichtsverlies vastgesteld (ruimer zittende kleding?).
  • Is telkens dezelfde weegschaal gebruikt?
  • Op welk moment van de dag is het gewicht bepaald (voor of na maaltijd of stoelgang)?
  • Hoeveel gewichtsverlies is er opgetreden, in hoeveel tijd?

Je kunt ook oriënterende vragen stellen gericht op bijkomende klachten. Wat zegt het hebben van koorts?

Infectieziekten

Wat kun je vragen om te kijken of er sprake is van onvoldoende inname van voedsel?

  • - Hoe is het aanbod van voedsel en drinken?
  • - Wat is de financiële status/zijn er fysieke drempels om voedsel te bemachtigen?
  • - Hoe is de belangstelling voor eten en drinken?
  • - Is er verminderde trek?
  • - Is er sprake van ernstige vermoeidheid, waardoor eten en drinken niet lukt?
  • - Zijn er problemen met kauwen of slikken?
  • - Is er pijn in verband met de voedselinname?
  • - Kijken of er sprake is van aandoeningen die met een verminderde voedselinname gepaard gaan (cognitieve stoornissen, depressie, chronische angst, anorexia of boulimie)
  • - Is er sprake van drugs- of alcoholmisbruik?       

Welke vragen kun je stellen om te kijken of er sprak eis van verlies van van onvoldoende opname van voedingsstoffen?

Bij onveranderde inname zal verminderde opname van voedsel eigenlijk altijd gepaard gaan met vergroot verlies uit de darm: meer ontlasting, diarree, andere geur en kleur, buikpijn en buikkrampen. Steatorroe is de kenmerkende vorm van ontlasting waarbij veel vet niet opgenomen is: de ontlasting is volumineus, brijig, grijs, stinkt, plakt aan de pot, drijf op het water en laat hierop vetoogjes achter

Wat kun je vragen over verlies van voedingsstoffen?

  • Diabetes mellitus: meer dorst en meer plassen bij gelijk gebleven of toegenomen inname van voedsel.
  • Diarree en buikpijn passen bij ziekte van Crohn en colitis ulcerosa

De volgende vier anamnestische gegevens discrimineerden statistisch signifcant tussen de organische oorzaken (onder meer kanker, infecties en medicatie-efecten) en de niet-organische oorzaken (psychiatrische aandoeningen en gewichtsverlies e.c.i.):

  • minstens twintig pakjaren gerookt hebben (het aantal pakjaren is het gemiddeld aantal sigaretten per dag maal het aantal gerookte jaren);
  • afname van activiteiten door moeheid, misselijkheid of braken;
  • recentelijk toegenomen eetlust;
  • recentelijk veranderde hoest.

Bij ouderen met gewichtsverlies is er voor de anamnese de ezelsbrug van de 9 d’s:

dentition, dysgeusia, dysphagia, diarrhea, depression, dementia, disease, dysfunction, drugs [30]. Bovendien wordt bij ouderen screening op dementie en depressie aanbevolen. Hierbij kan men gebruikmaken van de MMSE (zie ook 7H. 65 Vergeetachtigheid), respectievelijk gestandaardiseerde vragenlijsten (zie ook 7H. 64 Sombere stemming) [18].

Een volledig lichamelijk onderzoek is zinvol bij onbedoeld gewichtsverlies [30]. Daarbij zal men zich tevens door de uitkomsten van de anamnese laten leiden. Gelet op de meest voorkomende oorzaken moet in ieder geval worden gekeken naar op de volgende zaken:

  • Het lichaamsgewicht
  • De algemene indruk
  • Polsfrequentie
  • Status psychicus
  • Het gebit
  • Nek en hals
  • Mammae
  • Hart
  • Longen
  • Lever
  • Abdomen
  • Rectaal toucher
  • Oedemen

Waar let je op bij het lichaamsgewicht?

Het lichaamsgewicht: let op: steeds dezelfde weegschaal gebruiken en ongeveer evenveel kleding aanhouden, bijvoorbeeld steeds wegen zonder schoenen en (colbert)jas. Om afname van gewicht tijdig op te sporen, wordt tegenwoordig aanbevolen om alle patiënten in een ziekenhuis, verpleeg- of verzorgingshuis wekelijks te wegen. Wegen maakt daarom ook deel uit van de geriatrische screening van thuiswonende ouderen.

Waar let je op bij algemene indruk?

droge tong (hydratietoestand), gejaagdheid (in verband met hyperthyreoïdie), bloeduitstortingen in de huid (hematologische maligniteit); exophthalmus (in verband met de ziekte van Graves).

Wat doe je bij status psychicus?

Een globale beoordeling van de status psychicus (tekenen van depressie, angst of manie).

Waar let je op bij het gebit?

Wondjes of andere mogelijk verklarende afwijkingen in de mondholte en keel (kauwproblemen).

Waar let je op bij de nek en hals?

zwellingen, vooral van de lymfeklieren (chronische infecties, hematologische maligniteiten) en de schildklier (hyperthyreoïdie of carcinoom).

Waar let je op bij de mammae?

knobbel, ulcus of tepeleczeem (in verband met een mammacarcinoom).

Waarom luister je naar het hart?

In verband met hartfalen

Waar let je op bij de lever?

vergroot of hobbelig oppervlak (bijvoorbeeld in verband met metastasen); milt palpabel (hematologische maligniteiten).

Waar let je verder op bij het abdomen?

caput Medusae, naevus araneus en vrij vocht (aanwijzingen voor levercirrose), abnormale zwellingen (ziekte van Crohn, maligniteit) of geluiden (obstructie).

Waar wijzen oedemen op?

Oedemen aan de extremiteiten of aan de stuit bij bedlegerige patiënten (mogelijk duidend op hartfalen). Soms wordt een afname van gewicht door extreme anorexie ten gevolge van hartfalen gemaskeerd door een gewichtstoename door oedemen.

Waar bestaat eenvoudig aanvullend onderzoek uit?

  • Bloedonderzoek
  • X-thorax
  • Echografie

Wat is de rol van echografie?

Sommige auteurs bevelen aan om bij onverklaard gewichtsverlies een echo van de gehele buik te verrichten om een verborgen maligniteit op te sporen [41, 54] [A].

Anamnese, lichamelijk onderzoek en eenvoudig aanvullend onderzoek leveren bij de meerderheid van de patiënten (72–95 %) een verklarende diagnose op. Wanneer geen verklarende afwijkingen worden gevonden wordt aanbevolen de diagnostiek na 6 maanden te herhalen [30].

Wat zou de rol van faeces analyse kunnen zijn?

- om gastro-intestinale problemen op te sporen, deze komen namelijk vrij veel voor, niet-invasief

Wat is de functie van de praktijkondersteuner?

De praktijkondersteuner kan de patiënt sneller helpen en heeft meer tijd.. De huisarts blijft wel altijd verantwoordelijk voor de behandeling en het voorschrijven van medicijnen. Taken van de praktijkondersteuner zijn onder andere:
- intake: anamnese
- spreekuur, lichamelijk onderzoek, medische handelingen
- advies over gezond leven: plan van aanpak maken
- begeleiden bij innemen medicijnen en omgaan met ziekte
- overleggen/doorverwijzen met huisarts/andere zorgverleners

Wat is de praktijkondersteuner somatiek?

De praktijkondersteuner somatiek biedt zorg en ondersteuning aan chronisch zieken en ouderen. Bijvoorbeeld bij diabetes, astma, longziekten en hart- en vaatziekten. Zo hebben ouderen met meerdere aandoeningen één vast aanspreekpunt. En een huisbezoek is vaak mogelijk.

Wat is de praktijk ondersteuner geestelijke gezondheidszorg?

De praktijkondersteuner GGZ ondersteunt de huisarts bij de behandeling van patiënten met psychische klachten. De praktijkondersteuner GGZ inventariseert en analyseert wat er bij u speelt en bespreekt samen met u de mogelijke vervolgstappen.

Hoe kan dysfagie op basis van anatomie worden ingedeeld?

Indeling op basis van anatomie: orofaryngeale dysfagie & oesofageale dysfagie

Waar zal naar worden verwezen bij orofaryngeale dysfagie? En bij oesofageale dysfagie?

Bij orofaryngeale dysfagie zal de huisarts verwijzen naar een KNO-arts, bij orofaryngeale dysfagie met een neuromusculair karakter naar een neuroloog en bij oesofageale dysfagie naar een MDL-arts.

Wat zijn de oorzaken van dysfagie?

  • - Medicatie
  • -Etiologie van orofaryngeale dysfagie
    • - Mechanisch
    • - Neuromusculair
  • - Etiologie van oesofageale dysfagie
    • - Mechanisch
    • - Neuromusculair      

Welk deel van je onderzoek is erg belangrijk bij slik- en passage klachten?

Anamnese is erg belangrijk bij slik- en passageklachten

Bij ruim 80% van deze klachten is het mogelijk om op basis van een goede anamnese de lokalisatie (orofaryngeaal of oesofageaal) en de aard (mechanisch of neuromusculair) vast te stellen

Als eerst moeten een globusgevoel (brok in de keel tussen het slikken door), pijn bij slikken (odynofagie) of een droge mond (xerostomie) worden uitgesloten.

Wat is verschil in lokalisatie van probleem bij orofaryngeale en oesofageale dysfagie?

- Orofaryngeale dysfagie: Aspiratie, nasale regurgitatie & neurologische problemen

- Oesofageale dysfagie: Patiënt voelt obstructie retrosternaal

Hoe kun verschil in mechanische belemmering en neuromusculaire stoornis opmerken?

Obstructie alleen bij vast voedsel: mechanische belemmering

Obstructie zowel bij vast als vloeibaar voedsel: neuromusculaire stoornis

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo