KLO - Rectaal bloedverlies
19 belangrijke vragen over KLO - Rectaal bloedverlies
- Wat is nu, zonder dat je de patiënte gezien of gesproken hebt, je differentiaal diagnose? Wat is de kansverdeling van de verschillende diagnoses? (Etiologie van het dEpth model)
fissura ani (5-9%), - spleetvormige scheurtje in het epitheel van het anale kanaal
hemorroïden (16-35%), - zwelling in de hemorroïdale plexus
inflammatoire darmziekten (5%),
poliepen (2-12%), - korrelige weeselvorming van eht slijmvlies (adenomateuze polipen zijn precursors van coloncarcinoom)
maligniteiten (2-9%),
gastro-enteritis (4%),
divertikels (1%),
traumatisch.
Verder is de kans het grootst dat er geen duidelijk aanwijsbare oorzaak is (40%).
Wat staat hoog op de lijst bij patiënten ouder dan 60 jaar met klachten van rectaal bloedverlies?
Wat zou bij 19- jarige veel voorkomen? Wat hoort in DD deze patiënt?
- Hemorroïden (23%)
- Rectaal bloedverlies zonder bekende oorzaak (28%)
- gastro-enteritis (4%) omdat er buikgriep heerst.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat is de kans dat Debby op basis van de nu bekende gegevens een maligniteit heeft?
Daarnaast heeft Debby niet de leeftijd en leefstijl die het risico op een maligniteit vergroot.
Ongeveer 85% van de patiënten met deze aandoening of divertikels zijn ouder dan zestig jaar.
Bij welke twee syndromen zie je wel coloncarcinoom op jongere leeftijd?
Het syndroom van Lynch (vroeger hereditair non-polyposis colorectaal carcinoom, HNPCC, genoemd) is een autosomaal dominant erfelijke aandoening waarbij de patiënt vaak al voor het 45e jaar een coloncarcinoom ontwikkelt. Er wordt geschat dat 3 % van alle coloncarcinomen optreedt in het kader van het syndroom van Lynch.
Bij VAP zie je heel veel poliepen in de darm, bij lynch zie je bijna geen poliepen -à maakt screenen veel lastiger.
Risicofactoren colorectaal carcinoom:
Andere risicofactoren:
- - Waar VAP en lynch voorkomen
- - Mensen coloncarcinoom in voorgeschiedenis
- - Adenomatoeuze poliepen
- - Crohn
Wat is de kleur van het bloed?
Is het bloed helderrood (fissurae ani en hemorroiden), zit er slijm bij het bloed (hemorroïden, adenomen, rectum carcinomen en proctitis) of is er sprake van bloederige diarree (colitis)
Is het bloed gemengd met de ontlasting: kan wijzen op een hoger gelegen bloedingsbron.
Heeft u eerder een periode van rectaal bloedverlies gehad
Onder welke omstandigheden treedt het bloedverlies op? Is er een relatie met de defecatie?
- Waardoor wordt het bloedverlies erger? Wanneer het bloedverlies duidelijk een relatie heeft met obstipatie en persen, is de meest waarschijnlijke oorzaak een fissura ani of een hemorroïd.
Wat is de rol van medicijn gebruik?
Waar moet je aan denken als je als bijkomende klacht een veranderd defecatiepatroon hebt?
Waar moet je aan denken als je als bijkomende klacht loze aandrang/gevoel van onvolledige ontlediging hebt?
Waar moet je aan denken als je als bijkomende klacht anale pijn hebt?
Waar moet je aan denken als je als bijkomende klacht gewichtsverlies en malaise hebt?
Wanneer is er bij de klacht rectaal bloedverlies reden voor een spoedverwijzing?
Wat moet je eerst doen bij een aanzienlijke hoeveelheid rectaal bloedverlies?
Bij een aanzienlijke hoeveelheid rectaal bloedverlies is het belangrijk in eerste instantie de klinische stabiliteit van de patiënt vast te stellen volgens de ABCDE-systematiek. Verwijs de patiënt bij hemodynamische instabiliteit (hypotensie en tachycardie) direct per ambulance naar een internist of MDL-arts. Wees erop bedacht dat een hemodynamisch stabiele patiënt bij een aanzienlijke bloeding alsnog snel kan verslechteren.
Wat is hemodynamische instabiliteit, wat zijn de tekenen van hemodynamische instabiliteit?
Tekenen van hemodynamische instabiliteit
- Shock (bleek, zweten, koud, klam, verminderd bewustzijn, hypotensie)
- Verlaagd bewustzijn? Syncope? (verlies van bewustzijn)
- Hartfalen (pulmonaal oedeem, verhoogde CVD, hepatomegalie)
- Myocardischemie (ECG afwijkingen, angina)
- Denk aan bijwerkingen van medicamenten (digoxine, flecaïnide, amiodaron, bèta-blockers, calciumantagonisten), elektrolytstoornissen en schildklierdysfunctie (bepaal TSH). Zorg altijd voor ritmebewaking en i.v. toegang.
Wat verwacht je te zien bij lichamelijk onderzoek van gastro-enteritis?
Wat verwacht je te zien bij lichamelijk onderzoek van inflammatoire darmziekte?
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden