KLO WG vermoeidheid

12 belangrijke vragen over KLO WG vermoeidheid

Wat zijn twee verschillen tussen fysiologische en pathologische moeheid?

Fysiologische moeheid reageert goed op rust en slaap (de moeheid wordt hierdoor minder), terwijl pathologische moeheid niet minder wordt.

Fysiologische moeheid heeft een aanwijsbare relatie met belastende omstandigheden zoals sporten en zwanger zijn. Pathologische moeheid heeft dat niet.

Bij welke waarde van het Hb in je bloed kan vermoeidheid geassocieerd worden met anemie?

6,5 mmol / L

Hoe heet de overkoepelende term voor alle klachten die voor kunnen komen bij surmenage? En noem 4 klachten.

Neurastheen syndroom/hyperesthetische emotioneel syndroom

- Moeheid
- Emotioneel labiel
- Prikkelbaar
- Gespannen
- Concentratieproblemen
- Hoofdpijn
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat zijn de 4 eisen om moeheid het chronisch vermoeidheidssyndroom te noemen?

1. Klachten van extreme moeheid
2. Meer dan 6 maanden bestaande klachten
3. Aanzienlijke beperking (meer dan 50%) van beroepsmatig, sociaal of persoonlijk functioneren
4. Geen lichamelijke veklaring gevonden bij anamnese, LO, eenvoudig labonderzoek

Noem 4 redenen waarom je, ondanks het vaak weinig oplevert, je toch LO doet bij iemand die vermoeidheid heeft?
Waarom is bij oudere mensen met vermoeidheid LO wel heel nuttig?

1. De patient voelt zich serieus genomen
2. Versterkt de arts-patient relatie
3. Uitsluiten somatische aandoening
4. Het is eenvoudig/goedkoop 

Bij ouderen is er vaak sprake van symptoomverarming waardoor je uit de anamnese de diagnose moeilijk kunt stellen doordat de symtomen vaak niet overeenkomen met het klassieke beeld. Je kunt daarom informatie goed halen uit het LO.

Wanneer mag je volgens de NHG standaard bloedprikken bij vage klachten als vermoeidheid?
Waar prik je op (4 dingen)? Waar kijk je naar in de urine (3 dingen)?
Waarom prik je niet op veel meer stoffen?

Na 1 maand of langer bestaande klachten.

BLOED:
1. BSE
2. Hemoglobine
3. TSH/T4
4. Glucose

URINE
1. Nitriet
2. Leukocyten
3. Erythrocyten
            
Dan is de kans op fout-positieve uitslagen groot.

DD op leeftijd voor moeheid:
- onder 40 jaar
- tussen 40-65 jaar
- boven 65 jaar

- onder 40 jaar = luchtweginfectie
- tussen 40-65 jaar = bijwerkingen medicatie
- boven 65 jaar = maligniteit

- Bij verdenking op anemie: naar welke 4 stoffen in het bloed ga je kijken?
- Wat zijn de afkapwaardes van Hb wanneer je iets anemie voor de vrouw, zwangere vrouw en man?
- Noem de drie hoofdgroepen hoe anemie kan ontstaan
- Noem bij elke hoofdgroep 3 voorbeelden

1. Hemoglobine
2. Ferritine = weerspiegelt ijzervoorraad in het lichaam (is transporteiwit)
3. MCV = gemiddelde volume van een erythrocyt
4. Reticulocyten = nieuwe rode bloedcellen die niet functioneel zijn

VROUW: 7,8 mmol/L
ZWANGERE: 6,8 mmol/L
MAN: 8,5 mmol/L
  
1. Anemie door te veel afbraak erythrocyten
- Splenomegalie
- Hemolytische anemie (te vroege afbraak)
- HUS
- Malaria

2. Anemie door te weinig aanmaak erythrocyten
- Ijzertekort
- Nierinsufficientie = EPO tekort
- B12/foliumzuur tekort
- Tumor in beenmerg

3. Anemie door verlies van erythrocyten
- Bloeding
- Menstruatie
- Bloeddonatie
- Post-bevalling

Noem 1 fysiologische en 1 pathologische situatie waarbij een ijzertekortsanemie kan ontstaan?

1. Zwanger = je verbruikt meer ijzer = sneller anemie
2. Morbus Crohn = ijzer kan niet goed worden opgenomen = sneller anemie

MCV: wat is het?
Waarvoor is MCV een diagnostisch hulpmiddel?

Gemiddelde volume ery.
Diagnostisch kun je onderscheid maken tussen:
- Microcytaire anemie = MCV verlaagd
- Normocytaire anemie = MCV normaal
- Macrocytaire anemie = MCV verhoogd

Normocytaire anemie:
- MCV
- 4 oorzaken: vertel er iets over
- Reticulocyten?

MCV = normaal. De ery's zijn normaal, maar er zijn er minder van dan normaal.

1. Beginnende microcytaire anemie door ijzergebreksanemie

2. Acute bloeding
- Alle bloedcellen zijn verlaagd
- Reticulocyten zijn verhoogd als snelle reactie van het beenmerg op de bloeding

3. Leverinsufficientie
- Lever produceert stollingseiwitten --> nu dus verhoogde bloedingsneiging, dus zelfde als acute bloeding:
- alle bloedcellen verlaagd (maar vooral de stollingseiwitten) indien bloeding
- reticulocyten ten tijde van bloeding verhoogd

4. Aplastische anemie: beenmerg insufficientie
- Alle bloedcellen verlaagd inclusief reticulocyten

Wat is het gevolg van vitamine C tekort?

Ijzertekort anemie (microcytaire anemie) doordat vitamine C Fe3+ omzet in Fe2+

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo