Merkenrecht - Handhaving - Nevenvorderingen

7 belangrijke vragen over Merkenrecht - Handhaving - Nevenvorderingen

Wat is het doel van de nevenvorderingen?

Het nadelige effect van de inbreuk zoveel mogelijk te beperken.

Welke nevenvorderingen kunnen er volgens art. 2.21 lid 3 en art. 2.22 lid 1 BVIE en art. 10 Handhavingsrichtlijn?

Dat de rechter zonder daarvoor een schadeloosstelling is verschuldigd, de terugroeping uit het handelsverkeer of de vernietiging kan gelasten van de inbreukmakende goederen en in passende gevallen van de materialen en werktuigen die voornamelijk bij de productie ervan zijn gebruikt. Tenzij bijzondere redenen dat beletten, worden deze maatregelen op kosten van de inbreukmaker uitgevoerd. Bij dit alles wordt rekening gehouden met de evenredigheid tussen de ernst van de inbreuk en de gelaste maatregelen evenals met belangen van derden.

Welke nevenvordering kan ex art. 2.22 BVIE?

De rechter kan bij het geven van een voorlopige voorziening op vordering van de merkhouder ook voorlopig bevel kan geven dat wanneer de merkinbreuk tijdelijk wordt voortgezet daaraan de voorwaarde kan worden verbonden dat zekerheid wordt gesteld voor schadeloosstelling van de merkhouder.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is nieuw m.b.t. de voorlopige maatregelen?

Op grond van art. 9 lid 4 Handhavingsrichtlijn en art. 1019e Rv kan een voorlopige maatregel (tot het voorkomen van een dreigende inbreuk of een verbod op straffe van een dwangsom tot staking van de voortzetting van de inbreuk) worden genomen zonder dat de tegenpartij is gehoord.

Wat bepaalt art. 2.22 lid 5 BVIE?

De bedoelde informatie moet niet alleen door de inbreukmaker worden gegeven, maar ook door diegenen die de inbreukmakende goederen op commerciële schaal hebben gebruikt of die op een dergelijke schaal diensten die bij de inbreuk makende handelingen worden gebruikt, hebben verleend.

Hoe zit het met de licentiehouder en nevenvorderingen?

Als de licentienemer belang heeft bij de instelling van dergelijke nevenvorderingen, dan is hij daartoe gerechtigd mits de merkhouder daarvoor toestemming heeft gegeven.

Wat bepaalt ingevolge art. 15 Handhavingsrichtlijn het art. 2.22 lid 7 BVIE?

Dat de rechter op vordering van de merkhouder kan gelasten dat passende maatregelen tot verspreiding van de uitspraak worden getroffen op kosten van de inbreukmaker, bv door verzending van brieven aan afnemers en berichten op websites en plaatsing van advertenties in vakpers.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo