Crises - Sondevoeding Richtlijn - Sondevoeding B
4 belangrijke vragen over Crises - Sondevoeding Richtlijn - Sondevoeding B
Welke zijn de wijze van voeden met een sonde?
- Bolustoediening: voorkeur, spuit 5-10 x per dag toegediend in porties van 100-400 ml. Niet geschikt als de plaatsing van de sonde postpylorische is.
- Continue toediening via een voedingspomp
- Intermitterend middels een voedingspomp
Welke zijn emotionele factoren gebonden aan de afhankelijkheid van sondevoeding?
- Stigmatisering: door de zichtbaarheid van de sonde. Dit maakt de ziekte zichtbaar voor de buitenwereld.
- Verwarring, angst en onbegrip: door de ingrijpende wijzigingen in het voedingsbeleid en het ziekte besef, het wegvallen van de beleving van zelf eten, het missen van de smaakbeleving en het niet meer kunnen deelnemen aan sociale activiteiten zoals uit eten gaan.
Welke is het doel van de dieetbehandeling bij het gebruik van sondevoeding?
- Behalen van 100% van de energie- en eiwitbehoefte van de patiënt.
- Voldoen aan de aanbevolen hoeveelheden micronutriënten zoals geadviseerd door de Gezondheidsraad.
- Streven naar toename of behoud van het gewicht en/of het behoud of de opbouw van spiermassa.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Welke zijn de toedieningswegen voor sondevoeding?
- In de maag: voorkeur
- Postpylorische: als toediening in de maag niet mogelijk is door bijvoorbeeld obstructie in de slokdarm of de maag of falen van maag-darmkanaal.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden