Kidney and urinary tract disease - Nefrotisch en Nefritis syndroom
8 belangrijke vragen over Kidney and urinary tract disease - Nefrotisch en Nefritis syndroom
Beschrijf het minimal-change nefropathie/disease (MCD).
De oorzaak voor proteinurie is dat onvolwassen CD43 lymfocyten ipv volwassen T-cellen een rol spelen bij de pathogonese. Exact mechanisme is niet bekend.
Meest voorkomend in kinderen, voornamelijk mannen.
behandeling bestaat uit hooggedoseerde corticosteroïden met prednosolon. Dit verminderd het lekken van proteïnen in de urine.
Ook worden cyclofosfamiden gebruikt als ciclosporine.
Beschrijf het congenitaal nefrotisch syndroom.
Beschrijf focale segmentale glomerulosclerose (FSGS).
Kenmerkend zijn grote proteïnesegmenten in de urine, heamaturie, hypertensie en verminderde renale functie.
Het lekken van proteïnen wordt veroorzaakt door een circulerende permeabiliteitsfactor.
Immunofluoriscentie laat infiltraten van C3 en IgM in de aangedane glomerulus zien.
Behandeling bestaat uit: prednisolon, ciclosprine en cyclofosfamide/aziothioprine
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Hoe kenmerkt diabetische nefropathie zich?
Behandeling bestaat uit ACE-inhibitors of angiotensine II.
Hoe kenmerkt IgA-nefropathie zich t.o.v. acuut nefritisch syndroom?
Welke vier glomerulaire syndromen onderscheiden we?
- asymptomatische urineafwijkingen
- nefrotisch syndroom
- nefritisch syndroom
- chronische glomerulonefritis
Op welke twee manieren kan het complementsysteem een rol kan spelen in geval van antilichaam geassocieerde schade aan de glomerulus?
Immuuncomplexen binden en activeren complement, en zwengelen zo de ontstekingsreactie aan. Dit leidt tot het aantrekken van ontstekingscellen, verhoogde vaatwandpermeabiliteit en cellulaire beschadiging door het complement membrane attack complex (MAC). De lokalisatie van de ontstekingsreactie bepaalt het karakter ervan.
Glomerulaire schade kan ook op treden in het kader van een vasculaire aandoening, voorbeelden hiervan zijn de vasculitiden zoals bijvoorbeeld M. Wegener en SLE. Bij een aantal ziektebeelden wordt het beeld bepaald door een trombotische microangiopathie, zoals het geval is bij bijvoorbeeld antifosfolipidensyndroom, hypertensieve crisis en het hemolytisch-uremisch-syndroom.
Hoe kan nefrotisch syndroom worden gediagnosticeerd?
Urine van 24 uur wordt verzameld en wordt nagekeken op eiwitten. Ook kunnen creatinine en eiwitspiegels worden vergeleken.
Bloed kan worden onderzocht op albuminespiegel (verlaagd door proteïnurie) en op eiwit- en vetcilinders.
Vetconcentratie kan tot wel drie keer zo hoog worden. Ook kan er sprake zijn van bloedarmoede of verhoging/verlaging van bloedstollingseiwitten.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden